VREDE
De comnlunisten treden allerwege in heel de wereld als de apostelen des vredes op. Zij roepen alom, in flagrante strijd met de geweldige Russische bewapening, de mensheid voor de vrede op. DaaiTnede vangen zij niet weinigen in hun net, want reeds het woord vrede heeft voor een iegelijk mens een grote bekoring. Welk mens is er, die niet met huivering bevangen wordt als hij gedenkt aan de verschrikkingen van de oorlog; hoe hij door de oorlog ver van eigen haard en huis verdreven kan worden; hoe daardoor zijn huis en al zijn bezittingen te gronde kunnen gaan; hoe hij daardoor het eigen leven of dat van zijn kinderen of verwanten kan verliezen. Te allen tijde heeft de oorlog voor de natuurlijke mens ontzaggelijk veel afschrikwekkends gehad en zijn zijn verlangens naar een tijd van vrede uitgegaan. Het was daarom ook, dat de valse profeten als Hananja en de anderen, die Israels volk vrede verkondigden en het kussens onder de ellebogen legden, daaronder zo veel geloof vonden. De mens gelooft nu eenmaal graag wat hij vurig wenst! En uit die zelfde oorzaak is het, dat Israels volk de profeten stenigde en doodde, die het in stede van vrede Gods geduchte oordelen aanzegden, indien het Gods geboden veronachtzaamde, welke ook over Israël gekomen zijn toen het de Heere de rug toekeerde. Hierin wordt ons een treffende lering ge
boden, hoe kwalijk het een volk gaat, indien het het oor leent aan valse profeten, die niet dan verleiders zijn. Wie daaraan twijfelen mocht, die neme bij de vrij algemene godsverlating onzer dagen de huidige gang van zaken maar eens goed waar. Hij kan waarnemen, dat het ene wee nog niet henen gegaan is, of het andere is alweder gekomen. Gewis, een persoon of een volk, dat Gods inzettingen veracht, heeft, hoe zeer valse profeten de vrede ook aankondigen, deze niet te verwachten, maar geduchte godsgerichten.
Wie de vrede wil, bewandele de weg daartoe, welke daarin is gelegen, dat men Gods geboden onderhoude. In die weg toch alleen is de vrede te bekomen. Mocht ons volk dit eens ter dege ter harte nemen, och of het ook nog in deze dag mocht bekennen hetgeen tot zijn vrede dient.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juni 1952
De Banier | 8 Pagina's