BRIEF * uit Zeeland
XVI.
Er schijnt uit de verslagen in de kranten eenig misverstand te zijn ont staan over hetgeen van de zijde der S.G.P. in de vergadering van de Staten van Zeeland is gesproken over 'de regeling oorlogsschadevergoeding. Uw briefschrijver meent dat het noodig is om dat wat nader te belichten, t
Naast de politieke debatten is er, vooral van de zijde der S.G.P. gesproken over 'de financieele toestand. Nu rooskleurig is die voor Zeeland niet. In 1946 is er een tekort van 5 ton geraamd en voor 1947 weer precies zoo.
Gedeputeerde Staten deelden dan oók mede, 'dat zij trachten om voor het een en ander wat steun van het rijk te verkrijgen, wat op zichzelf zeer beörijpelijk is. Edoch, onze afgevaardigde kon zich daarmede niet ten volle vereenigen. Hij bracht naar ï-^oren dat Zeeland, zoo diep getroffen, niet te helpen is met wat steun hier en een bij'drage daar, maar dat het vooral noodig is om de schade, geleden door het oorlogsgeweld ten volle te vergoeden, verder een regeling waardoor de provincie weer zelf belastinggebied krijgt, zoodat menschelijk verwacht mag worden, dat zij dan zal kunnen rondkomen en dan verder geen steun van het Rijk, Dat laatste schijnt nu wat te zija misverstaan, althans in de verslageu niet duidelijk tot uiting te zijn gekomen, zoodat het publiek 'de meening heeft, dat er onzerzijds gezegd zou zijn, dat hulp van het Rijk geheel niet meer noodig is.
Van de zijde der S.G.P. is gewaarschuwd om niet te gaan verwarren. Immers, wanneer het Rijk wat steunt hier en wat geeft 'daar, zal er veel kans zijn dat de meening post vat, nu is het wel in orde met Zeeland en moeten ze maar op eigen krachten zien vooruit te komen.
Door onze 'afgevaardigde is gezegd, dat het nooit mogelijk zal zijn om er uit te komen als aan de primaire eisch, algeheele scha'devergoeding, niet wordt voldaan.
Als voorbeeld is gesteld het eiland Walcheren. De schade aan-de gebouwen wordt geraamd op 135000000 gul'den. Daarvan zal vermoedelijk, volgens de thans geldende regeling 80.000.000, — gulden als hypotheek moeten worden opgenomen voor het verkrijgen van herstel. Op 70.000 inwoners toch een enorme last die niet te dragen is. Wel zal die geheele hypotheek niet rentedragen'd zijn, en als rentelooze worden verstrakt. Maar de last rust er toch maar op en vermoedelijk zal de helft toch wel rentedragend worden. Daaruit blijkt toch maar duidelijk, dat een dergelijke last, wat er anders ook gedaan moge worden, alle gezond herstel zal tegenhouden.
Gedeputeerde Staten hadden in de stukken laten blijken, dat zij niat meer durfden verwachten, dat het Rijk tot een volledige schadevergoe-'ding zou kunen besluiten. Daarom wilden zij maar aanvaarden wat ie krijgen is. Daar heeft onze afgevaardigde zich tegen verzet. Krachtig zelfs tegen verzet. Als de bestuurders uit de getroffen gebieden zich reeds nu gewonnen geven, 'dan is er zeker geen kans meer dat de regeering, die er zelf weinig voor gevoelt om tot een algeheele vergoeding te-komen, daartoe zal besluiten, Daarom wilde onze afgevaardig'le vasthouden, tegen alles in. Hij heeft de vergadering opgeroepen om stand te houden, en schouder aan schouder te staan, om'dat hij anders geen mogelijkheid zag.
Daarom niet vertroebelen. Geen collecten van welk bedrag ook en hoe goed het doet dat wordt meegeleefd. Het lijkt zooveel _ als er gemeld wordt, er is een millioen voor Zeeland gegeven. Maar wat is het tegen bedragen als boven genoemd. Wat helpt het als de giften komen op plaatsen, waar de gevers ze mogelijk niet willen hebben. Wat kan het baten al worden daarmede sportvelden verbetend of aangelegd? Al maakt men daarmede concert-en gehoorzalen weer in orde, Noodig is dat de bestaansmogelijkheid weer wordt hersteld. Zeker, uw briefschrijver weet , , Aan Gods zegen is alles gelegen". Maar we mogen en moeten als menschen toch met den weg der middelen rekenen. Nu, volgens de meest gedocumenteerde berekeningen welke er gemaakt zijn, is het onmogeliik dat Zeeiland, zonder een behoorlijke schadevergoeding er weer boven op komt.
Daarom moeten we niet vertroebelen. Gaat men wat geven voor 'dit of dat, dan is er een schijn van hulpi maar geen werkelijkheid. Bovendien is het oneerbaar dat de verwoeste gebieden van steun en giften moeten worden geholpen. Noodig is voldoende vergoeding. Dat niet alles kan, dat weten de gedupeerden wel, maar het maakt groot verschil. Al wordt alles vergoed, dan zal er nog veel overblijven •wa.i nooit te vergoeaen is, Nederland behoeft niet ongerust te zijn dat door een volledige schade vergoeding de gedupeerde streken bevoorrecht zu len wezen boven de andere. Dan zal er veel zijn wat gemist wordt. Denk, inzonderheid maar aan de ledige plaatsen welke er geslagen zijn. Die zi, n nooit meer te vervullen, , , , , . ,
Uw briefschrijver meent dat hierdoor 'n misverstand kan zijn weggenomen en dat de aandacht van geheel ons Iezend volk weer maar eens gevestigd moest yoi'^^n op Öe primaire eisch: een behoorlijke schadevergoedingsrejgeling
UW ZEEUWSCHE BRIEFSCHRIJVER
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 maart 1947
De Banier | 8 Pagina's