Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET KERKELIJK JAAR

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET KERKELIJK JAAR

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als je dit opschrift leest, dan hoop ik, dat je denkt aan de reeks kerkelijke feesten, zoals ook wij die vieren: Kerst, Pasen en Pinksteren. Toegegeven, de woorden feesten en vieren tekenen voor ons gereformeerde protestanten meestal niet de juiste sfeer. Het is bij ons meer een herdenken van de heilsfeiten. In „Daniël" van 9 april j.1. heb je kunnen lezen, hoe b.v. de vroege kerk werkelijk uitbundig Paasfeest vierde. De Oosters Orthodoxe Kerk doet dit tot vandaag de dag.

Hoe het ook zij, ook wij in Nederland kennen het Kerkelijk Jaar. Het heeft een interessante wordingsgeschiedenis. Het heeft zich ontwikkeld niet uit één, maar uit twee kernen, n.1. uit de wekelijkse herdenking van de opstanding van de Heere Jezus op zondag, de eerste dag der week en uit de jaarlijkse herdenking op Pasen. Zo vanaf de 2e eeuw komt er een nieuw element bij: de jaarlijkse herdenkingsdag van de martelaar. In de 3e en 4e eeuw ontstaan resp. in het Oosten en het Westen de feesten van Epiphanie (de verschijning van de Heere Jezus) en Kerst, die aan het einde van de 4e eeuw in vrijwel heel de kerk gevierd worden.

De zondag speelt een elementaire rol. Het is de wekelijks terugkerende Dag des Heeren, waarop in de eerste tijd het Avondmaal gevierd wordt. De week is ais het ware een gesloten cyclus op zichzelf. Het herinnert aan Christus' opstanding en doet vooruitzien naar Zijn wederkomst en de opstanding van al de Zijnen.

Paasfeest

Naast de zondag is het Christelijke Paasfeest opgekomen, als een jaarlijkse herdenking, eerst van het lijden, later van de opstanding van de Heere Jezus. Na veel strijd is ook dit feest op een zondag gesteld. Verder vindt op Pasen de opname van de nieuwe leden in de gemeente plaats en wordt Pasen het feest der feesten. Langzamerhand gaat aan Pasen een voorbereidingstijd vooraf, die tenslotte uitloopt tot 40 dagen, bij ons de lijdensweken, bij de E. Katholieken de Vasten genoemd. Als dan ook nog de 50 dagen tot aan Pinksteren (pentecoste = 50ste) een na-viering zijn van Pasen, dan is het duidelijk dat Pasen de kern van het Kerkelijk Jaar is geworden.

Kerstfeest

Zoals gezegd, pas aan het einde van de 4e eeuw wordt het Kerstfeest algemeen gevierd als herdenking van de geboorte van de Zaligmaker. Als nevenfeest is het Epiphanie-feest ontstaan, de herdenking van Christus' verschijning.

Later komen er nog meer herdenkingen van verschijningen bij en komt het tot een echte Epiphanie-cyclus van de le zondag van Advent tot aan de le zondag van de Vasten. Samen maakt het de Kerstcyclus. Ik denk zo, dat de meesten van ons nu pas voor het eerst van Epiphanie horen. Het is dan ook niet iets dat thuis hoort bij het Gereformeerde Protestantisme. Je vindt het bij de Anglikaanse, Oosters Orthodoxe en Rooms-Katholieke kerken.

Naast de feesten, die de grote heilsfeiten tot onderwerp hebben, kennen deze kerken sinds de middeleeuwen ook nog feestdagen met een speciaal dogmatisch karakter, zoals het feest van de Drieëenheid, het Heilig Hart en Christus Koning. Verder hebben zij een reeks heiligen-dagen. Die vallen na Pinksteren. Al heel vroeg worden in de oude romeinse liturgie de zondagen na Pinksteren benoemd naar de meesten van de grote heiligen als Petrus en Paulus, Laurentius, de aartsengel Michael.

Zodra de Kerstcyclus aan de Paascyclus is verbonden, is de herdenking van de heilsfeiten een weergave van de voortschrijding van Christus' werk. Eerst de aankondiging van Zijn geboorte, dan de geboorte zelf, Zijn lijden, Zijn opstanding, Zijn hemelvaart en de uitstorting van de H. Geest op Zijn Kerk.

Het is goed, dat de kerk deze dagen viert, mits het maar niet hij louter herdenken blijft. Het gaat er juist om, dat het gebeurt op dezelfde wijze als in het Avondmaalsformulier gesproken wordt over het gebruiken van het H. Avondmaal, n.1. in het gedeelte, dat begint met „Maar aldus zullen wij Zijner daarbij gedenken". Lees dat stuk van het formulier maar eens rustig na.

Nieuw jaarsdag

Een moeilijke feestdag in het Kerkelijk Jaar is Nieuwjaarsdag. Wij staan dan uitsluitend stil bij het feit, dat er weer een nieuw jaar is aangebroken en wij willen als gemeente dat jaar samen voor de Heere beginnen. Maar zo was het vroeger niet. Neen, van ouds is dit de dag van de besnijding en naamgeving van de Heere Jezus. De Synode van Dordrecht van 1618-1619 bevestigt o.a. een oud besluit: p nieuwjaarsdag moet 's morgens over de besnijdenis en 's middags over de naamgeving gepreekt worden. Aan het eind van de 17e eeuw is er echter al sprake van de nieuwjaarspreek, al hield men zich nog wel aan de voorgeschreven tekst, Lukas 2 : 21. Overigens, een man als Ds. Fransen, die in de vorige eeuw onze gemeenten te Kampen, Lisse en Barneveld diende, wenste van geen nieuwjaarspreek te weten. Hij preekte dan over de besnijdenis van de Heere Jezus en hij was daarmee in goed kerkelijk spoor.

Het Kerkelijk Jaar

Wij kunnen wat het Gereformeerde Protestantisme betreft echt niet spreken van een compleet Kerkelijk Jaar, want de periode van Pinksteren tot aan Kerst blijft ongenoemd. Hoe ziet zo'n écht kerkelijk Jaar volgens de deskundigen er dan wel uit? Daarvoor wil ik besluiten met een beknopte weergave van de opstelling volgens Prof. Dr. G. van der Leeuw, dé man van de liturgische beweging in Nederland, zoals hij die geeft in zijn boek „Liturgiek", pag. 97-103.

December. Advent. Voorbereiding op de komst van Christus; het oordeel.

25 dec. Kerstmis. Het oorspronkelijke feest was Epiphanie, 6 jan. In de 4e eeuw werd dit 25 dec., een datum uit het heidendom, de geboortedag van het Nieuwe Licht. Onze kerk in Nederland hechtte weinig waarde aan dit feest. Het werd algemeen vanaf het einde van de 17e eeuw.

26 dec. Tweede Kerstdag. Stephanus. De tweede feestdag ontleent zijn eigenlijke betekenis aan de eerste martelaar, Stephanus.

28 dec. Onnozele kinderkens. Die van Bethlehem. Ook zij zijn martelaren.

1 jan. Naamgeving des Heeren en Zijn besnijding.

6 jan. Verschijning des Heeren: Epiphanie. Het oudste Kerstfeest. De Wijzen uit het Oosten (Drie Koningen), doop van Christus in de Jordaan en het eerste wonder te Kana.

2 jebr. Opdracht des Heeren. Staat in het teken van de Lofzang van Simeon.

Maart-april. Aswoensdag, 6V2 week voor Pasen. Begin van de Lijdenstijd. Lijdenstijd. Iedere lijdenszondag heeft zijn eigen naam. Palmzondag, de zondag voor Pasen: Christus' feestelijke intocht in Jeruzalem. Stille week. Witte donderdag. Goede vrijdag. Stille Zaterdag. De synode van Dordrecht van 1579 besloot tot lijdensprediking. Pasen.

Mei-juni. Pentekoste, vreugdetijd. De zondagen hebben eigen namen en eigen aard. Hemelvaart: de vaderen waren in dit opzicht nogal onverschillig en lieten zich de viering door de overheid voorschrijven. Exaudi: de zondag voor Pinksteren, voorbereiding daarop, dag der gemeente.

Pinksterfeest. Sinds de 3e eeuw in de kerk gevierd. Christus' blijvende tegenwoordigheid in Zijn Kerk door Zijn Geest. Na de Reformatie werd dit feest door de Overheid in stand gehouden. Drievuldigheid: het feest van de Drieëenheid, de Trinitatis. 24 juni. Johannes de Doper. De enige heilige, van wie niet de sterf-, maar de geboortedag wordt herdacht.

29 juni. Petrus en Paulus. In hen gedenkt de Kerk haar apostolische oorsprong. 6 aug. De verheerlijking op de berg.

15 aug. Maria, de moeder des Heeren.

29 sept. Michael, de aartsengel. God heeft nog andere dienaren dan mensen. Gods Kerk is daarboven en hierbeneden.

31 oktober. Hervorming.

1 nov. Allerheiligen. Reeds de dag aan Michael (29 sept.) gewijd, bracht ons in de sfeer van de gemeenschap der heiligen. Deze dag geheel. Achter de levenden de doden, daarachter de martelaren, daarachter de engelen.

2 nov. Allerzielen. Gedachtenis der gestorven gelovigen. De gemeente treedt samen met haar doden voor God.

Zo, nu hebben wij iets gezien wat een deskundige als Dr. van der Leeuw zich voorstelt van het Kerkelijk Jaar. Ik dacht niet, dat wij behoefte hebben hem daarin te volgen. Met dit artikel is nog maar een tipje van de liturgische sluier opgelicht. Het is haast een wereld apart, die voor ons niet leeft. Dr. van der Leeuw is een voorstander van een „volledig" Kerkelijk Jaar, waarbij iedere zondag zijn voorgeschreven tekst heeft, waaruit gepreekt moet worden. Nu, daar is wat ons betreft wel in voorzien door de Synode van Dordrecht van 1618-1619. Die schreef voor, dat iedere zondag uit de Heid. Catechismus gepreekt moest worden. Onze gemeenten in Zeeland houden zich daar keurig aan, door op de eerste zondag van het jaar de eerste zondag van de Catechismus te behandelen, de tweede zondag de tweede en zo het gehele jaar door.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 oktober 1976

Daniel | 22 Pagina's

HET KERKELIJK JAAR

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 oktober 1976

Daniel | 22 Pagina's