De ineensmelting - pagina 7
Een woord voor de eenheid der kerk (Deel 2)
10 waarheid, zou brengen tot een verwerpen van den b r o e d e r , die hoewel hij in eenig opzicht met u verschilt, overigens niet minder dan gij brandt voor het Woord en de Waarheid en de inzettingen Zijns Gods, — dan zou h i e r u i t blijken, dat gij niet meer alleen gedreven werd door de geestelijke en zuivere liefde voor Gods Waarheid en Kerk en zaak op deze aarde. Wat is het juiste spoor in dezen? Hoe ver heb ik in dezen te gaan ? Niet alleen uit de feitelijke uitspraken van Gods Woord, dat de Kerk „acht" moet hebben op „ d e 1 c e r," en dat zij een kettcrschen mensch bij hardnekkigheid moet „verwerpen," maar ook uit de beteekenis die de waarheid Gods voor haar, voor haar eigenlijk leven, voor haar zijn en bestaan heeft, —• vloeit vanzelf voort, dat kerkelijk samenleven met degenen die van die waarheid afwijken en die met haar in deze niet één zijn, niet alleen naar Gods Woord niet bestaan kan, maar ook een onmogelijkheid is. (Het Grieksche werkwoord in Tit. 3 : 1 0 vertaald door „verwerpen," beteekent eigenlijk : zich aan iemand onttrekken, hem vermijden, hem ontwijken.) — O f de Kerk zou voortaan niet acht moeten nemen op de leer en deze niet beschouwen als zulk een kostelijk en boven alles gaand pand, als zij inderdaad toch i s ! Doch dan verzwakt de Kerk haar eigen grondslag, haar eigen arbeid gedurende de eeuwen van af de komst van Christus verricht, en verzwakt ook met eigen hand haar licht, dat zij ook geroepen is vast te houden en te doen schijnen in het anders zoo donkere leven om haar henen! Dit gaat echter niet! De zaak van Gods Woord, dat is: de zaak van Gods waarheid haar uit dat Woord geleerd, is een zaak van den hoogstcn ernst, is de eigenlijke, de eenigc en groote zaak waarom zij als Kerke Gods zich alleen maar heeft te bekommeren te midden van dit leven en bij een iegelijk mensch! Maar wat is de waarheid, bij afwijking waarvan kerkelijk samenleven geoordeeld is voor Gods Woord en naar de diepste beginselen, en afwijking waarvan een zuiver kerkelijk leven en streven in den weg staat? Het is de waarheid die k e r k e 1 ij k vaststaat. Of anders gezegd: het is de waarheid v o o r z o o v e r zij uit Gods Woord v o o r d e K e r k , d. i . : voor het lichaam der geloovigen in zijn geheel, tot helderheid is gekomen, en daarna nu ook door die Kerk als zoodanig, gewoonlijk in bange geestelijke worstelingen, van harte is omhelsd en bij wettig kerkelijk besluit aanvaard voor de gansche wereld. Die waarheid dus, niet die g i j in
Gc "W zo w K he zij en di hf m k d E o a
i d h a e e z i t t 1 i
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903
Brochures (TUA) | 51 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1903
Brochures (TUA) | 51 Pagina's