Vijftig jaar geleden

Oude plunje

In de „Genombineerde", een blad, dat te Leerdam uitgegeven wordt, lezen wij onder bovenstaand opschrift een merkwaardig verslag, ontleend aan , , De Leerdammer" van 3 April 1897, Dit verslag, dat ons toegezonden werd, waarvoor wij de zender hartelijk dank zeggen, is te merkwaardig, dan dat wij het de lezers van De Banier niet onder de ogen zouden brengen. Wij hadden zulks wel eerder willen doen, maar plaatsgebrek belette het ons tot dusverre. Dit is niet alleen met dit verslag het geval, maar ook met meer artikelen, stukken, couranten-uitknipsels en gedichten, welke ons toegezonden zijn geworden. Wij kunnen met het oog op de ruimte in De Banier niet alles opnemen, doch wensen er af en toe, indien zich daarvoor een geschikte gelegenheid biedt, het één en ander van in De Banier op te nemen.

En nu volge dan het verslag van de vergadering, welke door Ds, J, G, Bruining gepresideerd werd en waarop een C, H. spreker, met name de heer J, C. van den Berg uit Heerenveen het woord voerde. Dit verslag, letterlijk overgenomen uit De Leerdammer van 3 April 1897 luidt dan als volgt;

Spreker, de heer van den Berg, spoorde de kiezers aan te waken, dat Rome de overhand niet krijgt, daar men anders vanuit het Vaticaan geregeerd zou worden. In s pausen encycliek „Rerum Novarum" openbaart zich duidelijk, dat voor zijn woord allen moeten buigen. Hiermee kan flus niet — het spreekt van zelf — meegegaan worden. Spr. verwacht ook geen heil van de Anti-Revolutionnaire Partij. Zij kan een meerderheid hebben, wanneer zij de steun van Rome vraagt en aanvaardt. Een botsing kan evenwel, volgens spreker niet uitblijven.

Het samengaan dezer partijen is zeer immoreel. De Anti-Revolutionnaire Partij is onder de tegenwoordige leider tot alles in staat. Spreker herinnert aan het in der tijd gesloten monsterverbond, dat nu, volgens hem, wel weer te voorschijn zal komen.

Voorts brengt spr, in herinnering de verkiezing in 1887 in Schoterland, welke hij persoonlijk heeft meegemaakt. Dr. Kuyper, zo vervolgt hij, deinst nergens voor terug. Immers, de godloochenaar en socialist Domela Nieuwenhuis heeft zijn zetel in de Tweede Kamer te danken gehad aan niemand anders dan aan Abraham Kuyper. Hij toch, als leider van de Anti-Revolutionnaire Partij gebood zijn volgelingen te stemmen „in geen geval de liberaal", — En wanneer, zo gaat spreker voort, ik nu stemmen moet tussen A en B en men zegt mij; in geen geval A — dan ligt het toch voor de hand, dat ik op B moet stemmen.

Velen hebben evenwel geweigerd Kuypers voorschrift op te volgen, doch 300 Anti-Revolutionnairen bezorgden de socialist en godloochenaar de zegepraal.

Neen, indien Dr, Kuyper en de zijnen zich durven noemen geestverwanten van Groen van Prinsterer — de laatste zou zich in zijn graf omkeren, zo hij het hoorde".

Tot zo ver het verslag. Wij behoeven er weinig aan toe te voegen. Het spreekt afdoende voor zich zelf. Men kan er uit lezen, hoe men in bepaalde C.H, kringen vóór vijftig jaren over de coalitie met Rome oordeelde. Dat oordeel is echter tot schade van ons land wel heel sterk gewijzigd. Het monsterverbond is ook door de C.H, aanvaard. Ook zij zijn daarin samen met de A.R. arm in arm met Rome gegaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen