Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HUISREGELS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HUISREGELS

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

(i)

„Gij vrouwen, zijt uw eigen mannen onderdanig, gelijk het betaamt in de Heere. Gij mannen, hebt uw vrouwen lief en wordt niet verbitterd tegen haar. Gij kinderen zijt uw ouders gehoorzaam in alles, want dat is de Heere welbehagelijk. Gij vaders, tergt uw kinderen niet, opdat zij niet moedeloos worden". Colossensen 3 : 18—21.

de nieuwe mens

Wat is nu een vernieuwd mens? W 7 aaraan herken je een nieuw mens? Hoe leeft de mens die bedenkt de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn (3 : 1)? Daar hebben we al een paar antwoorden op gehad. Hij doodt de leden die op de aarde zijn. Hij legt alle kwaadheid en leugenspreken af. Hij doet de innerlijke bewegingen der barmhartigheid aan. Hij verdraagt en vergeeft de ander. Bovenal leeft hij uit de liefde. Hij spreekt en zingt tot eer van God en tot stichting van de gemeente. Kortom, alles wat hij doet, doet hij in de Naam van de Heere Jezus.

Wel, dat alles vindt verder ook z'n concrete uitwerking in de praktijk van het leven van elke dag. In de onderlinge verhoudingen, de inter-menselijke relaties. Man en vrouw, vrouw en man, ouders en kinderen, werkgevers en werknemers. De Heilige Geest hersteld het ware menszijn. De zonde heeft alles stuk gemaakt, in de war gebracht, wanorde veroorzaakt. Zodra de zonde in de wereld is binnengetreden, is het eerste huwelijk stuk. Dan verwijten twee getrouwde mensen elkaar van alles en nog wat. De vrouw die Gij mij gegeven hebt! Twee broers botsen op elkaar en de een vermoordt de ander. De ene mens zet zich boven de ander.

Maar wat gebeurt er nu, waar de Heilige Geest de verzoening door Christus harten en levens binnendraagt? Daar wordt een mens met God verzoend, zegt u. En dat is waar. Dat ga en sta voorop. Maar, met God verzoend, worden we ook elkaar verzoend? En dat is geen trapje lager in het geestelijk leven. Dat is niet van minder belang. Nee, daar gaat het God evenzeer om. De vernieuwing van het menszijn door de Heilige Geest houdt in de vernieuwing van het gewone, alledaagse leven. Als het oude is voorbijgegaan in ons leven en alles is nieuw geworden, dan zijn we een nieuwe schepping gemaakt, een nieuw schepsel. En dat blijkt niet allereerst uit onze ontroerende getuigenissen over wat God aan ons en in ons heeft gedaan. Dat ook, zeker. Maar de boom zal vooral uit de vruchten worden gekend. God maakt door het verzoenend werk van Christus, ingedragen door de Geest van Christus, ons tot nieuwe mensen. En dat herschapen menszijn openbaart zich in al de concrete verhoudingen waarin wij als mensen alle dag staan. De Heilige Geest haalt een mens niet weg uit al die relaties waarin wij staan en gaan in het leven van elke dag. Als God een mens bekeert en de Geest zijn leven vernieuwt, dan krijgen we geen drang om in een klooster te gaan of om ons huwelijk te verwaarlozen of onze kinderen met een snauw het bos in te sturen of onze werknemer te minachten, maar dan zet die Geest ons helemaal nieuw in al die verbanden waarin we tevoren ons zondaar zijn uitleefden. Iemand heeft eens geschreven: de apostel begint Colossenzen 3 in de hemel. Zoekt de dingen die boven zijn. Maar in de nadere uitwerking daarvan, komt hij midden in het aardse leven terecht. De gemeente van de Heere Jezus Christus bestaat uit nieuwe mensen. We worden nieuwe vrouwen voor onze mannen. Nieuwe mannen voor onze vrouwen. Nieuwe kinderen voor onze ouders. Nieuwe vaders voor onze kinderen. Nieuwe werkgevers voor onze werknemers. Nieuwe werknemers voor onze werkgevers. Dat is naar de Schrift. Enkele brieven van Paulus, hooggestemd ingezet, op de hoogte van het heil des Heeren, eindigen met heel concrete aanwijzingen voor het leven van alle dag, waar gelovigen middenin staan. De Heilige Geest trekt de mensen die Hij bearbeidt niet weg van de aarde en zet ze al zwevend half tussen hemel en aarde in. Maar Hij zet ze met beide benen, met vernieuwde benen, met een vernieuwd hart, met vernieuwde handen en voeten, midden in het leven. Dat gaat je man aan je merken als je tot God bekeerd werd. En je vrouw ervaart het, waar de Geest ons deel schonk aan het heil in Christus. En de kinderen merken het eveneens. En mijn werknemer valt het ook op en mijn werkgever niet minder. Kijk, dat is nu het werk van de Heilige Geest in zijn concrete toepassing en uitwerking. Daar werkt de Heilige Geest op aan. Straks komt er een nieuwe aarde, waarop alleen nieuwe mensen zullen kunnen wonen. En daar zullen al de onderlinge verhoudingen weer intact zijn. Vandaar de herscheppende arbeid van de Geest hier en nu temidden van de gemeente des Heeren. Het gaat God om de mens, zoals Hij hem eenmaal bedoelde. Om het ware menszijn als schepsel Gods. En dat in de verhouding tot God Zelf. Om Hem te loven en te prijzen. Maar ook om onderling de liefde te betrachten.

vrouw-man

Daar zet Paulus mee in. „Gij vrouwen, zijt uw eigen mannen onderdanig, gelijk het betaamt in de Heere." Van de gehuwde vrouwen wordt hier onderdanigheid aan hun mannen verlangd. Wij zouden daar vandaag misschien wel meer over willen zeggen en horen. Maar in die dagen werd deze manvrouw relatie van beslissend belang geacht. Versta me wel goed. Ik bedoel daarmee niet te zeggen, dat dit woord tijdgebonden is, zodat wij er niet meer mee van doen zouden hebben. Want op verschillende plaatsen in Paulus' brieven blijkt dat hij hier verwijst naar een instelling door God. En dan een instelling die in de schepping rust. Onderdanigheid moeten we dan ook niet negatief opvatten. Niet bedoeld is: laafse onderwerping, vrees. Veeleer een oproep tot de vrouw haar plaats te weten, zoals God die van den beginne af heeft gewild. God heeft bepaalde verhoudingen gewild in de relatie man-vrouw. En die zijn niet opgeheven door de komst van Christus. Het gaat niet aan hier een andere tekst in te brengen, waar Paulus zegt dat in Christus noch man noch vrouw is. Want daar gaat het om iets anders, namelijk om het delen in het heil. En dat is mogelijk voor een ieder, of je nu man bent of vrouw. Blijft echter staan de eigen aard en plaats van de vrouw ten opzichte van haar man. Wel moeten we er op letten dat er bij staat: elijk het betaamt in de Heere. Er is geen enkele aanleiding de vrouw een minderwaardige plaats toe te kennen binnen het huwelijk. Dat betaamt niet voor mensen die 'in de Heere' zijn. Elders fundeert Paulus de man-vrouw relatie in de Christus-Gemeente verhouding (zie Ef. 5 : 22 vv). En ook daaruit is nooit af te lezen, dat de vrouw 'maar vrouw' is, zoals toch voorheen soms werd gedacht en ook naar werd gehandeld. De vrouw mag niet verlaagd worden tot een 'goedkope huishoudster' of een 'voordelige leverancier van arbeidskrachten' om het nu eens heel erg cru uit te drukken. Nee, de onderdanigheid van de vrouw aan haar wettige man valt binnen de grenzen van het de Heere betamelijke. De vrouw heeft haar eigen plaats. Door God gegeven. Op dit niveau hebben we, waar gewenst, het gesprek aan te gaan met allerlei moderne vrouwenbewegingen, die op geen enkele manier zich door het getuigenis van de Schrift willen laten gezeggen en meestal alleen maar overheerst worden door een modern, eigentijds emancipatiedenken.

man-vrouw

„Gij mannen, hebt uw vrouwen lief en wordt niet verbitterd tegen haar." Prof. Ridderbos wijst er in zijn uitleg van deze verzen op, dat in de antieke huwelijksmoraal vaak alleen maar de vrouw werd aangesproken en op haar plichten gewezen. Maar het opvallende voor het christelijk spreken over deze dingen is dan, dat ook de man een lesje krijgt te leren. Hebt uw vrouwen lief! Paulus kiest dan het Griekse werkwoord waarin 'agapè voorkomt. U weet misschien dat men in het Grieks zowel het woord 'eros' als het woord 'agapè' voor liefde kent. Bij 'eros' denken we veeleer aan het nogal egoïstisch gemerkte liefhebben en bij 'agapè' veelmeer aan de onzelfzuchtige liefde. En nu beveelt de apostel de mannen, dat ze hun vrouwen met die laatste liefde zullen liefhebben. „De vrouw mag niet alleen het voorwerp zijn van de eros van de man, maar ook — en daarover gaat het hier — van zijn agapè; d.w.z. wat de man aan de vrouw moet binden mag niet alleen bepaald worden door wat hij in haar zoekt en zij hem te geven heeft, maar bovenal door hetgeen hij haar als zijn vrouw schuldig is" (H. N. Ridderbos). Het liefhebben van elkaar zal binnen het Christelijke huwelijk gekenmerkt worden door de liefde waarmee men zelf van God bemind is. En die liefde wordt immers ook gekarakteriseerd door het feit dat God niets in ons vond als motief tot Zijn liefde. Nee, Hij heeft lief op grond van Zijn eeuwig welbehagen. God heeft ons niet lief, omdat wij zo lief zijn, maar omdat God liefde is. Wel, wie iets is gaan verstaan

van die eeuwige Goddelijke liefde en wie zichzelf daar het voorwerp van weten mag, die gaat gestempeld door die liefde zo ook zijn vrouw lief hebben. Waar zulk een gegronde liefde tot elkaar wordt gevonden, daar kan het huwelijk nogal een stootje velen. Daar laten we elkaar niet om een wissewas schieten. Daar laten we ons niet meevoeren met de huidige genotsaccentuering ook van het huwelijk, waarbij, zodra het genot wegvalt of minder wordt, ook de partner wordt afgeschreven. Hebt uw vrouwen lief, met die diepe, onbaatzuchtige liefde. Liefde die geleerd heeft wat zelfverloochening is, wat offerbereidheid is, wat vergeving is. Wat wordt dat gemist in onze huidige samenleving, waar zoveel huwelijken op barsten staan en helaas stuk gaan. Omdat die goddelijke Liefde wordt gemist en het kennen van Hem Die Liefde is, niet wordt gevonden.

Wordt niet verbitterd tegen haar. Bedoeld is: gedraag u niet onnodig onvriendelijk, ruw, geprikkeld tegen haar. Het oorspronkelijk woord duidt op een geïrriteerde gezindheid en een gedrag daarop gegrond en daardoor veroorzaakt. Zomaar akelig doen tegen uw vrouw, onredelijk handelen en spreken. Doe dat niet. Want zo heeft uw Heere u dat niet geleerd. Van Hem staat integendeel dat Hij zachtmoedig was.

kinderen-ouders

„Gij kinderen, zijt uw ouders gehoorzaam in alles, want dat is de Heere welbehagelijk." De kinderen in de gemeente worden herinnerd aan het vijfde gebod. Alleen geeft Paulus er een Christelijke motivering bij. Die gehoorzaamheid behaagt aan de Heere. Daar oordeelt de Heere gunstig over. Vaders en moeders worden voor hun onderlinge verhouding op Christus gewezen. Dat geldt eveneens de kinderen. Ook zij hebben Christus als grond èn als voorbeeld te nemen. We kunnen hier denken aan de woorden uit Lucas 2 : 51 waar we van Jezus lezen dat Hij Zijn ouders onderdanig was. Christus heeft het vijfde gebod zo ook gehoorzaamd en vervuld. En uit Zijn volmaakte gehoorzaamheid hebben ook de kinderen der gemeente te leren leven.

ouders-kinderen

„Gij vaders, tergt uw kinderen niet, opdat zij niet moedeloos worden." De vaders oefenden kennelijk het gezag uit in hun gezinnen, althans in eerste instantie. Tergt, prikkelt, irriteert uw kinderen niet onnodig. „Bedoeld zal wel zijn: door te veel van hen te vergen, hen al te streng te behandelen" (Ridderbos). Een vader die dat wel doet, die maakt zijn kinderen moedeloos. Al te grote strengheid, slaat elk initiatief van het kind terneer. Maakt hem zo moedeloos, dat hij niets meer onderneemt. Er is toch niets goed. Vader keurt toch alles af, hij heeft toch overal wat op aan te merken. Ik kan toch geen goed bij hem doen. Een vader die zijn kind altijd maar in afkeurende zin vermaant en nooit zijn kind eens bemoedigt, een hart onder de riem steekt, krijgt hier een evangelische vermaning te horen. Doe dat niet zo! Doet u het wel, dan krijgt u uw kind misschien wel stil en houdt u hem wel onder uw duim, maar de zogenaamde gehoorzaamheid die hij u bewijst, is maar een slaafse gehoorzaamheid, een dode, inhoudloze gehoorzaamheid. Moedeloos worden. Hier ontbreekt de verwijzing naar de Heere. Maar we kunnen het er wel bij betrekken. Hoe gaat de Heere Zelf met Zijn kinderen om? Tergt Hij de Zijnen? Maakt Hij Zijn kinderen moedeloos? Moeten we niet zingen: geen Vader sloeg met groter mededogen op het teder kroost ooit Zijn ontfermend' ogen, dan Isrels Heer' op ieder die Hem vreest. Hij weet immers wat van Zijn maaksel zij te wachten. Die God is een Vader, zoals er geen vader op aarde is. Wel is het Zijn bevel dat we Zijn Vaderschap pogen gestalte te geven in ons vader-zijn. Dan zullen we onze kinderen in veel geduld en met veel liefde begeleiden. Vaderlijk barmhartig, maar soms Levens ook vaderlijk gestreng hen opvoeden. Maar dan zo dat de liefde des Vaders het draagvlak is.

Zo schept God door Zijn Geest nieuwe mensen, zet ze in nieuwe verhoudingen. Hij maakt alle dingen nieuw. Huwelijk en gezin niet in het minst.

B.

J. M.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 februari 1980

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

HUISREGELS

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 februari 1980

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's