Hoe en door wie Koning Willem III een Statenbijbel kreeg.
Enkele weken geleden maakten we melding van het feit, dat Koningin Wilhelmina een Statenbijbel uit het Koninklijk archief naar het paleis aan het Noordeinde had doen overbrengen voor haar persoonlijk dagelijksch gebruik. Deze Bijbel was door een groot aantal Nederlanders geschonken aan den vader van onze Koningin, als blijk van liefde, trouw en dankbaarheid voor hetgeen Koning Willem III gedaan had voor de bevolking in het land van Maas en Waal, toen in 1861 groote overstroomingen de Bommelerwaard teisterden.
Een lezer van ons blad stuurde aan de redactie van ons blad een brief, waarin hij de geschiedenis van dit geschenk aan den Koning verhaalt. Uit hetgeen hij mededeelt geven we het volgende aan onze lezers door.
In de tweede helft van de vorige eeuw verscheen er bij den uitgever J. J. H. Kemmer te Utrecht iederen Zaterdag een 2 cts blaadje, dat den naam droeg van „Zamenspraken". Redacteur van dit blaadje was de heer J. L. Bérnardi, een geestverwant van Dr. Kohlbrügge. Hij verzette zich in dat blaadje tegen den geest van het liberalisme, dat in dien tijd in ons land oppermachtig was. Maar naast antiliberaal, was Bérnardi een vurige Oranje-klant. Toen de koning dan ook in 1861, tijdens de overstroomingen in de Bommelerwaard, zijn leven in de waagschaal zettend, hulp was gaan bieden aan de bevolking in de overstroomde gebieden, vroc- de redacteur van Zamenspraken gaven voor een huldeblijk aan te bieden aan Koning Willem III. Het geld stroomde van alle kanten toe en al wat inkwam werd in „Zamenspraken" verantwoord. Voor dat geld werd allereerst een kostbare Statenbijbel gekocht, met zilveren beslag, die op 22 Maart 1862 door de heeren Bérnardi, van Heumen van Delft en Ds. Gobius du Sart van Nijkerk met een toespraak aan den Koning werd aangeboden. Er was echter meer geld ingekomen dan noodig was. En daarom begon Bérnardi geld in te zamelen voor een Weeshuis te Huizen. Ook dit geld kwam er, zoodat in 1869 het Geref. Oranje-Weeshuis te Huizen werd geopend. Men zegt, dat men bij de opening van het Weeshuis geen geld meer had om weezen op te nemen, maar toen men niettegenstaande dat toch besloten was om 6 weezen te gaan verzorgen, werd aan het huis van Bérnardi een enveloppe met 6 bankbiljetten van 1000 gulden bezorgd, terwijl de gever onbekend was. Aan de Statenbijbel van Koning Willem III is dus een heele geschiedenis verbonden.
Om u een indruk te geven van hetgeen men in het blaadje „Zamenspraken" lezen kon, nemen we uit het nummer van 26 Juli 1873, dat door onzen vriendelijken lezer aan de redactie werd toegezonden, het volgende over:
„Moesten wij drie maanden geleden onzen lezers eene droeve mare brengen (dit was het bericht van het overlijden van Bérnardi, die 4 Mei 1873 gestorven was), ook heden is ons die taak opgelegd.
Zondag 20 Juli j.l. des nachts ten half twee ure overleed te Utrecht na een langdurig en smartelijk lijden de Weled. Heer Johannes Jacobus Hendrikus Kemmer, in leven Boekhandelaar te Utrecht en Uitgever der Zamenspraken, medestichter der beide Godshuizen het Oranje- Weeshuis te Huizen en Wilhelmus van Nassauwen te Brielle, — diep betreurd door zijne kinderen en vrienden.
Zijn uitzicht was alleen op het bloed en de gerechtigheid van Jezus Christus, zijne laatste betuigingen: „Ik weet dat mijn Verlosser leeft." Op dien grond mogen de bedroefde Weezen en vrienden des overledenen hem zien heengaan in vrede. Zijn dood na een zeer werkzaam en nuttig leven moge een iegelijk onzer doen gedenken aan het woord van God: „bereid uw huis, want gij zult sterven", en dan zal er rekenschap worden afgelegd voor dien Regter der gansche aarde. „Zalig zijn de dooden, die in den Heere sterven van nu aan, ja zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hunnen arbeid, en hunne werken volgen met hen" Openb. 14 : 13."
En dan volgt een samenspraak, waaraan het blaadje haar naam te danken had:
B a r t. De waarschuwing des Heeren „bereid uw huis. want gij zult sterven", vindt niet veel geloof onder de stervelingen, vrienden!
A a r t . Neen, waarlijk niet, hoe zou dat zoo komen, meent gij? men hoort toch zooveel van brand, spoorwegongelukken, cholera en vele andere vreeselijke dingen.
W i l l e m . Dat komt eenvoudig daardoor, dat de sterveling het oor gesloten heeft voor zijnen Schepper, die gezegd heeft: „gij zult den dood sterven, stof zijt gij, en tot stof zult gij wederkeeren"; maar nog ruischt als een heerlijke melodie in zijn bedorven harte en door zijn verblinde zinnen, de spraak des satans, „gij zult den dood niet sterven". Een waarachtige bekeering begint met geloof aan dood en eeuwigheid, aan God en aan de onsterfelijkheid der ziele. Maar dat geloof leert men op de akademie zoomin als in bewaarscholen, dat kan men elkander ook niet inschroeven, dat is een door den Heiligen Geest gewerkt geloof.
Tot zoover deze samenspraak uit „Zamenspraken" om u te laten zien uit welken kring het geschenk aan Koning Willem III, in den vorm van een Statenbijbel, gekomen is. Na den dood van den redacteur en den uitgever, heeft het blaadje niet lang meer bestaan, maar het Woord des Heeren blijft tot in der eeuwigheid. En zoo bevindt de Statenbijbel van Bernardi en de zijnen zich tot nu toe in het paleis van onze Koningin. — We zijn onzen 80-jarigen lezer te O. dankbaar voor zijn aardige inlichtingen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 oktober 1938
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 oktober 1938
Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's