Ware geschiedenis van Willem Farel
49
Zelfs door de roomsen sn •AC'-d in dei. tijJ van dezen paus er luid geprotesteerd tegen de ondeugden en de misdaden van de roomsche geestelijkheid. Vele vorsten vergaderden te Neurenber'5 en daden een beroep op den paus van hom begeerend de kerk te reformeeren. De paus antwoordde, dat hij zou zien, wat bij tegen de priesters en hulppredikers in de parochie kon doen. Maar wat zijn eigen hof betreft, weigerde h^ alle reformatie; en als iemand één woord tegen de daden van de kardinalen en bisschoppen durfde zeggen dan werd Mj beschouwd ais een ketter en moest hij dienovereenkomstig beiiandeld worden.
De vier bisschoppen van Fransch-Zwitserland waren dus vrij het voorbeeld van den paus in zelfvoldaanheid, onwetendheid en zoude op te v^olgen en opdat het licht niet zou doorbreken en hun daden niet zouden openbaar worden, was het noodzakelijk, dat zij het volk eveneens in onwetendheid hielden. De Bijbel was in die mooie bergdorpen onbekend; onbekend ook in de groote steden Geneve en Lausanne. Het volk bekend ook in de groote steden Geneve en Lausanne. Het volk kwam bij ^oopen naar de St. Pieterskerk te Geneve gestroomd, niet om het gezegende Evangelie te hooren, .'naar om de hersenen van Petrus en den arm van Anthonius te zien. Voor deze reiiquieën bogen zij zich neder en die aanbaden ze, maar vv-einigen dachten eraan hoe de priester, die deze reliquien liet zien, in zijn hart om hun dwaasheid lachte, maar verheugd was over het geld, dat het volk voor het zien er van betaalde en welk geld hij in zijn zak kon steken. De priester was zich zeer welbewust, dat de hersenen van Petrus slechts een stuk puinsteen was en dat de arm van Anthonius het been van een heit was. Het arme volk kwam eveneens in massa naar Genève' op Kerstmisavond; daar in de kerk van St. Gervais konden ze de doode Heiligen hooren, die honderden jaren geleden begraven waren onder het hooge altaar, zingende en sprekende met elkander....
In dit bijgeloovige Genève nu kwam Farel aan. In deze korte geschiedenis zullen wij u niet alle dvv-aze en slechte geschiedenissen, die door de priesters aan dit arme volk verteld wer den, kunnen mededeelon. Hoe zeer het volk deze leugens inslikte, kunt U zelf beoordeelen, als U verneemt, dat zij werkelijk geloofden, dat alle kerkklokken gedurende de passie-weck uit zichzelf naar Rocne liepen om den paus vergiffenis van hun zonden te vragen. Zeker, daar waren ongetwijfeld klokken in de torens, maar, zeiden de priesters, die waren slechts de gelijkenis van klokken. Als U ze zou luiden, zouden ze geen geluid geven. Zelfs de ondeugendste jongens durfden niet te probeeren of deze klokken luidden of niet.
Zóó groot was de donkerheid van dat mooie en schitterende land! Tot nu toe was er nog geen stem gehoord, welke van betere dingen sprak; geen licht r, og was tot dit land van de schaduw des doods doorgebroken.
XXII
De doipsschoolmeester
Aan het Zuidoosten van hot meer van Genève, niet ver van de rivier de Rhone, ligt het dorpAigle. In de nabijheid van dit dorp stort de groote waterval, de Grande Eau geheeten, zich van de steile rotswanden omlaag en verschaft zich toegang tot een boschachtig bergdal. Aan alle zijden rond dezen waterval, bevinden zich de groote bergen en de mooie bergdalen met hun rijke groene weiden en de schaduwachtige wouden, de kleine houten huisjes omgeven door notenboom en en wijngaarden en boven deze de grazige hellingen waar de koeien on de geiten grazen. De groote rotsen met de met sneeuw bedekte toppen liggen daar achter.
(Wordt vervolgd).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 juli 1946
De Banier | 4 Pagina's