Het oudste Christendom - pagina 38
Redevoering, uitgesproken bij de overdracht van het rectoraat der Rijks-Universiteit te Groningen, den 16den september 1901.
39 de vrijheid des gewetens, voor ons verworven liebben en U w hulde is rechtmatig. Maar
breidt dan ook U w
gezichtskring
uit en onthoudt U w hulde en bewondering niet aan de OudChristelijke
mannen
en
vrouwen,
die
door
hun
geloof
en
volharding, door hun belangelooze, geestdriftige toewijding den toegang geopend hebben tot de maatschappelijke, zedelijke en godsdienstige voorrechten, waarin wij met blijdschap en erkentelijkheid roemen. Ik heb gesproken over het Oudste Christendom. Mijn woord moge U in de overtuiging versterkt hebben dat de Berlijnsclie Hoogleeraar
HARNACK
in de eerste gemeente terecht heeft aan-
genomen een, wat hij noemt, „enthousiastisch" element. Intusschen veronderstelt het onderwerp mijner toespraak nog iets andersHet oudste Christendom is niet gebleven wat het w a s ; het heeft spoedig
plaats
gemaakt
voor
een nieuwen
vorm. Beeds bij
de z.g. Apostolische vaders is de leer van Paulus verbleekt en van de oude geestdrift weinig te bespeuren. Het „enthousiastische" element stroomde uit; tale tot de gemeente
Grieken traden in grooten ge-
toe. Het moreel-rationeele element werd
overwegend. En hiermede trad de gemeente een nieuAve periode i n , welke tot de formatie van het Christelijk dogme geleid heeft met alwat daarmede samenhangt. Het vrije, frissche geloofsleven maakte plaats voor een meer verstandelijke formuleering der waarheid. Men zou alleen kunnen vragen welke bestanddeelen in het oudste Christendom als constante elementen zijn te beschouwen. Daarover nog een woord ten besluite. Men heeft de uitgesproken, geformuleerde gedachte vergeleken met de t a a l ' ) en hierbij eén drievoudige analogie waargenomen:
1. De taal veroudert, d. i.
woorden verdwijnen; 2. de taal ontwikkelt zich, d. i. de woorden verkrijgen een andere, nieuwe beteekenis; 3. de taal verjongt
1)
zich, d. i. nieuAve woorden
ontstaan.
Brengt dit
SABATIER, Die Christliche Doymen u. s. w. 1890, S. 17.
over
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 16 september 1901
Brochures (TUA) | 39 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 16 september 1901
Brochures (TUA) | 39 Pagina's