Hoe oordeelt de Heilige Schrift en hoe oordelen de Gereformeerde Vaderen over scheiding en doleantie? - pagina 38
38
Indien de Kerk grootendeels tot fundamenteele dwalingen vervallen is, en. alle doelmatige middelen, om het euvel te keeren, vruchteloos bleken te zijn, blijft den getrouwen geen anderen uitweg dan die der afscheiding, n l . van de dwaalleeraars (daarom nog niet noodzakelijkerwijze van de Kerk). M e n heeft, lezen wij iets verder, in dezen het voorbeeld van de profeten en de geloovige priesters onder den ouden dag te volgen. V R . 2 4 . Moet het geneesmiddel der excommunicatie worden toegepast waar het 'niet strékt tot opbouw der gemeente'? Hét is niet bewezen, dat ,wat van de beide hier vermelde gevallen geldt, op alle andere gevallen van toepassing is geweest. H e t tegendeel valt af te leiden uit G a l . 5 : 1 2 . De Apostel slaakt de v e r z u c h t i n g : „och of zij ook afge.sneden, werden, d i e . u onrustig m a k e n ! " omdat zij verdienden afgesneden te worden. Ook in dit geval had hij, evenals in dat waarvan 1 C o r . 5 : 3 — 5 melding maakt, een bepaald, voorschrift kunnen geven, (zij, die wij hier bestrijden, zouden zeggen, dat hij, dit had moeten geven), indien het zijn-, gevoelen was geweest, dat dergelijke voorschriften altijd .en overal verplichtend waren, en dat men dit geneesm i d d e l der excommunicatie had toe te passen, ook waar het njet, strekte tot opbouw en instandhouding, maar tot verwoesting van de gemeente. In het tegenovergestelde geval, zou hieruit volgen, dat de geloovigen z,ich hadden af te zonderen van de kerkelijke gemeenschap, e n , z i c h te onthouden van het gebruik des H e i l . Avondmaals, zoolang hei kwaad niet door de kerkelijke tucht ware verwijderd of zpolang iemand die ongeregeld wandelde, in die gemeenten geduld werd, of ook wel, dat de tafel des Heeren aldaar, niet moest worden aangericht. „Deze stelling, is ^echter niet vol te houden. Zij is al te dwaas. . N e r g e n s wórdt zoo i e t s i n de H e i l . Schrift bevolen. Maar w é l : dat de vromen zich voor zoodanige menschen hadden te wachten, 2 T i m . 4 : 1 5 , dat zij hen moesten ontmaskeren, berispen, .vermanen in alle lankmoedigheid der leer, 2 Thess. 3 : 6 hen hadden te weerstaan, 1 Petr. 5 : 9 , dat z i j : zich zeiven hadden te „bewaren" zich eeniger hadden te ontfermen, onderscheid makende, anderen door vreeze behoudende," ze uit het vuur grijpende, Jud.. vs. 2 2 , dat
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Brochures (TUA) | 44 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Brochures (TUA) | 44 Pagina's