Dienst-doen 45 jaar IZB
In 1980 bestaat de Hervormde Bond voor Inwendige Zending op Gereformeerde Grondslag (IZB) 45 jaar. Aan dit feit wil deze bond op duidelijke, maar ook bescheiden wijze, aandacht besteden.
De opdracht tot evangelisatie geldt onverminderd. De noodzaak daartoe is groter dan ten tijde dat de bond werd opgericht. Dat zal duidelijk zijn. En voor die duidelijkheid willen we uitkomen.
Tegelijk past ons bescheidenheid. Er is geen reden tot triomfantelijkheid, want wat hebben we er van gemaakt, individueel, als gemeente(n), als kerk? We kunnen ons veeleer verwonderen over het feit dat we dit werk hebben mogen doen en ook nu nog kunnen doen, dan dat we zien op onze eigen prestaties. Dit is geen valse bescheidenheid, want wie kan zeggen dat hij of zij mensen tot Jezus Christus geleid heeft en daarbij zelf van grote betekenis is geweest. God, de Heere gebruikt ons als middelen in Zijn hand. Het gaat om Hem en niet om ons. Hij doet het eigenlijke werk door Zijn Woord en Geest. Ons past bescheidenheid.
En toch worden we geroepen voor onze taak te staan. Meer dan ooit, naar ons besef.
Hoe het begon
De IZB is opgericht op 27 november 1935 in Utrecht in het Gebouw van Kunsten en Wetenschappen, aan de Mariaplaats. Aleer het zover was, deden een drietal instanties uit hervormd-gereformeerde kring ook al aan evangelisatiewerk, met name in Friesland, Groningen en Noord-Holland.
Omdat het werk teveel versnipperde, het onderling kontakt gering was en men zich te weinig zelfstandig voelde, ontstond de IZB. Samen zette men zich voortaan aan het werk. 1 Joh. 5 : 1-12 vormde het uitgangspunt.
In de eerste plaats begon men kerkeraden te aktiveren door hen van de opdracht tot en de noodzaak van evangelisatiewerk te overtuigen. Verder gaf men adviezen voor de oprichting van evangelisatiekommissies, won men leden en hield men spreekbeurten door middel waarvan informatie over het werk werd verschaft. Vrij spoedig had men voor dit werk een evangelist in dienst.
Het is opvallend dat ook toen veel moeite moest worden gedaan om de interesse van de gemeente te wekken. En dat terwijl de gemeente naar haar aard toch zendingsgemeente dient te zijn. Door middel van deze uitspraak zitten we bij de kern van de zaak.
De kern van de zaak
Als Christus het werk, dat Zijn Vader Hem opgedragen heeft, volbracht heeft, zendt Hij Zijn discipelen (en daarin de gemeente) heen met de woorden: Gelijk Mij de Vader gezonden heeft, zend Ik ook u" (Joh. 20 : 21, 22). Deze opdracht ontvangen zij op de dag van de opstanding van Christus uit de doden. Alleen in de kracht van de Heilige Geest kan deze opdracht worden uitgevoerd, want na de zojuist genoemde woorden van Christus, lezen we in de Schriften dat Hij op Zijn discipelen blaast en zegt: Ontvangt de Heilige Geest". In de kracht van de Heilige Geest worden deze mensen dus uitgezonden.
Om deze Geest wordt gebeden. Deze Geest wordt verwacht. Wanneer deze Geest werkt, worden er mensen bekeerd, worden vooral wijzelf bekeerd. Vaak denken wij dat de moeilijkheden in het evangelisatiewerk voortkomen uit de situatie, waarin de nietgelovige mensen zich bevinden. Dat is ten dele zo. Veeleer is echter de gemeente zelf de grote moeilijkheid.
Het is een bijbels gegeven, dat naarmate geloof en echt geestelijk leven binnen de gemeente groeien, de kracht om met woorden, daden en door ons hele doen en laten naar buiten te getuigen, toeneemt. (1 Tim. 4 : 6; 1 Petrus 2 : 9, 10 en 3 : 15).
Naarmate we bij de IZB langer en diepgaander met de vragen van evangelisatie bezig zijn, wordt het ons meer duidelijk dat het er niet alleen om gaat buitenkerkelijken, niet-gelovigen of mensen die een andere godsdienst belijden tot Christus te brengen, maar ook om de christelijke gemeente zelf meer uit het geloof te leren leven. Wanneer deze niet wordt, wat zij krachtens Gods beloften kan en mag zijn, dan is het werk tot mislukken gedoemd. Wanneer de gemeente niet leeft uit het geloof en op die wijze in de samenleving staat, hoe zullen we dan evangelisatie-en zendingswerk kunnen doen?
Traagheid van de gemeente zal de Heere echter niet weerhouden Zijn werk te doen. Het kan daarom wel eens anders gaan dan wij denken. De Geest zal voortwerken ook als de gemeente zich niet (meer) in Zijn krachtenveld bevindt .Wellicht is voortdurend gebed om een krachtige doorwerking van Gods Geest thans het meest geboden. Die Geest overtuigt ons en anderen van zonde, gerechtigheid en oordeel. Deze Geest wil in ons midden wonen naar Gods beloften. Hij wil ons bereid maken en toerusten tot het werk. Op deze wijze is nieuw élan te vinden .nieuwe kracht, nieuwe vreugde, nieuwe vrijmoedigheid en ook inventiviteit.
De situatie
Uit de door „De Tijd" en de KRO gehouden enquête, waarmee een onderzoek ingesteld werd naar godsdienst en kerkelijkheid in ons land, blijkt een verdere uitholling van het christelijk geloof en een duidelijke afname van kerkelijke betrokkenheid.
Voor ons is het duidelijk dat slechts door een wonder van God in deze toestand verandering kan komen. Op dat wonder hebben eerder mensen in onze geschiedenis gehoopt. Ook hebben ze daarom gebeden: om redding door God uit de vooral grote geestelijke nood. Waaruit blijkt deze nood?
— Uit gebrek aan zingeving van het leven — Uit toenemende eenzaamheid — Uit sterk veranderd normbesef, waarbij de autonome mens en niet meer de Schrift het voor het zeggen heeft — Uit toenemende ongerechtigheid — Uit gebrek aan liefde en dienstbetoon — Uit verwarring in het leven van velen — Uit angst — Uit het in toenemende mate leven zonder God en de gevolgen daarvan — Uit een vervagend Godsbesef — Uit de macht van ideologieën — Uit de kracht van de greep der machten in veler leven — Uit vult u zelf maar in.
Ook binnen de kerken is er nood.
Hoeveel mensen zoeken er niet naar een prediking, die het hart verandert en verwarmt? Hoeveel gedecimeerde gemeenten zoeken niet naar een verdere voortgang van het kerkelijk leven vanuit de Schriften en de belijdenissen (het belijden) van de kerk? Hoe breed zijn de kloven niet die openbaar komen binnen de kerken? Hoe funktioneert binnen gemeente en kerk het gezag van de Schriften, die toch bron en norm zijn voor de prediking en ons handelen? Ook hier is nog veel meer over te zeggen.
Wat kunnen we doen?
Kort gezegd: DIENST-DOEN. Niet al te vlug weglopen. Dan deserteren wij.
We lezen van de Heere Jezus Christus dat Hij gekomen is om te dienen, niet om gediend te worden, en Zijn leven te geven tot een rantsoen voor velen (Mar. 10 : 45). In Zijn spoor dienen wij te gaan (Fil. 2). Zijn dienst omvat het bieden van hulp aan de gehele mens (vergeving van zonden, vernieuwing van hart en leven, bevrijding van de machten der duisternis, het geven van voedsel en het doen van gerechtigheid, e.a.). Wij kunnen ook dienst doen door: ebed voor allen, die in dienst van God staan in de hele samenleving; gebed voor mensen, die wij graag met het Evangelie van Christus in aanraking willen brengen; gebed voor onszelf om ons werk aan te kunnen en te durven; gebed om de doorwerking van Gods Geest, om de komst van Zijn Koninkrijk.
Ook het Evangelie vóórleven is van groot belang. Hoeveel situaties zijn er niet waarin wij niet kunnen spreken zonder ruzie te krijgen. Als we niet kunnen spreken, kunnen we voorleven wat we zelf ontvangen hebben. We kunnen liefde tonen al wordt dat niet gewaardeerd. We kunnen beschikbaar zijn voor anderen. Hoevelen hebben er geen hulp nodig? Als Christus Zich aanbiedt en geeft, zouden wij ons dan door Zijn wijze van leven niet moeten laten aanspreken?
En hoeveel gegeven momenten zijn er niet om ook door middel van onze woorden te getuigen van dat, wat ons beweegt, wat we voorstaan en waaruit we mogen leven? In dit opzicht is de on-ge-organiseerde evangelisatie van veel groter belang dan de georganiseerde. Een gesprek over de heg. op de werkvloer, in de klas, op de gang, in de lift of waar dan ook is vaak spontaner, persoonlijker en van groter waarde, dan dat wat we organiseren. Hoewel dat laatste ook nodig is, blijft het gewoon spontaan met elkaar omgaan en meeleven bijzonder belangrijk. We mogen winnend en wervend leven. En dat dienen we steeds weer en steeds meer te leren.
Ook de IZB in dit geheel betrekken
Hoewel het van groot belang is om zelf dienst-te-doen, is het ook nodig anderen te helpen om dienst-te-doen.
Niet ieder kan in een full-time baan gaan evangeliseren. We krijgen ieder van God onze eigen plaats toebedeeld, in die situatie is er ook genoeg te doen. Door middel van
uw gaven kunt u het werk van de IZB mee helpen in stand houden. Uit dit geld worden de evangelisten en de andere medewerk(st)ers betaald. Er is veel nodig om ongeveer 40 mensen aan het werk te houden. Hiernaast is het ook van belang zelf steeds weer te leren hoe we in het werk kunnen groeien en vorderen.
Ieder christen dient verder te worden toegerust en gevormd. Ook daarin wil de IZB voorzien. Een lidmaatschap van de IZB houdt u van het geheel op de hoogte. (Opgave Joh. van Oldenbarneveltlaan 10, 3818 HB Amersfoort).
Zonder enige schroom durven wij u te vragen met ons mee te leven. Het gaat om een belangrijke zaak. Om het Koninkrijk Gods. Om de vraag of de komende generatie ook weet zal hebben van de enige Naam, die onder de hemel tot behoud is gegeven. Het gaat ook om al die mensen, die van het Evangelie zijn vervreemd. Wat zal er met hen gebeuren? Dat is een vraag. Maar een andere vraag is of wij gedaan hebben wat we met het oog op hun behoud kunnen. Dat zal de Heere van ons vragen. Voor de uitkomst zorgt Hij zelf.
Nogmaals: zie te komen tot DIENST-DOEN.
Wat doet de IZB konkreet?
Om u duidelijk te maken waarmee we bezig zijn, volgt hieronder een kort overzicht van het huidige werk:
— In samenwerking met de plaatselijke hervormde gemeenten zijn in 19 plaatsen evangelisten werkzaam. — Uitgeven van evangelisatielektuur. — Instruktie aan kerkeraden en evangelisatiekommissies. — Jeugdevangelisatiewerk (samen met de HGJB) door twee evangelisten. — Lektuurverspreiding door uitgeverij/ boekhandel ECHO. — Evangelisatiewerk onder Moslims in Nederland, samen met anderen. — Preventief, informatief en verwijzend werken ten behoeve van verslaafden. — Bezinning en voorlichting op het gebied van zending en evangelisatie. — Bevordering van het zendingsbewustzijn van gemeenteleden.
Wat is evangeliseren?
Het eerste bestuur van de IZB heeft dat destijds als volgt geformuleerd. Het is: het Evangelie daar brengen, waar het niet meer gehoord wordt. Dat is een brede en diepe opdracht, die blijft onder alle omstandigheden en valt onder Gods beloften. Met bescheidenheid en duidelijkheid willen daarvoor staan. We rekenen ook op u!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 januari 1980
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 januari 1980
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's