DE OVERWINNING VAN HEM, DIE STERKER IS
Wanneer een sterk gewapende zijn hof bewaart, zo is al wat hi] heeft in vrede, mar als een daarover komt, die sterker is dan hi], en hem overwint, die neemt zijn gehele wapenrusting, waar hi) op vertrouw-de en deelt zijn roof uit. Luc. 11:21, 22.
Hoe heerlijker het werk van Christus openbaar wordt, hoe krachtiger de Satan woeden zal. Daar geeft het schriftgedeelte, waarin de woorden voor-komen, die wij samen overdenken toch zo duidelijk blijk van. Christus heeft iemand verlost van een duivel, die stom was. Dat klinkt wel eigenaardig in onze bren. Maar wij moeten dat zo verstaan, dat door de bezetenheid van de duivel de persoon, die verlost werd, stom was, zodat hij niet spreken kon. Het woord, dat hier gebruikt wordt betekent ook wel doof, zodat wij kunnen aannemen, dat deze persoon doofstom was.
Daarenboven was deze persoon, zoals wij in Matth. 12:22 lezen ook nog blind. Alle poorten tot het be-wustzijn waren dus schier gesloten. Men kon tot deze persoon niet spreken, want hij kon niet horen; men kon hem niets tonen, want hij was blind. En nu verlost Christus hem van deze bezetenheid, zodat deze man aanstonds hoorde, sprak en zag. Deze ge-beurtenis laat niet na bijzondere indruk te maken op al degenen, die er getuige van waren. Hoe groot is toch de macht van Christus. Maar de duivel ergert zich dermate aan deze nederlaag, dat hij een geweld ontketent, zoals hij nog niet tegenover Christus ont-ketend heeft. Door de Farizeeers laat hij Christus lasteren, alsof Hij in dienst van de Satan zou staah en alleen maar door de Hem van Satan gegeven macht tot zulk een wonder in staat is. De Heere wijst zulk een lasterlijke aantijging af en zegt, dat een koninkrijk, dat tegen zichzelf verdeeld is niet be-staan kan en Hij verklaart, dat alleen maar door Zijn goddelijke almacht dit wonder plaats grijpt.
Zo spreekt dan ook het schriftwoord, dat wij overdenken. De Heere vergelijkt de Satan bij een sterk-gewapende, die zijn hof bewaart, Door de grote macht, waarover deze sterkgewapende beschikt is alles, wat hij heeft in vrede. Niemand verzet zich tegen zijn macht en alien onderwerpen zich aan zijn beschikkingen. Wie kan zich tegen die sterkgewapende verzetten. Zo is het met de Satan. Hij is de machthebber over de mens, die zich aan hem onder-Worpen heeft en zich ook niet aan de greep van de duivel ontrukken kan. De mens is in rust, terwijl hij in de slavernij des satans is. Wij moeten de macht van de satan niet onderschatten. Het is zoals met de mens, die Jezus verlost heeft; alle toegangs-wegen tot het menselijk bewustzijn zijn onder de macht van de duivel. De mens kan niet recht meer horen zoals de mens van nature en daarom kan de mens niet meer recht spreken. De duivel beschikt over vele wapenen en over vele middelen om de mens onder zijn heerschappij te bewaren. Niemand kan de mens benaderen, want de duivel waakt zeer nauw-gezet over de prooi, die in zijn handen is.
Is het geen ongelukkige toestand waarin de mens zich bevindt? Hij zocht, naar hij meende de vrijheid, toen hij zich aan de levende God onttrok en hij werd een slaaf van de duivel. Hoe men nu ook de mens zoekt te benaderen, de duivel weert ook alle pogin-gen af om de mens vrij te maken. En het meest ont-stellertde is, dat de mens in vrede de slaaf van de duivel is. Van nature wil ook de mens niet verlost zijn. Hij bevindt zich in rust en zijn slavernij is hem geen last. Maar nu spreekt ons de schrift hier van het wondere, dat er Een is gekomen, die sterker is dan de duivel. Er is er Een gekomen om vrij te maken van de heerschappij des duivels en om de duivel te overwinnen. Hiertoe is de Zoon Gods ge-openbaard, opdat de werken des duivels verbroken worden. Dat is een wonder van de eeuwige liefde Gods, Die de mens niet voor eeuwig als een prooi de duivels daar wilde doen heengaan, maar die komt om vrij te maken. Hij strijdt de strijd. In de woestijn heeft hij reeds een overwinning behaald, toen Hij verzocht werd van de duivel en uiteindelijk de duivel van Hem afliet. En nu toont Hij Zijn goddelijk ver-mogen door ook hier een mens aan de macht des duivels te ontrukken. De middelen, waardoor de duivel de mens in zijn maeht houdt, rukt Christus uit zijn hand. Christus rooft Zijn roof en Zijn roof zijn de Hem van Zijn Vader gegevenen, die Hij kocht met Zijn bloed. Dan spreekt ook onze catechismus van het wonder: „en Die ons uit alle geweld des duivels verlost heeft.”
Hij kan dat doen, omdat Hij in waarheid de Sterk-ere is. Hij is machtig om te verlossen. Al zouden zeven duivelen over ons heersen, dan kan Hij die alien uitwerpen op Zijn goddelijk machtswoord. Hij heeft recht om dat te doen. Zijn zij Hem niet ge-geven? Heeft Hij er zich het recht niet op verwor-ven, toen Hij aan het hout des kruises hing? De duivel heeft er niet langer recht op en dan komt Christus Zijn eigendom opeisen. Wat een gelukkige gebeurtenis, wanneer Hij er aan te pas komt.
Zoals Hij Zijn macht betoonde aan deze bezetene, 20 betoont Christus nog Zijn macht, wanneer Hij een dode zondaar tot het leven brengt en verlost uit de greep des duivels. Wat geschiedt er dan wanneer dat mag plaats vinden? Is het niet zoals met deze man? Hij wordt horende, zienden en gaat dan spre-ken. Dat oor was immer gesloten voor het Woord Gods. Een mens kan soms jaren in de kerk gezeten hebben en toch nooit iets hebben gehoord. Het gaat hem alles voorbij. Maar als Christus er aan te pas komt dan gaat hij horen. Dan verstaat hij, wat God door Zijn getuigenis tot ons te zeggen heeft. Is het niet wonderlijk, wanneer de mens gaat horen de woorden Gods? Wanneer dat, dat hem altijd voor-bijging, nu een levend woord voor hem wordt. De leugens van de Satan, die immer de mens in een valse gerustheid hield, worden dan leugens voor hem en de waarheid Gods wordt dan ook waarheid voor Hem. Dan wordt de ware onrust geboren en kan de mens niet langer gerust daarheen leven. Dan worden de worstelingen in zijn hart geboren, worste-lingen, die in deze ene vraag hun zin vinden: Hoe word ik rechtvaardig voor God? De mens gaat ook zien. Hij ziet zich omringd door Gods goedertieren-heden. De lankmoedigheid Gods merkt hij overal in op. Hij ziet hoe de goedertierenheden des Heeren roemen tegenover een welverdiend oordeel. Hij schaamt zich, dat hij het niet eerder gezien heeft. Hij ziet zichzelven zo zwart en onrein; hij ziet het gruwelijke van de zonde en het onreine karakter van alles, dat tegenover God staat. Hij gaat ook spreken. Wat spreekt hij dan? Hij gaat goed van God spreken en slecht van de mens. Hij gaat God rechtvaardigen en zichzelf beschuldigen. Andere woorden, dan er ooit uit zijn mond voortkwamen, komen nu van hem voort. Voorheen wist hij niet anders dan ijdel te spreken en zouteloze gesprekken waren zijn ver-maak, maar nu zijn het andere woorden. Hij zou altijd wel goed van God willen spreken en begeert dat zijn woorden tot de lof van die God zijn, Die nog nooit kwaad aan hem gedaan heeft.
De sterkere heeft hem overwonnen. Want zou het niet een vrucht van Jezus’ verlossing zijn, dat zulke wonderen geschieden? Gewis, Jezus heeft een wonder van almacht verheerlijkt. Ach, neen, met zovel vrijmoedigheid kan zulk een dat niet aanstonds zeggen. Want de duivel geeft zijn prooi niet zo licht op. Al is het dat hij voor Jezus het veld moest ruimen, hij zal toch proberen het verloren terrein weer te heroveren om er zijn vlag te planten. De strijd om de stad der ziel is eerst recht begonnen. Nu zal men ook leren wat strijd is. De grote leugenaar zal zeker pogen om met zijn leugenen de waarheid Gods van haar kracht te beroven. Die strijd zal doorgaan. Hij gaat nu pas als die grote aanklager optreden. De duivel zal nu ook uw vorig leven tot uw veroordeling u te binnen brengen. Hij heeft het ook geregistreerd. Uw ijdel spreken, uw verborgen wanbedrijven, wat ge aleer zo vermakelijk onder zijn heerschappij hebt verricht zal hij nu tot uw benauwing in uw herin-nering brengen. Hij zal u bij God aanklagen zelfs. Hij wil zijn recht op u laten gelden. En dan betoont hij nogmaals zijn kracht, want wat kunt gij tot uw verontschuldiging inbrengen? Moeten ze van binnen de duivel geen gelijk geven? Neen, ge hebt geen weerwoord, want uw gerechtigheden zijn gene; daar zal Gods Geest u wel aan ontdekken. Hoe staat ge daar dan?
Ja, uw leven is wel veranderd, maar zult ge niet nog eeuwig zijn prooi zijn, die uw kweller en be-nauwer is? Hij kent uw zwakheden ook; hij weet ook wat uw liefste zonden zijn en hij zal daarop werken, opdat hij u ervan overreedde, dat het voor u niet anders dan voor eeuwig verloren zijn kan. Dat het vergeefs is op barmhartigheid te hopen (en als ge voorheen some benauwd werd in uw conscience heeft u juist met een beroep op Gods barm-harigheid gevleid) want dat gij naar Gods recht voor eeuwig verdoemd moet zijn en dat het voor u ijdel is om verlossing te verwachten. Maar hij is en blijft een leugenaar. Zou de sterkere half werk doen? Neen, voorzeker niet. Christus zal de leugens van de hel ontmaskeren. Hij zal het ver-klaren en Zijn Woord verklaart het: Ik heb de pers alleen getreden. Jesaja 63 stelt ons Hem voor als degene, Die zegt: Ik ben het, Die in gerechtigheid spreek en Die machtig is om te verlossen. Heb Ik niet aan het hout gehangen? Heb Ik niet om uwentwil Mijn lichaam in de dood overgegeven? O, Ik ben een verlosser, Die van de schuld en de smet op grond van Mijn voldoening verlossen kan en wil. Ja, hier ben Ik. Zie Mijn doorboorde handen, Mijn doorboorde zijde. Ik was verlaten opdat gij niet voor altijd zou verlaten zijn. Ik werd verzocht opdat Ik u te hulp kon komen. Ik heb overwonnen. Ik ben de Sterkere. 0, dat ge dan ook in uw strijd (en die blijft voortduren) alleen maar kracht en hulp ver-wachte van Hem, bij Wie hulp is besteld. Wanhoopt niet aan Jezus’ sterkte en gewilligheid om u te verlossen. Wij zonden voort willen gaan, maar moeten ophouden. Zijt sterk en Hij zal ulieder hart verster-ken, ja wacht op de Heere.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 augustus 1965
The Banner of Truth | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 augustus 1965
The Banner of Truth | 20 Pagina's