Het koningrijk der hemelen, of: De kerk des N. Testaments - pagina 37
,,Schoon van gelegenheid, eene vreugde der gansche aarde" : naar aanleiding der 21ste Zondagsafdeeling van den Catechismus
geraakt. Mocht de H e e r e eens Hilkia's en Jozia's verwekken, wier harten week werden, dat zij hunne kleederen scheurden. Och dat eens op de bazuine der Eeuwigheid werd geblazen n 1. op de wet, hoewel niet als een gebod ten leven, o, neen ! w a n t de letter, n.1. der wet, doodt en is eene bedieninge der verdoemenis. Paulus kende bevindelijk, dat hij door de wet der Wet gestorven was en daardoor gemaakt, niet in naam, maar inderdaad tot een evangelieprediker. De Apostel behoorde niet tot die algemeene predikers, die menschen trachten te behagen en verkondigen, dat men in alle religiën kan zalig worden. Hij roept tweemaal den vloek uit over hun, die een ander evangelie verkondigen. De W e t is gelijk aan de door Mozes verhoogde slang in de woestijn, alzoo moet de geestelijke bediening der Wet Christus in al Zijn Middelaars graveerselen verhoogen. De H e e r e had Paulus uitverkoren om in die groote kruisgezant een uitblinkend toonbeeld van genade op te richten. Hij zegt i m m e r s : Ik sterf alle dagen. Geen wonder, dat hij in zulk een levende zielsklachte uitriep: Ik ellendig mensche, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods. De wettische en historische Christenen ergeren zich aan Paulus geloofsklacht en leeren openlijk in geschriften, dat hij toén nog onbekeerd was. Hij was toen nog een wettisch man, nog niet van de W e t vrijgemaakt of bezat nog maar een geringe heiligmaking of nog erger, hij leefde in heimelijke zonden. O verregaande blindheid. O Geliefden! Hoort den Apostel den Hemel eens tot getuige aanroepen: Ende God hoe heüiglijk ende rechtveerdigelijk ende onberispelijk wij U, die geloovet, geweest zijn. Neen geliefden! De H e e r e had Zijn belofte van Jer. 4 8 : 1 2 aan hem verheerlijkt: Ik zal hem vreemde gasten toeschikken, die hem in vreemde plaatsen zullen voeren ende Zijne vaten ledigen ende haarlieder flesschen in stukken slaan. Deze vreemde gasten kunnen wij tot vier soorten terugbrengen ; ten eersten: de geestelijkheid der Wet, ten tweeden de zonde was weder levendig geworden, ten derden dat de zonde werd bovenmate
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900
Brochures (TUA) | 52 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1900
Brochures (TUA) | 52 Pagina's