KLEINE KRONIEK
Adventisten leven langer
Onder bovenstaande titel lazen we een artikel van Jan Goossensen in 'Hervormd Nederland' van 27 oktober j.1. U kent de hier bedoelde groep misschien wel. Zevendedags Adventisten. Soms komen ze bij u aan de deur en zeggen dat ze voor de zending boeken en kinderboeken verkopen. Een kleine groep die haar geestelijke wortels heeft in Amerika. Een jonge arts uit deze kring(? ) is onlangs gepromoveerd op een onderzoek naar de voedings-en gezondheidstoestand van de leden van deze groep. Een wat apart onderwerp misschien voor onze kroniek, maar weleens aardig ter lezing en overweging. Voeding, levensstijl en leefgewoonten hebben ook alles met godsdienst te maken, ook al vergeten we dat soms weleens al te makkelijk. Vandaar dat ik dit keer dit artikel voor u overneem.
„De vierduizend Zevendedags Adventisten in Nederland leven gemiddeld vijf tot acht jaar langer dan hun buurman of buurvrouw. Veel minder vaak dan andere Nederlanders overlijden zij aan ziekten van hart-cn bloedvaten. De verklaring? Adventisten roken nauwelijks en in de supermarkt vullen ze hun wagentje met gezonde voeding.
Simpeler kan het niet. Dr. Johannes Berkel (35) uit Ede, die de afgelopen twee jaar de gezondheidstoestand van zijn geloofsgenoten heeft bestudeerd en daarop onlangs promoveerde, geeft het ruiterlijk toe. Iedereen kan op zijn klompen aanvoelen dat goede voeding en een goede gezondheid bij elkaar horen. Maar deze samenhang is nu dan bewezen aan de hand van een bevolkingsgroep die al jaren het goede voorbeeld geeft: de adventisten.
In zijn werkkamer, met een herfstzonnetje achter het glas, legt Berkel uit, wat hij precies heeft onderzocht. Adventisten blijken mensen te zijn die bij hun toetreding, gemiddeld op 27-jarige leeftijd, beloven niet te roken en zich aan de Joodse spijswetten van Leviticus 11 te houden. Dat betekent dat ze met een boog om paarde-, varkens-en konijnevlees heenlopen, dat ze geen schelpdieren eten cn slechts vissoorten met schubben en vinnen.
De Nederlandse kerkleiding adviseert de leden bovendien dat ze het beste vegetarisch kunnen leven. Een kwart van hen volgt die raad ook op. De meesten laten ook alcohol staan. Dat betekent dat de adventisten op vrijwillige basis een soort van preventieve gezondheidszorg beoefenen. Hun eetgewoonten komen er immers op neer, dat ze meer koolhydraten binnen krijgen dan andere Nederlanders, minder vet, meer meervoudige onverzadigde vetzuren, en minder cholesterol. Daarnaast is het opvallend dat geen sigarenwinkelier van adventisten rijk zal worden. Slechts 1, 6 procent van hen rookt, tegen 47, 2 procent van de gemiddelde Nederlanders. Van de adventisten heeft bovendien 68 procent nooit gerookt, tegen 38, 5 procent van de overige Nederlander.
Boodschappen
Het bestaan van een groep die er zo'n uitgesproken manier van leven op na houdt, is erg "belangrijk, legt Berkel uit. Immers, al jaren worden hart-en vaatziekten in verband gebracht met bepaalde risico-in-dicatoren, zoals een hoog cholesterolgehalte, roken en hoge bloeddruk. Verder is het geen nieuws, dat mensen, zolang ze geen lichamelijke klachten hebben, geneigd zijn niet zo voorzichtig met hun gezondheid om te springen. En tenslotte zijn hart-en vaatziekten voornamelijk welvaartszickten van de geïndustrialiseerde wereld. Het is dus interessant dat er kennelijk een groep is, die midden in die westerse wereld er een gezond boodschappenlijstje op na blijkt te houden, met het waarneembare gevolg dat de leden van die groep minder vaak ziek worden en langer leven.
Onderzoek
Dat adventisten minder kwestbaar zijn voor hart-en vaatziekten, (cn andere ziekten) blijkt uit Berkels naspeuringen naar de doodsoorzaken van zijn geloofsgenoten gedurende de afgelopen tien jaar. Tegenover 482 overleden adventisten stonden (uitgerekend voor een evengrote groep andere Nederlanders) 1076 overleden landgenoten. Aan harten vaatziekten overleden 227 adventisten tegen 547 andere Nederlanders. Voor de meeste ziekten lag het sterftecijfer de helft lager, of zelfs nog meer.
Om onzuiverheden in het onderzoek te vermijden, heeft Berkel alle mogelijke eigenschappen van adventisten nagegaan. Zij bleken echter 'gewoon' over het hele land verspreid te wonen, vergelijkbare beroepen uit te oefenen, geen mindere, eerder betere schoolopleiding te hebben, kortom in niets te onderscheiden van andere Nederlanders. Vervolgens heeft Berkel 190 adventisten van top tot teen onderzocht, cn tegelijk een zogenaamde controlegroep van 170 anderen. Dc mensen moesten ook tot op de boterham bijhouden wat ze aten en dronken, en wanneer. Dit onderzoek werd samen met de afdeling voeding van de landbouwhogeschool in Wageningen opgezet. Uit het medische onderzoek bleek, dat onder adventisten net zo vaak als onder anderen hoge bloeddruk voorkomst; niet minder vaak overgewicht; geen lager cholesterolgehalte en geen verschil in suikerconcentratic.
Op twee punten sprongen de adventisten, zoals gezegd, eruit. Ze roken nauwelijks en ze eten an-
ders. Met het waarneembare gevolg dat ze minder kwetsbaar zijn voor hart-en vaatziekten en dat ze langer leven. De gemiddelde adventist overlijdt, als hij 75, 3 jaar is (Nederlander 67, 3).
Bij vrouwen liggen de leeftijden op respectievelijk 77, 4 en 72 jaar.
Berkel slaat zijn proefschrift 'Het reine leven', waaruit hij de cijfers heeft opgediept, dicht en kijkt uit het raam. Hij zegt: 'Ik heb liet volgende aangetoond. Ook al heb je geen klachten, door een beetje te letten op wat je doet, kun je veel ellende voorkomen. Je hoeft niet fatalistisch af te wachten tot je een of andere ziekte krijgt, nee, gezonde voeding heeft wel degelijk invloed op hart-en vaatziekten'.
Berkel vertelt, dat je voor gezond voedsel heus niet naar speciale, dure winkels hoeft te gaan. Zelfs in de supermarkt kun je wel bruin brood krijgen in plaats van die witte watten. Het overslaan van de slager is ook niet zo moeilijk, mits je zorgt voor voldoende plantaardige eiwitten. Maar de gezondste manier van leven is vegetarisch leven.
Wat u nu hebt aangetoond, lijkt me zo klaar als een klontje.
'Ja, goed, maar hoeveel mensen leven daarnaar? Kijk eens naar die hele muurcultus, dat eten van kroketten en zo? Het is kennelijk erg moeilijk, het voedingspatroon te veranderen. Iedereen hoeft niet direct vegetariër te worden, maar een groot deel van de bevolking is wel veel te dik. Pillen die daartegen in de handel zijn, helpen geen fluit.
Onze voedingsgewoonten hebben alles te maken met de maatschappij waarin wij leven. We hebben het veel te goed. We hoeven maar naar de supermarkt te gaan om een blik ananas te kopen, terwijl we bij de groenteboer een verse ananas kunnen krijgen, bovendien zonder suiker. Alles wordt geconserveerd, peren, spinazie, noem maar op. Maar verse produkten zijn toch veel gezonder? Ik heb aangetoond, dat je iets aan je levensgeluk kunt bijdragen door bewuster te leven.
Sommigen leven gelukkiger met vlees, patat en suiker, liever dan tienallen jaren groente en rijst kauwen en dan 84 jaar worden in plaats van 80 jaar.
'Maar die mensen zijn niet consequent. Die doen wel een beroep op de dokter, komen zoveel keer per jaar in het ziekenhuis, en willen met alle kunstgrepen op de been worden gehouden. Ze zouden consequent zijn, als ze ook geen medische hulp meer zouden vragen'.
Voorlichting
Volgens Berkel moeten ook de gevolgen voor de economie niet worden onderschat. Al het geld dat nu wordt gestoken in de curatieve zorg, de hartbcwakingsapparaten en dure installaties, zou beter aan voorlichting kunnen worden besteed. De Hartstichting en andere bureau's geven al wel voorlichting (de cholesterolwijzer, met een cholesterol-tabel voor verscheidene produkten), maar het is nog de vraag, wat daar van het effect is.' Berkel: 'Natuurlijk kun je terug. Ik leg mijn kinderen ook uit dat vet eten slecht is, net zoals één plus één twee is. Als u met een sigaret aan was binnengekomen, hadden ze gezegd, kijk die eens, die meneer rookt. In de bus zeggen ze dat wel eens. Maar ja, veel mensen willen niet weten wat goed of slecht is'.
Hoe komen de adventisten aan hun voedingsgewoonten?
'Adventisten menen dat ze naast hun theologische beginselen ook iets over de gezondheid hebben te zeggen. De medische zending is zeer uitgebreid. Ik heb zelf twee jaar in een ziekenhuis in Nigeria gewerkt. Al die tijd heb ik één man met hart-en vaatziekten meegemaakt, en dat was een blanke'.
Het onderzoek, dat is betaald door de Hartstichting, is niet bedoeld om zieltjes voor de adventisten te winnen, aldus Berkel. Hij weet niet of de belangstelling voor zijn kerkgenootschap, dat in de vorige eeuw in Amerika is ontstaan, zal toenemen. Dat doet ook niet ter zake, omdat iedereen de voedingsgewoonten van deze groep kan overnemen. Daar is niets bijzonders aan. Het bijzondere van de adventisten is slechts, dat deze groep kans ziet de afgesproken normen vrij goed te bewaren, tot een groter üchamelijk welzijn van de leden. Het is namelijk opvallend, dat onder adventisten ook het aantal doden door kanker slechts de helft bedraagt van het landelijke cijfer. Maar daar heeft Berkel verder niets aan gedaan, omdat de risico-indicatoren van kanker nog nauwelijks bekend zijn.
Berkel zegt: 'Je zou kunnen zeggen, dat adventisten misschien door hun karakter en levenswijze beter bestand zijn tegen de problemen van het leven. Dat er dus nog andere factoren meespelen. Ik geloof dat niet. Maar het zou wel aardig zijn, een andere gesloten groep op hart-en vaatziekten te onderzoeken, bijvoorbeeld een groep Staphorsters. Dan zou blijken, of het alleen voedingsgewoonten zijn, of dat ook andere groepsnormen van belang zijn'. " — Kroniekschrijver.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1979
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1979
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's