De Foniein des Heils
Te dien dage zal er eene Fontein geopend zijn voor het huis Davids en voor de inwoners van Jeruzalem, tegen de zonde en tegen de onreinigheid. Zacharia 13:1
Ontzondig mij met hysop, en mijn ziel, Nu gansch melaatsch, zal rein zijn en genezen; Wasch mij geheel, zoo zal ik witter wezen Dan sneeuw, die versch op 't aardrijk nederviel. (Ps, 51)
. , . , . 111 iebt gi) kennisse aan die smeekbede ^an den boeteling David? Dan is er lope voor U! Want wat zegt de hierboven afgeschreven Schrift? hr as fen Fontein tegen de zonde en de )nreinigheid.
regen de zonde. Wat is het wezen Ier zonde? Ongerectitigheid, verwer-)ing van des Heeren Wet, overtreling harer geboden met gedachten, Woorden en werken. De zonde is: iaat tegen God, snoode rebellie tegen Inzen wettigen Souverein, een spreien: Wijk vin mij, aan de kennisse .tlwer wegen heb ik geen lust. Het iondekarakter is Majesteitschennis, |}od steken naar troon en kroon; en e bittere vrucht is; een onmetelijke |chuldenlast, die moet worden beaald, liggen onder den vloek der Wet, onder den eisch van het heilige echt, dat voldoening eischt. _
e zonde spreekt van schuld eii' er is ^een penningske ter betaling. Wijzijn , van nature kinderen des toorns m ms Bondshoofd en Stamvader Adam
ier verdoemenis deelachtig. _ koorts lezen we: Tegen de onreimgleid. Dat woord wijst op de smet der onde. Verwekt door onzen vader, en Amoriet, in zonde ontvangen en geboren uit onze moeder, eene Hethietische, liggen we van nature geworpen op het vlakke des velds, om de walgelijkheid onzer, ziel, vertreden in ons bloed (Ezech, 16).
We dragen een hart om, dateen „onzalige fontein" is van alle boosheid, een vuile bron van wanbedrijven; door de zonden van hart en leven : i]n we een schandvlek voor den Heere.
Onbestaanbaar voor het oog ^^° den „Heilige Israels", moeten we naar recht blijven buiten den hemel, want in het nieuwe Jeruzalem zal liet inkomen iets dat ontreinigt en |ruwelijkheid doet. ^
Mlen hebben we gezondigd en der-^^en de heerlijkheid Gods; , er is geen nderscheid, zoodat niemand kan eggen: Ik heb mijn hart gezuiverd n ik ben rein van mijne zonden.
onde en onreinigheid; die woorden ertellen ons derhalve: van nature i)n we groote zondaren voor den eere, ten hoogste schuldig, veroemelijk voor God en óók onrein.'s valgelijk, melaatsch in Gods heilige °^en. Wie gelooft dat? Wie beaamt stukken? deze
Niet de hoogmoedige Farizeër en de rijke en verrijkte Laodiceër, maar wel de ootmoedige tollenaar, al wie weet te zijn ellendig, jammerlijk en arm, blind, naakt. Een zaligmakend ontdekt zondaar heeft door de oogenzalf des Heiligen Geestes kennisse ^^^ ^^ hartelijke, oprechte belijde-^•^, jj^ ^^^ ^^^^_ gn doemschuldig, ik ^^^^.^ ^^^.^j^ ^^^ schuldbetajj^. V^ ^^f teTasiht'Sn'l^^'dr°eï mifn^vuUe zonden
fjfj^ ^"^^^ ^^^ ontdekking wordt dit ^^ zielenood (die brengt tot vragen ^^ zuchten): Is er een middel tegen ^^ zonde tér delging mijner schuld ^ ^^ ^^^ ^ « ^rmTner^feTe, ^ gansch mel^^^^^^^^^^ fslr een afdoend aniwoord oo die ^^aag^ Dank zTvrife lenlde /af
^aTlntwoord w S ^geSven door ^ S é Eva^She herLiide^-Evanéelie van het Lam Gods voor , uitverkorenen éeslachfl '
^^eharia getuigt vL eene "fontein te-, 3^ de zonde en de onreinigheid! Van ^.^^^ ^^^^ ^^ profeet dit?
y^^^ y^^^.^^ Messias, waarvan geschreven staat in Kapittel 12 ; 10 ^^^ ^.. ^^jj^^^ jyj., aanschouwen, dien ^. doorstoken hebben; en in Kap. 13 . j_ Zwaard, ontwaak tegen Mijn Herder en tegen den Man, die Mijn jvietgezel is, spreekt de Heere der Heirscharen.
y^^^^ Messias is de Borg Sions, te-^j^^^ j^ ontwaakt het zwaard ^^^ wrekende, straffende gerechtigj^^j^j^ ^^^^ 3^^^^ ^^^ ^^^ ^^^j^^ ^^^_ ^^^ verlost". Die Borg is doorstoken op Golgotha en heeft aldaar geplengd Zijn bloed. (Johannes 19 : 34, 37).
Dat dierbare Bloed Christi nu heeft kracht, wonderbare kracht. daarop wijst het woord Fontein, een Fontein van kristalreine en reinigende wateren.
Die wateren zijn, geestelijk verstaan, het _^ Bloed Christi en de door dat BÏoed"ve~rworvën Geest "Christi j^et Bloed des Lams wascht af de schuld der zonde, heeft kracht tot rechtvaardigmaking, geeft vrijdom van de straffe des eeuwigen doods en recht ten eeuwigen leven.
De Heilige Geest Christi reinigt van yg smet der zonde, heeft kracht tot heiligmaking, schept een nieuw hart, werkt de onberouwelijke keuze het leven te besteden in den dienst van den God der zaligheden.
Het Bloed en de Geest van Jezus Christus. Gods Zoon, reinigt van alle zonde. Gods Kerke geldt; Gij zijt afgewasschen, gij zijt geheiligd, gij zijt gerechtvaardigd in den Naam des Heeren Jezus en door den Geest onzes Gods. O, w^at zijn zij gelukkig die op de vraag:
Kan een ziel, vervuld met zonden, Een melaatsche, gansch onrein, Vol van striemen en van wonden 't Eigendom van Jezus zijn?
mogen worden verwaardigd door genade te antwoorden
Ja, want Jezus heeft volkomen Voor mijn zieleschuld geboet, En die van mij afgenomen Door Zijn dierbaar Offerbloed. (Groenewegen)
Er staat van de Fontein, dat zij zal geopend zijn.
De Fontein is geopend geworden op Golgotha, alwaar werd de Gekruiste Christus doorstoken en terstond kwam uit de zijde Bloed en water ï^^^^" 3T). "OaT BloVd" dTs KruT-«es was het Bloed des Verbonds, wijl j? de offerande en bloedstorting d-p Golgotha is besloten en gefundeerd ^^^ nieuwe en eeuwige Testament, ^^t Verbond der genade en der ver-
De Fontein is alzóó geopend geworden en nog heden ten dage wordt zij telken m^le geopend bij de verkondiging van het Lijdens-Evangelie, de ontsluiting van de blijde boodschap. ^^n het verzoenend lijden en sterven Christi. Doch in den volsten zin des woords, in het bijzonder wordt zij geopend, indien door de toepassende genade des Heiligen Geestes heilbegierig Gods volk mag drinken van 'de wateren uit die Heilsfontein. Een geopende Fontein!
Dorst uw ziel naar de wateren van Christi Bloed en Geest, naar genade,
gerechtigheid en leven? Ziet! In letteren van goud staat boven de Fontein: Die dorst heeft, kome! Ik zal den dorstige geven uit de Fontgin van het water des levens voor niet! Ontdekte ziel; gij zucht; is dat óók voor Mij, die onnoembaar diep zit in schuld bij Godj voor mij, melaatsch van top tot teen, waardig vloek en hel? O, dat is mij te groot, te won-
r^ , ^^^'. . , ^ , ^och luister! Jezus spreekt: Ja, ziel, al hadt gij al de zonden Van Adams nakroost vastgebonden,
Mijn bloed wischt alle zonden uitj Werp maar uw ziel in die Fonteinel Zóó wordt gij zuiver wit en reine, Als Mijne opgesierde Bruid! (Groenewegen).
Och, dat dit getuigenis mocht wor-^^^ geheÜigd aan uwe ziele, opdat, ^^^ ^"^s afgedreven, gij u m het ge-^°°^ mocht werpen in het geestelijk Bethesda, het Badwater van Christi Bloed en Geest en....., gij zult zijn wit als de sneeuw, die versch op het aarcbijk neder viel Gi), die God zoekt, houdt aan in bidden en smeeken:
Och, wierd ik_eens gewasschen in Jezu zuiv're Bloedfontein, Dan wierd ik eerst volkomen rein,
De Fontem des He Is is vol waters; ^ wat U ontbreekt Schenk Ik, zoo |? ) het smeekt mild en overvloedig. Er is een Fontein geopend teg n de ? onde en de onreimgheid!
O. dierbare, algenoegzame Fontem des Heils!
Uii wije genade legge de Geest ckr ^^^f^ZZ^h^inTco^ mond deze zielszucht tot God.
Laat mij, o Heer', in eeuwigheid , verdrinken In Jezu Blofed; met schuld en smet verzinken In d'afgrond van Zijn Wonden; maakt mij rein Met 't levend water uit de Heilfontein.
JOH. DE BRES
St. Maartensdijk (Zld.)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 april 1947
De Banier | 8 Pagina's