Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

De kinderzegels

De schoolkinderen zijn weer aan onze huisdeuren geweest om de bekende kinderzegels aan te bieden. Wie zou die kinderen weg durven sturen? We willen immers graag wat geven voor zieke kinderen, voor gehandicapte kinderen, voor arme kinderen... Wat dat betreft hebben de Nederlanders nog wel een gul hart. Laat men zich echter niet vergissen! Vroeger mag dat dan wel zo geweest zijn, tegenwoordig wordt veel van het geld gebruikt voor instituten die de maatschappij willen „omturnen". In „De Schakel" las ik daarover een verhaal dat allen die iets met de kinderzegels te maken hebben toch wel tot bezinning mag roepen, zodat de vraag besproken wordt of men nog wel langer met deze aktie kinderpostzegels mee kan doen? Ik geef hier het eerste deel van dit artikel door:

„Sinds de Tweede Wereldoorlog weet iedereen in Nederland wat 'kinderzegels' zijn. Ook al koop je ze niet voor een postzegelverzameling, dan nog koop je ze ieder jaar weer, als een paar ijverige schoolkinderen met een bestelformulier bij je aanbellen. Zulke kinderen stel je niet graag teleur. En bovendien... het is toch voor een goed doel?

Met het geld van de 'kinderzegels' heeft men inderdaad jarenlang talloze goede dingen gesteund. Maar in de achterliggende jaren zijn de Rijkssubsidies aan deze instellingen zodanig gestegen, dat geldelijke steun van de 'Kinderzegel-akties' eigenlijk niet meer nodig is. Alleen voor iets 'extra's' (zoals een zwembad of een kinderboerderij) kon men nog wel geld gebruiken.

Vanwege deze veranderde omstandigheden heeft het N.C.K.-bestuur (afkorting van: Stichting Nederlands Comité voor Kinderzegels) zich genoodzaakt gezien, een andere richting te geven aan de besteding van het geld.

Enige tijd geleden zag dan ook een nieuw 'beleidsplan' het licht. En het belangrijkste daaruit geven we hierbij ter informatie door.

Het N.C.K.-bestuur gaat zich van-nu-af-aan voornamelijk richten op gezonde kinderen. Want, zegt men, 'de maatschappelijke vernieuwingen brengen onrust met zich mee. Ouderen worden onzeker. Jongeren hebben last van spanningen, als ze aansluiting zoeken met de maatschappij. Dat geeft conflicten in de gezinnen. En daarom is sociale begeleiding nodig, van sociaal gehandicapte jongens en meisjes tussen 2 en 18 jaar.'

Dat deze kinderen het meest gebaat zijn bij het achterwege laten van die 'maatschappelijke vernieuwingen', waardoor, naar hun eigen zeggen, gelijk een heleboel onrust, spanning en konfliktstof weggenomen wordt, ligt dan toch eigenlijk voor de hand. Maar men gaat er blijkbaar van uit, dat de 'maatschappelijke vernieuwingen' niet tegen te houden zijn.

Het N.C.K.-bestuur vindt het zelfs nodig om snel in te kunnen haken op de 'veranderende behoeften in onze samenleving'. En wie daarin niet mee kan, is 'sociaal gehandicapt' en heeft 'sociale begeleiding' nodig.

Of deze 'maatschappelijke vernieuwingen' ook maatschappelijke verbeteringen zijn, is nog niet bewezen. Plier niet en nergens ter wereld. En wanneer zou een kind gelukkiger zijn, als het naar-hetgezin-toe wordt geholpen, of van-het-gezin-af?

Want zelfs een onvolmaakt Christelijk gezin is nog vèr te verkiezen boven de allerbeste 'sociale' verzorging!" —

Inderdaad, het gezin moet de kern blijven van onze samenleving. In het gezin horen de kinderen thuis. Maar veel van die instanties, die met de „sociaal gehandicapte jongens en meisjes" — hoe verzint men zo'n mooie naam — te maken hebben, stellen zich veelal rechtstreeks tegen het gezin op. Geregeld kan men daarover verhalen horen. Soms kan men ze ook lezen in de kranten.

Gaat het nog om hulp aan het kind?

Wanneer men het nieuwe beleid in de praktijk ziet komt vanzelf de vraag naar voren of de aktie kinderpostzegels nog wel gaat om hulp aan het kind? Daartegenover rijst de gedachte gemakkelijk op dat het gaat om maatschappijvernieuwing in marxistisch-revolutionaire geest in vele gevallen waarin „hulp" geboden wordt. Nu, van die hulpinstanties zijn er genoeg in ons land:

„Toch rijzen de 'sociale hulpinstanties' tegenwoordig in Nederland als paddestoelen uit de grond. Men geeft de 'hulp' echter niet uit eigen zak. Miljoenen guldens uit de belastingpotten van de ministers Van Doorn en Pronk moeten de boel draaiende houden.

Alleen als er weer ergens een groepje wil beginnen, hebben ze voor dat eerste begin — als de aanvraag om subsidie nog niet behandeld is — een geldschieter nodig.

En het is vooral hier, dat het N.C.K.-bestuur in de toekomst wil helpen. Men noemt dit 'startsubsidies'. Letterlijk staat er in het beleidsplan: 'In verband met het moeten stellen van prioritei-

ten, is bepaald, dat de spits van het N.C.K.-verdelingsbeleid voortaan gericht zal zijn op het vervullen van de startmotorfunctie'.

Men denkt daarbij vooral aan: 'adviesbureaus, opvang in krisissituaties, begeleiding van 18—22jarigen en uitbreiding van het werk van pleeggezinnencentrales'.

In het blaa van de Oud-strijders-uit-de-oorlog, 'Stavast' (aug. '77), staat een artikeltje over zo'n vereniging, die een startsubsidie van de 'Kinderzegels' kreeg. Het betreft de 'Belangenvereniging Minderjarigen'. Een 18-jarige jongen, Hans Simonse, is voorzitter. Hij ijvert voor groeps-gewijs samenleven van jongens en meisjes tussen 15 en 20 jaar en zegt vooral de belangen te behartigen van kinderen, die onder toezicht van de Kinderbescherming staan. Bij dat behartigen voelt hij het meeste voor de anarchistische koers. Hij wil aktie voeren, daar, waar het niet wordt verwacht. 'Want', vindt Hans, 'de tijd van zachtjesaan praten, van de democratische weg is voorbij'.

Van de 7y2 miljoen, die vorig jaar 'opgehaald' werden (ook de verkoopstands in o.a. postkantoren, met kaarten en dergelijke, vallen eronder), is er natuurlijk ook nog wel eens geld naar een goed doel gegaan. Maar hoe meer het N.C.K.-bestuur zich aan het Beleidsplan houdt, hoe minder dat zal worden.

En laat het onder ons duidelijk zijn, dat het N.C.K.-bestuur met 'gezonde kinderen, die op vele wijzen bedreigd en belemmerd worden, in een zo gezond mogelijke ontwikkeling, en daarom hulp nodig hebben', ook ónze kinderen bedoelt. Want de Christelijke opvoeding is in de ogen van de maatschappij'vernieuwers' dè bedreiging van hun ideeën. En dat zien ze nog goed ook.

Tegen alle machten, tegen alle geweldhebbers, tegen alle duisternis van de 20ste eeuw, tegen alle boosheden, is alleen bestand: e wapenrusting Gods, die zo uitnemend beschreven wordt in Efeze 6 : 12 tot 17, mèt het gebed (vers 18). Terwijl de overwinning zeker is!

Daarom strijden wij niet tegen 'vlees en bloed', dat wil zeggen: we strijden niet tegen de ménsen, die door de geest-van-de-tijd misleid zijn, maar tegen hun leer. We moeten hen toch de waarheid zeggen. Dat is de plicht van ieder, die béter weet. En daarom geven wij onze tijd en ons geld ook veel liever aan Bijbelgetrouwe Zending en Evangelisatie en aan instellingen die de komst van Gods Koninkrijk - in het hart - willen bevorderen, dan aan een Stichting die eerder het tegendeel beoogt." —

Misschien is het goed te weten waar het geld van de kinderpostzegels naar toe ging in de afgelopen periode:

Drugs Informatie Centr., Groningen ƒ 1.072, — J.A.C. (jongeren adv.centr.), Gron. ƒ 8.128, — Leefgroephuizen, Drachten ƒ 4.000, — Stichting Jeugd en Gezin, Zwolle ƒ 70.000, — Ikon-film over nieuwe vormen van hulpverlening aan jongeren ƒ 15.725, — Opvang schoolkinderen Amsterdam ƒ 100.000, — Soc. Psych. Pol. Centrum, A'dam ƒ 40.000, — Soc. Psych. Pol. Centrum, A'dam (inrichting nieuwe ruimte) ƒ 60.000, — Soc. Psych. Pol. Centrum, A'dam (overbruggingskrediet) ƒ 100.000, — Mondiaal Alternatief, Zandvoort ƒ 30.000, — Perseverabo, Alphen a.d. Rijn Kinder Wereld Vriendschap, Den Haag ƒ 30.000, — (Aankoop boerderij - rentel. lening) ƒ 75.000, — Release, Uden ƒ 3.150, — Ned. Kath. Ver. v. Kinderuitz. Vught ƒ 20.000, — Coöp. Ver. Experimentele Zelfbestuurde Arbeidersgemeenschappen (startbijdrage projekt alternatieve werkverschaffing) ƒ 3.000, — Kindertehuis 'Zusters van het Arme Kind Jezus', Roermond ƒ 45.000, — 'Individuele hulpverlening' (wordt niet nader gespecificeerd) ƒ 100.000, —

Verder ging er in 1975 ongeveer 1 /-s van de opbrengst (dat is ± ƒ 250.000, —) naar het buitenland. Dit geeft men niet via gouvernementele kanalen, maar rechtstreeks aan de betrokkenen.

U vindt er waarschijnlijk niet zoveel doelen bij, waaraan u graag zou willen geven.

Uit het leven van Maarten Luther

Met de hervormingsdag in het zicht zullen mijn lezers het zeker op prijs stellen het onderstaande voorval uit het leven van Maarten Luther te lezen:

In de beginjaren van zijn openlijk getuigen voor Christus en Zijn waarheid, bracht Maarten Luther eens een bezoek aan de stad Miltenberg. De stad ligt aan de Main en is één van de plaatsen waar de blijde boodschap gretig werd ontvangen.

Een ridder die in die omgeving woonde en hoorde dat Luther in de stad zou spreken en die wist dat hij grotelijks zou worden geëerd als hij de ketter zou vangen en naar Rome vervoeren, besloot een poging daartoe te ondernemen. Door zijn biechtvader aangemoedigd, maakte hij zich haastig gereed voor het vertrek.

Vroeg in de morgen ging hij op reis en kwam in de avond te Miltenberg aan. De stad was vol mensen die gekomen waren om de man te zien en te horen die Duitsland in beroering had gebracht. De herbergier begroette de edele ridder met de opmerking: „Heeft Luther ook u naar hier doen komen? Jammer dat u te laat bent. U had hem moeten horen. De mensen zijn er vol van." De ridder was niet in de stemming voor zo'n lofrede en ging naar zijn kamer.

's Morgens werd hij wakker door het klokgelui voor de morgendienst in de kapel, de slaap had zijn woede getemperd en zijn gedachten waren thuis bij zijn dochtertje dat dodelijk ziek was toen hij wegging. Terwijl hij zijn gordijn opendeed, zag hij het flikkerend licht van een kaars voor het raam tegenover hem. Een ogenblik later hoorde hij een diepe mannenstem zeggen: „In de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest. Amen." Hij hoorde dat de stem vervolgde met een krachtige, vurige smeekbede voor de gehele christelijke kerk en voor de overwinning van het Evangelie over zonde en wereld.

Omdat hij een vroom man was, werd zijn aandacht gewekt en terwijl hij zijn wapenuitrusting aandeed, vroeg hij aan de waard wie die ernstige man was die hij gehoord had aan de overkant van de smalle straat. „Die ernstige man", zei de waard, „is de aartsketter Luther in eigen persoon. Heeft u een boodschap voor hem? "

„Die heb ik inderdaad", zei de ridder, „maar ik zal hem die persoonlijk overbrengen" en met een niet begrijpend hoofdschudden stak hij de straat over, ging het huis binnen en stond een ogenblik later voor het doel van zijn tocht.

Luther stond instinctief van zijn stoel op, verbaasd en niet weinig bezorgd door de plotselinge verschijning van een geducht gewapende ridder, omdat hij wellicht een onprettig voorgevoel van diens boodschap had.

„Wat is het doel van uw komst? " vroeg Luther. Een tweede en een derde maal herhaalde hij de vraag voordat hij een antwoord kreeg. Eindelijk zei de ridder, toen hij wat bekomen was van de indrukken die hem hadden overweldigd: „Mijnheer, u bent veel beter dan ik. God vergeve mij-dat ik van plan was om u kwaad te doen. Ik kwam hier om u gevangen te nemen; in plaats daarvan heeft u mij gevangen genomen. Iemand die kan bidden zoals u kan onmogelijk een vijand van de heilige kerk, een ketter, zijn."

„God zij geprezen", zei Luther, die nu van zijn achterdocht verlost was. „Zijn Woord en Geest hebben u beteugeld, niet mijn woorden, hoewel ik misschien uitverkoren ben om Zijn Woord in het christendom weer in ere te doen komen.

Ga daarom uw weg in vrede, mijn heer. Hij, die een goed werk in u begonnen is, zal dat tot de komst van Christus voleindigen. Als God het wil, zult u nog wonderen zien; hoe de Heere vele zwaarden zal breken, zoals dat van u, en speren in stukken doen vallen, zoals Hij. vandaag heeft gedaan."

Overtuigd en vastberaden ging de ridder onmiddellijk terug naar huis, waar hij zijn dochtertje veel beter aantrof en buiten gevaar. Enige jaren later, toen Luther zijn geloof beleed in een grote openbare vergadering, was hij onder de samengekomen edelen die aan Luthers kant stonden en hem hun steun gaven.

Kroniekschrijver.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 oktober 1977

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 oktober 1977

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's