PINKSTEREN

Het Pinksterfeest was onder het Oude Testament een van de drie grote jaarfeesten die door elke mannelijke Israeliet van twaalf jaren oud en daarboven moesten worden bijgewoond, en het werd gevierd zeven weken na Pasen. Het was een feest ter gedachtenis aan de wetgeving op Sinai, zeven weken na de uittocht uit Egypte en de bloedstorting van het Paaslam. Zeven weken na het Pascha in Egypte ontving Israel de vorming tot een vrije natie met een eigen wetgeving. Zo zou zeven weken na het offeren van het ware Paaslam Christus, de vorming van een vrije Christelijke gemeente plaats hebben door de uitstorting van de Heilige Geest. Het was voor oud Israel tevens een dankfeest voor de oogst, en dus werden er twee broden als een beweegoffer door de priester de Heere geofferd, met de andere offeranden, dankzeggingen en vreugdebedrijven. Op die gedenkdag van de wet moest naar Gods raad en naar Zijn belofte de verkondiging van de evangeliewet plaatshebben, evenals de opstanding van Christus op de eerste dag der week. Die eerste dag der week moest de nieuwtestamentische sabbat worden en op die dag moest de gemeente des Heeren daarna aan al die weldaden gedenken. De grootste weldaden voor Gods volk, te weten de opstanding van Christus en de uitstorting des Heiligen Geestes, maakten de eerste dag der week tot een dag des Heeren, waarop Zijn naam verheerlijkt en dankbaarheid geoefend zou moeten worden, door de kracht en de werking van de Heilige Geest.

Op de doorluchte Pinksterdag zijn de discipelen des Heeren eendrachtig bijeen, niet meer twistend over de vraag wie de meeste van hen zou zijn, maar in liefde biddend en smekend om de vervulling van de beloften des Geestes. Zij worden door de werking des Geestes voorbereid om de persoon van de Heilige Geest te leren kennen als de Trooster, de Verzegelaar van Zijn werk in hun harten. Honderd en twintig mensen van geheel verschillende aard en met verschillende ervaringen zijn vergaderd, en toch zijn zij een in de liefde tot de Heere Jezus, een in het allerheiligst geloof en in de levende hoop. Eenzelfde behoefte vervult hen allen, namelijk de vervulling van de goddelijke belofte.

En ziet, onverwacht, haastiglijk geschiedt er uit de hemel een geluid als van een geweldig gedreven wind, die het gehele huis waarin zij zich bevinden vervult. Ofschoon zij Hem verwacht hadden komt Hij haastiglijk en toch nog onverwacht uit de hemel, met het geluid van een geweldig gedreven wind, om daarmede Zijn souvereiniteit aan te duiden, gelijk de wind niet te bestellen is op tijd of plaats. Hij komt met majesteit om alle tegenstand te breken en Zijn gebied, te weten de harten der discipelen, te zuiveren. Hij vervult het gehele huis waar zij zich bevinden, gelijk de Heilige Geest bij elke ware bekering de geheime plaatsen des harten doorwaait en alle toevluchten der leugenen uitdrijft. Dezelfde Geest, Die bij de schepping over de wateren zweefde om leven te wekken, voorbereidend tot het verdere ontplooien van de scheppende wijsheid Gods, en Die reeds herscheppend werkte in de harten van de uitverkorenen vanaf de val van Adam, komt op deze doorluchte Pinksterdag het verlossingswerk van Christus verklaren en toepassen aan vele harten.

Zijn komst in de gemeente Gods was reeds eeuwen te voren voorspeld door de profeten; denk slechts aan David, Joel, Zacharia en anderen. Hij was beloofd en afgebeden door Christus, en wordt nu ook metterdaad door Christus, Die Zijn bediening ten goede der Zijnen verwierf, gezonden. Gelijk Christus op Zijn discipelen had geblazen, zeggende: Ontvangt de Heilige Geest, zo is het een geluid als van een geweldig gedreven wind die Zijn komst meldt. Verder lezen we: “En van hen werden gezien verdeelde tongen als van vuur, en het zat op een iegelijk van hen”. Bij het hoorbare teken komt dus ook een zichtbaar teken, de discipelen worden gedoopt met de Heilige Geest en met vuur, gelijk reeds door Johannes de doper was aangekondigd. Het wijst aan dat het vuur des Geestes de harten versmelt en reinigt van de zonde, en dat het bij de discipelen brandend verlangen ontsteekt om God te verheerlijken.

Vurige liefde tot God en de Heere Jezus Christus is de vrucht van de uitstorting van de Heilige Geest. Maar tevens liefde tot de medemensen, naar de tweede tafel van de wet der liefde. Een heilige ijver om het evangelie, de blijde boodschap van genade en verzoening door de offerande van Christus, te prediken aan de velen die te Jeruzalem vergaderd zijn, vervult de harten der apostelen. Doorlouterende heiligheid, gewerkt door de Heilige Geest verlost hen van alle mensenvrees; en de verdeelde tongen wijzen er op dat met hun aller tong God in Christus moet geloofd en geprezen worden, naar het woord der belofte: Met nieuwe tongen zullen zij spreken. In vreemde talen mogen zij spreken, want de spraakverwarring van Babel die een gevolg van de zonde was, wordt door de genade Gods in Christus in beginsel opgeheven, als een luide prediking van de toekomstige heerlijkheid der gemeente Gods, waar geen spraakverwarring meer zal zijn tot in eeuwigheid.

Zij worden allen vervuld met de Heilige Geest; zij worden door de Geest van Christus verzegeld ten opzichte van hun staat voor de eeuwigheid en ontvangen alvervullende, gevoelige blijdschap en vrede in hun harten. Wel hadden zij te voren reeds de vruchten des Geestes, ofschoon in geringere mate. Maar nu de Pinksterdag is aangebroken leren zij Zijn Persoon kennen. Nimmer te voren waren zij zo gespeend aan de wereld en waren zij zo hemelsgezind geweest. Maar ook nooit te voren was de vrije genade Gods zo in hen verheerlijkt. Werd Christus in het openbaar veroordeeld door Jood en heiden, en bespot, belasterd en tenslotte gekruisigd, thans moet Hij in het openbaar gepredikt en verheerlijkt worden, naar de wil des Vaders en door de kracht van de Heilige Geest. Hij Die dood geweest is bewijst in de zending des Geestes, dat Hij de levende, verhoogde Zaligmaker wil zijn van in zichzelf verloren zondaren.

En nu Hij Zijn Geest doet getuigen, kunnen de discipelen niet zwijgen. Welk een rijke genade wordt daar Gods kerk geschonken! Dezelfde Petrus die nog zo kort te voren Hem verloochende, predikt nu Christus met verbazingwekkende klaarheid en moed. Welk een verlichting in de kennis van Christus en van de Schriften straalt in zijn prediking door. Hoe juist wordt de profetie van Joel door Petrus verklaard en wordt de zestiende psalm op Christus toegepast. En die Pinksterprediking werpt rijke vruchten af. Drieduizend mensen worden tot God bekeerd!

Wat heeft die Pinkstergeest Zich in onze tijd vanwege de zonde toch teruggetrokken. Hoe zeldzaam worden de waarachtige bekeringen gevonden en hoe ver is zelfs Gods volk van haar plaats. Niemand behoeft echter de oorzaak daarvan bij anderen te zoeken; laat ieder het bij zichzelf maar nagaan. Er wordt wel veel geredeneerd over het werk des Geestes, maar er wordt zo weinig beleefd van de zuiverende en reinigende kracht des Geestes. De verdorvenheden van de nog ongedode natuur zijn zo menigvuldig, dat men zich wel de vraag mocht stellen of de Geest van Christus wel ooit waarlijk werd uitgestort in het hart. En als het dan bij hen die het nieuwe leven bespreken al zo droevig gesteld is, hoe kan het dan anders dan een allerdroevigst verval zijn bij de natuurlijke mensen? Waar moet het heen met de zichtbare kerk op aarde als de geesteloosheid, die allerwege de overhand krijgt, niet meer een grote smart verwekt? Het is te vrezen dat Gods Geest hoe langer hoe meer gaat wijken, dat het oordeel der verharding zal doortrekken en dat duizenden de waarheid zullen loslaten om de wereld in te gaan.

Dat het echter op dit Pinksterfeest nog eens gebeuren mocht, dat er mensen werden toegebracht tot de gemeente die zalig worden zal. De Heere mocht Zich willen ontfermen over ons zinkend volk en vaderland en Zijn Heilige Geest niet geheel van ons wegnemen. Hij mocht Gods volk schenken de Geest der genade en der gebeden, Die in hen zuchten mocht met onuitsprekelijke verzuchtingen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen