Geen donor, maar wel ontvanger, dat kan natuurlijk niet
Binnenkort moet iedereen een kaart invullen: wel of geen donor?
Binnenkort moet iedereen een kaart invullen: wel of geen donor?
Jason Walden werd door al zijn vrienden beschouwd als een van de beste scateboarders uit de buurt. Hij viel maar zelden. Die morgen had hij een scateboard van zijn buurjongen geleend en was alleen naar zijn favoriete heuvel vertrokken. Hoe het precies gegaan is, weet niemand, 's Middags werd Jason door een voorbijganger gevonden, bewusteloos.
In nog geen tien minuten was een ambulance ter plaatse, die Jason in vliegende vaart naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis bracht. Na een snel onderzoek bleek dat er zich een bloedklont lussen de schedel en de hersenen van de vijftienjarige jongen had gevormd. Weer werd de jongen in ijltempo vervoerd. Nu door de gangen van het ziekenhuis, naar een operatiekamer. De operatie verliep goed en de inmiddels gealarmeerde ouders haalden opgelucht adem.
In de spannende dagen die volgden verslechterde Jasons situatie echter. Onderzoek wees op opeenhoping van vocht in de hersenen. Na verloop van tijd vertoonde de jongens steeds meer alarmerende verschijnselen. Zijn pupillen waren wijdopengesperd en reageerden niet meer op licht. Ook reageerde hij niet meer op pijnprikkels en was beademingsapparatuur noodzakelijk. De artsen dachten reeds aan hersendood. Toch werd de intensieve verpleging van Jason doorgezel.
Een verpleegster bracht de heer en mevrouw Walden van het slechte nieuws op de hoogte. In hetzelfde gesprek vroeg ze of zij de organen van hun zoon wilden doneren. Er zouden levens van andere kinderen gered kunnen worden. Z.e vroegen bedenktijd.
Toen de hersenen bijna 24 uur geen aktiviteiten hadden vertoond, werden door het verplegend personeel en de artsen enkele testen uitgevoerd.
Zo kreeg de jongen pijnprikkels toegediend, er werd een oplossing van ijswater in zijn oor gegoten. De reakties bleven echter uit. Toen na het inspuiten van radio-aktieve kontrastvloeistof bleek dat er geen enkele bloedtoevoer was naar de hersenen, verklaarde de behandelend arts. na overleg met de neurochirurg, Jason dood.
Inmiddels hadden de ouders toegestemd in donatie van al Jasons organen. Na het tekenen van de overlijdensakte gaf de arts daarom de opdracht de jongen aan de beademingsapparatuur te laten. Die avond namen de verdrietige ouders afscheid van hun overleden zoon. Hij lag er nog net bij als die dagen ervoor, warm en met een rijzende en dalende borstkas. Na het afscheid werd Jason voor de tweede maal naar de operatiekamer gereden. Nog geen zes uur later zouden zijn hart. lever, nieren en alvleesklier op weg zijn naar andere lichamen, om vijf zieke of zelfs ten dode opgeschreven mensen, kinderen hun gezondheid terug te geven.
Realiteit
Tot zover het verhaal over Jason. dat in veel uitgebreidere vorm in het boek van Mark Dowie. 'Jacht op organen' is terug te vinden. Een triest maar tegelijk zeer realistisch verhaal. Vooral dat laatste is belangrijk. Dat betekent immers dat hetzelfde ook ons kan overkomen. Wanneer we dat bedenken komen er twee levensgrote vragen op ons af. De eerste en belangrijkste is: wanneer wij met zo'n plotselinge dood worden gekonfronteerd. zijn wij dan bereid? Dc tweede is: mogen wij. of misschien zelfs: moeten wij dan onze organen afstaan aan onze medemens? Op deze laatste vraag wil ik in dit artikel ingaan.
Binnenkort zullen we namelijk verplicht worden antwoord te geven. Toch wilde ik de eerste vraag even noemen. Dit blijft immers de belangrijkste vraag in ons leven, die nooit door andere vragen opzij geschoven mag worden.
Aktuele vraag
Hoewel orgaantransplantatie niet iets is van de laatste tijd. is het wel een van de meest besproken onderwerpen van het laatste jaar. In vrijwel alle kranten cn tijdschriften binnen de christelijke wereld is dc laatste tijd over dit onderwerp geschreven. Om maar niet tc spreken over de vele radio-en televisieuitzendingen cn lezingen diezijn gehouden. Hoe komt dat? Voor ik hierop kort inga. is het zinvol om te kijken wat orgaantransplantatie precies is.
Transplantatie wil zoveel zeggen als 'overplanten'. Orgaan transplantatie betekent dus het overplanten van organen. Er bestaat ook weefsel transplantatie, maar omdat de ethische vragen vooral over orgaantransplantatie gaan. willen we het in dit artikel alleen daarover hebben.
Het overplanten van organen gebeurt van het ene lichaam naar het andere. Op dit moment is de wetenschap zover dat een viertal verschillende organen regelmatig mei sukses worden overgeplant: de lever, de nieren, het hart en de alvleesklier. Daarnaast zijn er ook al vorderingen met longtransplantaties. Overigens moet je bij weefseltransplantatie vooral denken aan het overplanten van huid, hoornvlies, beenmerg cn in de toekomst wellicht ook hersenweefsel. Zoals ik net al zei. laten we dit nu achterwege.
Bij orgaantransplantalie zijn altijd twee mensen betrokken: de donor, dat is degene die het orgaan afstaat, en de acceptor. degene die het orgaan ontvangt. In sommige gevallen (sommige niertransplantaties) zijn zowel donor als ontvanger tijdens dc overplanting in leven. De donor staat dan een orgaan af. zonder levensgevaar te lopen. In de meeste gevallen van orgaantransplantaties geldt echter dat de donor overleden is.
Nu is overplanting van een orgaan niet zo vanzelfsprekend als dat misschien lijkt. Een transplantatie heeft alleen kans van slagen als de bloedgroep en het wccfscltypc van de gever en de ontvanger gelijk zijn. En dan nog kan het orgaan afgestoten worden door het afweermechanisme van ons lichaam. Dit afweermechanisme kan tegenwoordig echter in veel gevallen onderdrukt worden met behulp van speciale medicijnen.
Wachtlijsten
Nu terug naar de vraag waarom het onderwerp orgaantransplantatie tegenwoordig zo aktueel is. Zoals ik al zei. twee oorzaken. Ten eerste is door de vorderingen in de medische wetenschap de kans op een geslaagde transplantatie steeds groter geworden. De ontwikkeling van medicijnen die ons afweermechanisme onderdrukken hebben hiertoe een grote bijdrage geleverd.
Overigens gaat die ontwikkeling nog steeds door. Het gevolg is dat steeds meer patiënten in aanmerking komen voor een donororgaan. Steeds meer mensen die eerst niet geholpen konden worden. kunnen dat nu wel. mits er een geschikte donor is. Hierdoor zijn enorme wacht-
lijsten ontstn.in In 19X9 stonden alleen in Nedeiland al ruini I < (»(> merpatientcii ingeschreven vooi ccn transplantatie Dc gemiddelde wachttijd voor de/c patiënten is nu ongeveer drie laar. maar kan oplopen lot tien ol zclls achttien jaar Vooi veel mensen ts dn tc lang. zi| overli|dcn voordat een nier beschikbaar komt
Wet op Orgaandonatie
Het spreekt voor zich dat deze situatieverandert als het aantal donoren zou stijgen. Op dit moment draagt twintig procent van dc Nederlanders die in aanmerking komen als donor een codicil (dat is ccn schriftelijke toestemming om na het overlijden organen weg te nemen). LJil een onderzoek in 1990 bleek echter dat ruim zeventig procent bereid is na het overlijden donor tc zijn. Blijkbaar heeft het merendeel de beslissing nog steeds voor zich uitgeschoven.
Fr zijn dus eigenlijk veel meer donoren, zij moeten alleen nog over dc streep getrokken worden. Bovendien dient het dan zo vastgelegd te worden dat bij het overlijden geen toestemming van familie meer nodig is. Om dit te regelen, is bij de overheid de nieuwe 'Wet op Orgaandonatie' in de maak.
Daarmee zijn we gelijk aangekomen bij de tweede oorzaak van de diskussie rond orgaantransplantatie. In deze wet is namelijk ook een passage opgenomen, die regelt dat alle inwoners van Nederland van achttien jaar en ouder een donorkaart toegestuurd krijgen. Op deze kaart kan ingevuld worden of men wel of niet organen wil afstaan na het overlijden. Zo wil de overheid meer mensen over de streep trekken en hel aantal donoren verhogen. Als deze wet er komt. cn daar ziet het wel naar uit. zullen wij dus allemaal persoonlijk gekonfronteerd worden met de vraag of we bereid zijn organen af tc staan na ons overlijden. Dil is de belangrijkste oorzaak van de vele bezinning rond dit onderwerp en de reden van dit artikel.
Dat de vraag, of wij onze organen na onze dood willen afstaan aan andere mensen, geen eenvoudige vraag is. spreekt voor zich. Het dwingt ons in de eerste plaats na te denken over onze dood. Iets dat we liever van ons afschuiven. Daarnaast is het geen vraag waar de Bijbel een duidelijk antwoord op geef.
Het is dan ook geen wonder dat cr binnen onze kringen verschillend over dit onderwerp gedacht wordt. We mogen deze vraag echter niet ontwijken. Dat heeft ook geen zin. wanneer de donorkaart er komt. zullen we verplicht worden deze ingevuld terug te sturen.
Geen sluitend antwoord
Orgaandonatie is een strikt persoonlijke zaak. Het gaat om ons eigen lichaam, dat we van God ontvangen hebben en waarover we rentmeester zijn. zowel voor als na onze dood. Verwacht van mij dan ook geen antwoord op de vraag of je je organen moet afstaan. Probeer zelf een beslissing te nemen. Niet zomaar, maar in gebed om wijsheid. Hel kan ook duidelijkheid geven er iets over te lezen of erover te spreken, thuis of op de
jeugdvereniging, op school. Wel wil ik nog een paar punten noemen, die bij het denken over deze vraag belangrijk zijn.
Hen belangrijk punt is. dat wij. door onze organen, die wij na onze dood niet meer nodig hebben, af te staan, onze medemens kunnen helpen. Mensen die weinig levenskans hebben, of veel lijden, kunnen weer gezond worden wanneer zij een orgaan ontvangen van iemand anders. Vanzelfsprekend staat God hierboven, maar Hij kan deze middelen gebruiken.
Grens tussen leven en dood
Een tweede belangrijk punt is, dat het verwijderen van een orgaan uit ons lichaam pas kan gebeuren als wij zelf overleden zijn. Dc tijd tussen het overlijden en het verwijderen van een orgaan moet echter heel kort zijn. Voor de meeste organen is het zelfs noodzakelijk dat zc niet zonder bloed en zuurstof zijn geweest. Het lichaam van een overleden donor wordt daarom altijd kunstmatig in 'leven' gehouden, om de organen te sparen. Voor de familie van de overledene kan dit emotioneel moeilijk zijn. Dat zien we ook in het verhaal van Jason. Bovendien is het door dc ontwikkeling van de wetenschap niet altijd duidelijk wanneer de dood is ingetreden. Zei men vroeger dat iemand overleden was als het hart niet meer klopte of als de ademhaling gestopt was, tegenwoordig geldt dat in veel gevallen niet meer, omdat deze funkties van het lichaam overgenomen kunnen worden door machines. In zulke gevallen bepalen dc hersenen of iemand overleden is. Door de medici, maar ook door christelijke ethici wordt in het algemeen aangenomen dat iemand overleden i.s als zijn of haar hersenen 'dood' zijn. Om dit te konstateren zijn verschillende onderzoeken mogelijk. In de praktijk blijkt het echter niet altijd even eenvoudig om aan te geven wanneer iemand hersendood is. Al met al is de grens tussen leven en dood soms erg vaag. Wanneer de patiënt donor is, zou die grens naar voren getrokken kunnen worden, omdat zijn of haar organen nodig zijn. Euthanasie komt dan heel dichtbij.
Persoonlijke organen
Als je over dit moeilijke onderwerp nadenkt, en je cr in verdiept, komen cr tal van vragen naar boven. Vragen waarop moeilijk een antwoord te geven is. Dat was ook bij mij het geval. Het leek me goed ter afronding van dit artikel een paar van deze vragen voor tc leggen aan dr. R. Seldenrijk. Hij werkt momenteel aan ccn boek over dit onderwerp, dat binnenkort bij het Lindenboominstituut zal verschijnen. Een boek dat je moet lezen als je meer over orgaantransplantatie wilt weten.
Als grens voor orgaandonatie wordt meestal aangegeven hersenen en organen die geslachtscellen produceren. Deze mogen niel worden overgeplant naar een ander lichaam, omdat de persoonlijkheid van de mens daar sterk mee verbonden is. Geldt dat echter ook nier voor andere organen als nieren en hart?
Dr. Seldenrijk: In principe bevatten al onze organen en weefsels het genetisch materiaal dat onze persoonlijkheid bepaalt. Dit komt echter niet overal hetzelfde tot uiting. Daardoor is onze persoonlijkheid niet in alle organen even sterk aanwezig. Onze persoonlijkheid zal daarom niet veranderen als we een lever of een hart ontvangen van een ander. Onze persoonlijkheid is wel sterk verbonden met de hersenen. Wanneer een hersenbeschadiging optreedt, is immers ook vaak de persoonlijkheid veranderd. Zo iemand is niet meer 'dezelfde' zeggen we dan. Geslachtscellen hebben op hun beurt dc mogelijkheid in zich een geheel nieuwe mens te maken. Er is dus wel een principieel verschil tussen deze organen en de nier of het hart.
Hoe moeten we dun de bijbelteksten opvatten waarin wordt gesproken over onze nieren (Job 19:27. Psalm 139:13). het hart (Jer. 11:20) en de lever (Klaagt. 2:11)?
Dr. Seldenrijk: In deze teksten worden deze organen allemaal bedoeld in figuurlijke zin.
Nu is en blijft het voor velen een moeilijke vraag: mogen wij onze organen afstaan na onze dood? Is daar een antwoord op te vinden?
Dr. Seldenrijk: Ja. maar het is en blijft een persoonlijk antwoord dat we door gebed en lezing van de Bijbel moeten vinden. In de Bijbel vinden wc geen konkreet antwoord op deze vraag. Wel vinden we antwoorden op 'basisvragen' die eigenlijk aan deze vraag vooraf gaan: Wie is dc mens? Hoe moet hij omgaan met zijn lichaam? Enzovoort. Dan kunnen we
lezen dat het niet verkeerd is hulpmiddelen te gebruiken om onze gezondheid te bevorderen, denk maar aan de klomp vijgen die Hizkia op zijn zweer moest leggen (2 Kon. 20:7). De belangrijke vraag is dus of er verschil is tussen transplantatie of andere medische handelingen. Er is natuurlijk verschil.
Bij transplantatie gaat het om weefsels en organen, bij andere medische handelingen gaat het om kunstmatige middelen, medicijnen enzovoort. Op zich zal dat verschil geen probleem zijn, want wij hebben met veel vormen van transplantatie geen moeite, denk maar aan bloedtransfusie cn transplantatie van het hoornvlies.
Een bezwaar zou kunnen zijn, dat het lichaam na het overlijden opengesneden moet worden. Dit hoeft echter op zich ook niet fout te zijn. De Bijbel veroordeelt lijkschending. dat heeft echter geen betrekking op het verwijderen van organen voor het leven van een medemens. Wc kunnen het afstaan van organen aan onze medemens op grond van de Bijbel niet afwijzen. Toch is en blijft het een persoonlijke zaak.
Veel mensen vullen geen donorcodicil in, omdat ze bang zijn dat ze niet de juiste behandeling krijgen, als ze op sterven komen te liggen. Eigenlijk zijn ze bang voor een versnelling van het stervensproces, omdat hun organen nodig zijn. Is die angst terecht?
Dr. Seldenrijk: Niet helemaal. Het is momenteel zo geregeld dat het verzorgende team cn het transplantatie-team verschillend zijn. De mensen rond het sterfbed benaderen de mens in principe dus niet als een donor, maar als een patiënt. Maar het is wel belangrijk dat we als familie en als patiënt alert blijven. Er zijn natuurlijk uitzonderingen mogelijk.
Ook is het wat dit betreft belangrijk hoe we de donorkaart invullen, We kunnen op deze kaart aangeven dat we onze organen pas afstaan wanneer hersendood is gekonstateerd.
Eigenlijk zouden we dus kunnen konkluderen: orgaantransplantatie is niet fout. maar ook niet verplicht. Laat ik er maar niet aan meewerken, dat is het veiligste.
Dr. Seldenrijk: Wanneer je daarvoor kiest, dan moet je ook consequent zijn en geen organen van anderen aannemen als je die nodig hebt. Geen donor willen zijn. maar wel ontvanger als dat nodig blijkt, dat kan natuurlijk niet. Het is dus niet verkeerd om geen donor te willen zijn, maar het is wel belangrijk te bedenken wat de consequenties zijn. Wc worden dus gedwongen over deze zaken na te denken.
Is het geen christenplicht om onze organen na ons overlijden af te staan aan onze medemensen?
Dr. Seldenrijk: Nee, zo zou ik het niet willen noemen. Dat zou een bepaalde dwang op ons leggen. Het moet een persoonlijke beslissing blijven. die in gebed om licht van dc Heilige Geest genomen wordt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 januari 1991
Daniel | 32 Pagina's