JOHANNES (II)
En twee nachten gingen voorbij. Toen kwam. Maria en ze zei: De Heer is uit Zijn graf verdwenen. Waar is Hij toch? vroeg z'in haar wenen. We kunnen niet'dit woord verslaan. Petrus en ik zijn er heengegaan. Ik tras het vlugst, maar bleef toch slaan.
Ik kijk; de doeken zijn er neergelegd. Ik durf niet verder, Petrus zegt wel wat te doen; hij daalt maar af en gaat als eerste in het graf. Ik volg hem. En ik vraag me af: wie haalde Hem hier uit de rust; wie heeft er toch in zoiets lust? God weet. — Heeft God het soms gedaan? Of is mijn Heer Zelf opgestaan? God weet het; ik kan er niet bij. Begreep ik maar wat Jezus zei van verraad, Zijn dood en bitt're lijdenstijd. Sprak Hij niet van het leven tot in eeuwigheid?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 april 1981
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 april 1981
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's