Samenwerking - pagina 13
Referaat gehouden op den 14en Bondsdag van den Nederlandschen Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. Grondslag te Amsterdam..
stroomt door al onze ledematen heen. Maar er is toch groot onderscheid. Het leven klopt warnier in het hart dan in het hoofd, het is zwakker en flauwer in haren en nagels dan in armen en beenen. Men kan ook liet goede overdrijven. Prinzipienreiterei en Consequenzinacherei zijn Duitsche woorden, maar de hoedanigheden, die er door aangeduid worden, zijn soms ook aan Nederlanders en aan Calvinisten niet vreemd. Vereenigingen, voor zuiver commercieele of industrieele belangen opgericht, behoeven werkelijk niet aan eene geschreven belijdenis gebonden te worden. En als men met eenige vrienden eene schaakclub opricht, is het niet beslist noodzakelijk, om vooraf de drie Formulieren van Eenigheid te onderteekenen. Maar hoe meer de belangen, die wij behartigen, een geestelijk karakter dragen, werkt er het geloof op in en komt er de belijdenis bij te pas. In hoofdzaak zijn deze belangen tot vier groepen te herleiden. Zij betreffen den arbeid der evangelisatie, of het werk der barmhartigheid, of de beoefening der wetenschap met het onderwijs der scholen, of eindelijk ook de regeering van staat en maatschappij. Ook hier is weer onderscheid in mate en graad. Op het gebied van evangelisatie en missie is samenwerking tusschen wie niet dezelfde belijdenis toegedaan zijn en tot dezelfde kerk behooren zoo goed als onmogelijk, en in elk geval veel moeilijker dan op dat van barmhartigheid en onderwijs. En hier stuit zij weder op veel ernstiger bezwaren dan in zaken van politiek. Maar desniettemin, geen van deze belangen gaat buiten de religie en de confessie om. Neutraliteit is in al deze zaken theoretisch en practisch onhoudbaar gebleken. Zij maken al te zamen den wijden kring van onze „Christelijke Belangen" uit. Natuurlijk gaat het niet aan, om in enkele ogenblikken voor elk van deze belangen aan te geven, in hoever religie en confessie daarop inwerken en invloed behooren te oefenen. Evenzoo is het ondoenlijk, om thans voor ieder van deze terreinen de grenzen te bepalen, binnen welke samenwerking met andere vereenigingen of partijen mogelijk, geoorloofd en nuttig is. In bijzonderheden zou dit telkens toch slechts met het oog op speciale gevallen aan te wijzen zijn. Maar zeker mag gansch in het algemeen voor alle samen-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 mei 1902
Brochures (TUA) | 16 Pagina's