Vaar Jong en Oud
VIII.
De oude dienaar liet zich door den vr.'endelijken toon van den aanvoerder der gewapende bende echter niet verschalken. Hij trachtte zoovqel mogelijk tijd te winnen, opdat de huisgenooten zich konden kleeden en zei daarom tot den aanvoerder: Maar mijnheer, haar die gij zoekt, is in haar slaapkamer.
Dat gaat ons niet aan, was 't antwoord, laat ze er uit komen of anders zullen we ze wel halen. Waarom zijt ge. gisteren niet gekomen of waarom wacht ge niet tot de dag is aangebroken, vroeg de dienaar. Het is toch ongehoord om een jonkvroouw, die niets misdaan heeft, in den nacht gevangen te nemen. Dat gaat u niets aan. Open nu maar gauw de poort en wij zullen de rest wel doen, _
Ik denk er niet aan, sprak de dienaar. Zonder bevel van mijn beer open ik de poort niet. Ik wensch u wel te rusten. Tegelijkertijd liet hij het luikje dichtvallen en snelde hij . naar zijn meester, die reeds vol spanning op hem stond te wachten, Inmiddels stonden de mannen der bende voor «en gesloten deur. Wat d moesten zij beginnen? Sommigen deden het voorstel om met geweld de e poort open te breken, maar bij de d anderen vond dit geen bijval. Zij g waren te zeer bevreesd voor de bu-k ren, die zooals reeds eerder ver-v ™®^'^' ^^^^ *^^^ ^^^ Beckum 'n groote achting toedroegen, zoodat het wel eens zou kunnen gebeuren, dat deze buren naar de wapenen zouden grijpen om de bende uiteen te slaan, Inderdaad waren de buren van het rumoer reeds wakker geworden, zooals blijkt uit een opmerking door een der mannen gemaakt. Zie eens. zei deze, de buren zijn ontwaakt, eenigen kijken reeds door de geopende vensters naar wat hier geschiedt.
Maar we kunnen toch ook niet onverrichter zake terugkeeren, zei van Raesveld, we moeten onzen plicht doen.
Ik waag er echter mijn hals niet aan, zei een ander. Wanneer we de deur gaan forceeren, dan zult ge zien, dat je burgers gewapend naar buiten komen en ons te lijf zullen gaan. Besluiteloos liep d|e Drost van Twente heen en weer. Evenmin als dq aanvoerder durfde hij geweld geruiken, maar opbreken wilde hij ook niet,
iddelerwijl hadden de v. Beckums den tijd gehad zich te kleeden, terijl heer Jan van den ouden poortwachter vernomen had, wat er gaane was. Direct nam eerstgenoeme zich voor om zijn zuster niet uit e leveren, tenzij hij door geweld aartoe gedwongen werd. Maria zeie echter, die bij het ontwaken ree"ds en sterk vermoeden had gekregen, at het om haar ging, wilde zich over even. Zij kon het toch niet over zich rijgen om haren broeder en diens rouw aan allerlei gevaren bloot te stellen. Doch hofer Jan wilde daarvan niets weten, terwijl ook Blanda er beslist tegen was. Maria was echter niet te bewegen om in bet huis van haar broeder te blijven, want zoo sprak zij: ik zou zoodoende oorzaak zijn, dat er bloed zou vloeien en dat mag en wil ik niet.
Toen Blanda bemerkte, dat het Ma--ia met deze woorden volle ernst was en dat deze niet op haar besluit wilde terugkomen, zeide zij: Dan zal ik u buiten brengen en de daad bij he, t woord voegend, nam-zij Maria aan de hand mede.
Buiten stonden de 'handlangers van Rome nog steeds te overwegen wat zij zouden doen, toen zij eensklaps verrast werden doordat de groote poort opengedaan werd en zij twee vrouwen, hand aan hand, naar buiten zagen treden.
Zoekt gij mij? vroeg de jongste der twee aan een der mannen. Welaan, ik ben bereH u te volgen, ik ben mij niets kwaads bewust. Maar waarom komt gij met zooveel gewapende mananen een onschuldig, weerloos meisje belagen? Ik zal u toch waarlijk geen tegenstand bieden.
Hierop wendde Maria — want zij was het die deze woorden sprak — zich tot hare schoonzuster en sprak; Lieve Blanda, ga in huis terug. Ge hebt een man'en ik'heb niemand, die op mij wacht; niemand, die mijne zorg noodig heeft. Daarom verzoek ik u dringend, ga terug en laat mij alleen lijden voor den Naam des Heeren.
Neen, gaf Blanda haar ten antwoord en meteen sloot zij Maria in hare axmen: ik verlaat u niet. Waar gi; heengaat, ga ik ook. Mijn man heeïi mij met u laten gaan, ook hij is van meening, dat het voor u beter is, dal ik bij u blijf; men zal het niet wagen, de vrouw van Jan van Beckum 'eed te doen.
O, lieve zuster, reken daar maar niet op, zei Maria. Ge wöet tooh wel, dat Rome tot all& s in staat is!
En toch laat ik u niet alleen gaan. Maria. Ik wil trachten de rechters te overtuigen van uwe onschuld en al mijn invloed doen gelden en indien dit niet helpt, dan zal ik met u lijden, Lieve Blanda, hernam Maria andermaal, reken toch niet op uw invloed, Ge zult in dezen niets vermogen en ge brengt u zelf in gevaar, ga Thans was bet geduld van Rome's handlangers ten einde. Terwijl van Raesveld zich, nu zijn plan geiukt was, op den achtergrond hield, trad de aanvoerder naar voren en deze gaf aan een paar soldaten bevel om de beide vrouwen van elkaar ^^ scheiden. Met ruwe handen werden deze aangegrepen, gebonden en vervolgens meegevoerd. En na eenigen tijd zaten Maria en Blanda aclifei zware kerkerdeuren opgesloten niet bij elkaar, doch afzonderlijk.
Rome' juichte over de goede vangst. iet slechts omdat twee zoogenaani-«^e ketterinnen in zijn macht waren, '^^eh ook omdat nu het vermogen der '^^^ Beckums zou Blijven dienen tot uitbreiding van zijn invloed, waaran het reeds zooveel had ingeboet mer wel verklaard, dat de onderhandelingen voortgezet werden maar het resultaat is nihil.
Sjahrir, de mlinister-president van Soekarno's republiek, heeft namelijk kortweg verklaard, dat de republiek 't laatste voorstel van prof. Schermer horn niet zal aanvaarden. Hij heeft den noodigen tijd er voor genomen om tot dit besMt te komen en mede te deelen, dat de Indonesische regeering niet van zlins is, om haar bezwaren tegen de interpretatie van mr, Jonkman op schrift te stellen en vervolgens met de Nederlanders te onderhandelen over een protocol, dat bij de oorspronkelijke ontwerpovereenkomst van Linggadjati zou worden gevoegd.
Hij verklaarde voorts, dat zijn regeering nog immer bereid is de overeenkomst m den oorspronkelijken vorm te onderte, ekenen, maar dat voortdurend andere dingen aan toevoegde en dat alzoo dp oorspronkelijke tekst op derge-Üjke wijze verhaspeld werd, dat r^een mensch er meer uit wijs kan worden Als de 'Nederlandsche reóeering'de oorspronkelijke tekst niet wil laten onderteekenen, late zij dan de „^ redenen ^ daarvoor opgeven en l'ome kome alsdan met voorstellen voor den dag om tot een nieuwe overeenkomst te geraken.
Zoo is dan de zaak geen stap verder gekomen. Het was toch al lang van den kant van Soekarno's regeering bekend gemaakt, dat zij de gecom-^ mentarieerde overeenkomst niet wilde onderteekenen.
De Nederlandsche regeering wordt door Sjahrir de pin wel op de neus gezet. Minister Jonkman heeft toch in de Eerste Kamer uitdrukkelijk verklaard, dat de regeering geen enkelei concessie aan Soekarno en de zijnen meer zal doen. Zal hij dit woord gestand doen? Of zal onze regeering voor de zooveelste maal voor Soekarno het hoofd in den schoot leggen? Zal zij nu ook weder over stag gaan? Zij is met al haar toegeven wel in een slob terecht gekomen, waaruit zij moeilijk zonder verlies van eer en gezag weder uit kan komen.
Daar is alle reden voor, dat onze regeering eens geheel anders optreedt dan zij tot dusverre gedaan heeft. Zij laat maar al te veel met zich sollen, Zij heeft wel verklaard, dat zij het niet langer zou gedoogen, dat de Indonesiërs het bestand overtraden en daardoor het bloed vaiï onze mlilitairen vergoten werd. Maar het blijft bij woorden. De wapenstilstand wordt toch nog bij voortduring door de Indonesiërs geschonden. Telkens en telkens weder komen er betrouwbare berichten uit Indië, welke er melding van maken, dat de Indonesiërs onze militairen verraderlijk aanvallen en dat onze soldaten daarioor verwond worden of sneuvelen, Wanneer mag men met alle recht vragen, zal aan dat schandelijke be-^rijf toch eens een einde gemaakt ^rijf toch eens een einde gemaakt worden. De "^ regeering • - ' heeft ••-toch •-1 x-i tot dure plicht om voor het welzijn en het leven van onze krijgsmacht te waken en om te voorkomen, dat er ip verraderlijke wijze slachtoffers - ^nder hen gemaakt worden. Ook ten «aanzien van de evacuatie der geinemeerden behoonde de regeering rachtiger op te treden. Minister Jonkman heeft in de Eerste Kamer zelf verklaard, dat de evacuatie uit de, kampementen niet met, die snelheid en die getallen en in 'die mate geschiedt, waarin de regeering • zich dit zou wenschen. Wij gelooven, 'dat die woorden de werkelijke gezindheid der regeering vertolkt" hebben. Doch als dit alzoo ds, waarom wordt er dan niet flinker en beslister door haar opgetreden? De laksche houding, welke hierbij reeds zoo langen tijd heeft aangenomen en nog aanneemt, maakt de Indonesiërs maar des te overmoediger, wekt hoogst nadeelig op ons leger in, verbittert degenen, die in gevangenissen en kampementen opgesloten zitten en bewerkt, dat de gezagsgetrouwe mianders of tegen ^ de^^^regcering En dit woimen wet, dat 2; elfs de legercommuniqué's sedert eenigen ti)d aan de eensuur van de commisSie-generaal onderworpen zijn en dat de verliescijfers van onze - Indische strijdkrachten verschillende malen achterwege zijn gehouden om niet in Nederland den indruk te wekken, dat de Indonesiërs het bestand niet nakomen.
En dit alles wordt opzettelijk. alzoo gedaan, naar van met de regeering bevriende zijde verklaard wordt, om de Indonesiërs niet te prikkelen en niet ongunstig te stemmen. Is het ronder, dat bij zulk 'n gang van za-Jj^en de regeering van Soekarno alle respect voor het Nederlandsche gezag verliest, er een loopje mee neemt ^^ brutaalweg elke overeenkomst saboteert?
Qp Sumatra heeft Soekarno's be-^i^d met groote moeilijkheden en tegensand te worstelen. Daar is een opstandige beweging onder de bevolj^jng gaande. Dienaangande wordt in onderscheidene berichten gemeld, dat er daar sprake is van een kleine contra-revolutie van de opstandige bevolking, welke het weelderige Ie-^g^ gj^ dé corrupte handelingen van het meerendeel der republilTeinsche militaire en burgerlijke autoriteiten niet langer gelaten wenscht aan te gien. Demonstraties hebben er plaats gehad. Pamfletten zijn er verspreid. Echtgenooten van de republikeingche leiders zijn van hunne luxe auto's beroofd geworden en konden deze nakijken, toen zij in beslag genomen werden. Hoog geplaatste republikeinsche functionarissen zijn er gearresteerd geworden.
Yen slotte nog een enkel woord over •^Q Martin Behrman, het opgebrachte .\merikaansche schip. De Amerikaansche regeering heeft bij haar mondeling protest, nu ook nog een schriftelijk gevoegd. Tevens zijn er in 'iet Engelsche Parlement vragen met betrekking tot Nederlandsch-Indië gesteld. Dewijl èn over het Amerikaansche protest èn .over de in het Engelsche Parlement gestelde vragen, daar de Engelsche regeering gen, daar de tngelscne regeering .j„_ deze vragen ^_. —^ nog niet ^.^^ koa„twr, r, irl beantwoord heeft, op het oogenblik nog met het volle licht is opgegaaan, zullen wij daarop momenteel maar met nader op ingaan.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 maart 1947
De Banier | 8 Pagina's