De algem. verg. der SGP gehouden op Donderdag 7 Maart 1946
Met groote voldoening mogen wij terugzien op de Algemeene Vergadering, die verleden week te Utrecht werd ^jehouden. Allereerst omdat de opkomst zoo groot was, dat zij verre boven de verwachtingen van het Hoofdbestuur uitging daar toch de reisgelegen, heden nog immer uiterst moeilijk zijn. Ja zooverre, dat de groote zaal van het Gebouw voor K. en W. te Utrecht, welke toch aan een flink aantal personen plaats kan bieden, veel en veel te klein bleek. Honderden konden geen plaats meer bekomen, zoodat h#t Hoofdbestuur zich genoopt zag een andere zaal te huren. Tivoli bleek bezet, doch gelukkig kon een andere zaal gevonden worden en zoo togen de honderden partij, genooten, afgevaardigden eu Ie. den der S.G.P., naar de groote zaal van de Stadsschouwburg. Ook deze zaal met zijn groote gaanderijen liep weldra geheel vol, zoodat niet alleen geen zitplaats onbezet bleef, doch zeer velen in rijen in de zijpaden zich met een staanplaats tevreden moesten stellen. Deze enorme opkomst op zich zelf is reeds een heuglijk feit, doch meer nog om. dat hieruit ten duidelijkste geble. ken is. dat zeer velen in den lan. de nog van harte instemmen, met de aloude beginselen der Reformatie, waarvoor eens onze Vaderen goed on bloed hebben opgeof. ferd. Dit is dan ook de tweede reden waarom deze Algemeene Vergadering ona oorzaak tot groote verheugenis geeft.
Die bijzonder groote opkomst, die warme belangstelling voor de door de S.G.P. beleden beginse. Ion zijn dan ook wel beschamend voor al degenen, die in de achter, liggende jaren op de S.G.P. hebben gesmaald en van haar geprofeteerd, dat — indien ons vader, land eens van de nazi.overheersching bevrijd mocht zijn — dat het met haar dan ook voor goed wel gedaan zou zijn en zij geen toekomst meer hebben zou. Doch gaan wij thans over tot het geven van een verslag van 'deze in alle opzichten geslaagde vergadering.
Nadat het Hoofdbestuur achter de tafel op het podium had plaats genomen, opende de voorzitter, Ds. Kersten de vergadering te circa kwart voor twaalf met het laten zingen van Ps. 89 : 7, waarna hij een gedeelte las uit Gods Woord, n.l. Numeri 23 : 1—19 en voorging in gebed. Vervolgens sprak ds. Kersten een rede uit, waarin hij wees op het bijzonder voorreent, da' wij na zoo langen tijd van scheiding v/cer in Algemeene Vergadering bijeen mochten zijn. Een woord van wel. kom werd gericht tot de atge. vaardigden en de leden der S.G.P., die ondanks de nog steeds moeilijke reisgelegenheden in zoo grooton getale waren opgekomen. In het bi, jzonder- heette ds. Ker. sten ook welkom de vele predikanten van allerlei kerkformatie, die ondanks alle hoon en smaad om des beginsels wille besloten hadden om met de S.G.P. mede te werken. Daarna wees de voorzitter op de oordeelen, waarmede de Heere land en volk getroffen had vanwege de zonden en ongerech. tigheden. doch ook op de verlos, sing, die van Zijne hand ons is toegekomen toon de sood op het hoogst geklommen was. Het is de Heere, aldus ds. Kersten, lie de verwoester aan de verwoesting overgaf en die onze Vorstinne met Haar koninklijk Huis op de bevrijde erve weder bracht. Her. innerd werd aan hetgeen nog vóór de bevrijding geschiedde, toen de geallieerde luchtmacht voedsel bracht voor de hongerende landgenooten en aan de hulp der Canadeezen, hetgeen alles in Gods voorzienig bestel geschiedde In v^iand met de onrust en de re. volutionnaire woelingen in schier alle deelcn der wereld, wees ds. Kersten vervolgens op het droe. vig feit, dat over 't algemeen de oogcn gesloten zijn voor de zware oorzaak van al het kwaad, dat over ons gekomen is en nog dreigt, nl. de zonde. Daarbij komt, aldus de voorzitter, dat Gods Kerk van velen verlaten is en als in lamheid terneergeslagen ligt. Zelfs Gods volk leeft veelal zoo lauw en is zoo weinig gebonden aan Gods genadetroon. Hierna herinnerde ds. Kersten er nog eens aan hoe de afgevaardigden in 's lands vergadering de oordeelen Gods hebben zien aan
komen en die op grond van Gods woord hebben aangekondigd, daar God immers geen ledig aanschouwen is van het kwaad, doch dit op Zijn tijd bezoekt. Verder stond de voorzitter stil bij het geroep om éénheid, dat thans zoo allerwege wordt vernomen, en hetwelk geenszins nieuw is. Hier. bij vestigde de voorzitter de aandacht der vergadering in het byzonder op Babel's torenbouw en op de machtige wereldrijken der oudheid: het Babylonische, het Assyrische, het Perzische, het Grieksche en het Romeinsche rijk. Aan al dat monschelijk en hoog. moedig streven naar eenheid ont. br.tk ecliter het vaste fundament van Gods ordinantie. Daarom bracht al dat pogen in stee van eenheid niets dan verwarring en ellende. Babel's torenbouw werd door God verijdeld en de machtige wereldrijken werden door Hem vermorzeld. Gewezen werd voorts op de oorzaak nl. de zondeval in Adam, waardoor het menschdom uit elkaar werd gescheurd en de menschen werden gelijk in Romeinen 3 wordt beschreven. Al. leen op den bodem van Gods Woord is een ware eenheid te formeeren. Met enkele voorbeel. den werd een en ander door ds. Kersten voorts geïllustreerd n.l. het samengaan van Rome met da liberalen in de vorige eeuw, waarbij het ging om Gods Woord en de door hen zoo gehate Catechismus van de Openbare school te verwijderen. En voorts de coalitie der zich noemende Christelijke partijen met Rome, welke coalitie ten rechte een monsterverbond is genoemd, doch dewelke nu ver. broken ligt, hoewel nieuwe po. n'ingon worden aangewend om ze te herstellen. Ook de Partij van den Arbeid werd door ds. Kersten besproken. Deze wil ook een éénheid, doch zonder Gods Woord, terwijl juist de ware Religie naar het getuigenis van een der Oranje.vorsten het hart en het bloed der Nederlandsche natie is.
Daarna memoreerde de Voor. zitter in korte trekken het ontst.aan en de groei der Staatkundig Gereformeerde Pairtij. lïv 1918 kwam zij als een kleine groep te Middelburg voor het eerst bijeen. Die kleine groep groeide aan niettegenstaande den feilen tegen, stand, die ondervonden werd Ook deze vergadering, aldus ds. Ker. sten, geeft daarvan een blijmoe. dige getuigenis. Hij wekte dan ook allen dringend op om getrouw "te blijven aan de beginselen gedachtig zijnde aan het woord van Groen van Prinsterer, dat juist in dagen van diep verval de beginselen onvervalscht bewaard be. hooren te worden. Dat zal echter meebrengen, dat we alleen moe. ten wonen, gelijk Israël in het midden der wereld alleen wonen moest om in de wegen des Heeren te wandelen en het met God al. leen te houden, zoodat we ons er voor te wachten hebben ons te verzwageren met degenen, die Gods geboden niet tellen. Over zichzelf wenschte de Voorzitter niet te spreken, daar ieder zich op de hoogte kan stellen van de onlangs door hem uitgegeven brochure: „Mijn standpunt toegelicht'^ Alleen dit wensehie hy naar voren te brengen, zulks in verband met den jongsten tijd verspreide courantenberichten, waarin hij werd uitgedaagd het schrijven van de zuiverings-com. missie te publiceeren, dat door de zuiveringscomrtiissie geen omklee. ding van redenen gegeven is waarom zij hem uit de Kamer heeft gebannen, zoodat hem niets bekend is van de gronden waarop voornoemde Commissie haar be sluit hoeft gebaseerd; ja zelfs heeft hij niet eenig bericht van zijn niet-toelating ontvangen. De voorzitter wees vervolgens op de groote vraagstukken, die aan de orde zijn. Allereerst op hat samengaan in één partij. Een doo. persch standpunt wenschte sprei ker niet in te nemen. Gaarne zou hij één partij willen vormen, wanneer daarbij Gods Woord en het daarop gegronde art. 36 der Ned. Geloofsbelijdenis tot grondslag werden genomen. Wanneer echter de beginselen, daarop gebouwd, zouden moeten worden prijsgegeven, dan moet aldus spreker, zulk een samenvloeien tot één Partij beslist afgewezen worden. Ten tweede werd gewezen op de sociale wetgeving. Nimmer hebben hij en zijn vrienden het volk aan zich zelf willen overla. tcn, _maar wePügbhen zij beTrteit, datop~andere w'iize nl. door mid. del van""een omsïag^oest op~^6têï-e en royaler"wiizë~ïïain)i}~da verzekêringfswetgeving het geval isjmlp geboden, ~en de bedrijvea zöTïïïen gorden ontlast Ook op het vraagstuk van het onderwijs wees ds. Kersten. In de vierde plaats stond spreker stil bij Indië, dat zulk een groot probleem geworden is en dat ons volk wel tot diepe ver. ootmoediging mocht brongen. Ten vijfde werd nog gewezen jp den droevigen finnancieelen toestand des lands om dan te eindigen met een krachtige opwekking tot alle aanwezigen, inzonderheid de predikanten, onderwijzers, ouder, lingen en andere leidinggevende personen om in vaste overtuiging de beginselen van Gods Woord te verbreiden.
Ten besluite sprak ds. Kersten den innigen wensch uit, dat het den Heere behagen mocht om onze Landsvrouwe nog vele jaren te sparen en Haar, die zulk een diepen beproevingsweg heeft doorge. maakt met Haar Koninklijke Huis nog tot een rijken zegen te stel. len voor land en volk, opdat Nederland en Oranje in een vasten band samengesnoerd mochtea blijven.
Ds. Zandt, hierna het woord verkrijgend, was ongetwijfeld de tolk der gansche vergadering toen hij met enkele korte woorden ds. Kersten hartelijk dank bracht voor het principieele woord, dat deze had uitgesproken. Ds. Zandt constateerde ten rechte, dat de bazuin geen onzeker geluid had doen hooren, dat hier een pleidooi gevoerd was voor die beginselen waarA-oor onze vaderen zooveel, ja zelfs hun goed en bloed hadden feil gehad. Wel was de rede nog niet in druk verkrijgbaar, maar ds. Zandt hoopte toch, dat da Voorzitter alsnog gelegenheiJ mocht vinden om haar uit te ge. ven. Met betrekking daarop be. paalt ons verslag zich steeds tet de hoofdzaken.
Ds. Kersten dankte hierop ds^ Zandt voor het door hem gesproken woord on deed de toezegging dat hij gaarne aan diens wensch wil voldoen indien zijn krachten hem dit toelaten. Met algemeene instemming werd hierna een telegram gezonden aan H. M. de Koninprin van den volgenden inhoud:
Aan H. M. de Koningin. De Staatk. Geref. Partij in Algemeene Vergadering op Donderdag 7 Maart te Utrecht bijeen, spreekt haar groote blijdschap uit over den terugkeer van Uwe Majesteit en Haar Doorluchtig Vorstenhuis en bidt U den onmisbarcn zegen des Heeren toe.
w.g. Ds. Kersten.
(Vervolg ou^pag. 2/ , V ervoli van pag. 11 Vervolgens deed de Voorzitter niededeeling van de samenstelling der
CANDIDATENLIJST
vor de a.s. Kamerverkiezing, zooa)f. deze door de vertrouwensver- adering volgens artil< el 10 der f artijstatiiten was vastgesteld. Deze lijst luidt als volgt: l.Ds. G. H. Kersten. Hotterdam. 2 Ds P. Zandt, Delft. 'i. Ir. C. N. van Dis, Ermelo 4. , 1, van Bochove. Zeist. 5. D. Kodde, Zoutelande. 6. Ds. van Dijk, Monster 7. P. V. d. Meulen, Genemuiden. SDs. G. Smits, Driebergen. 9. Dr. de Lind, Epe. 10. J. H. Koppelaar. Middelliarnig. 11. Ds. Dorsman, Schelluinen. 12. S. V. d. Weerd, Zwollerkerspel. 13. A. .1. Schot, Middelburg. 14. F. W. C. Brinkman, Biltlioven. lö. D. van Leeuwen. Loenen a. d. Vecht. 1«. A. Vlasblom, Delft. 17. A. J. Kersten, Rotterdam 18. T. de Jong, Leerbroek 10. F. de Bruin, Giessendam 20. J. J. Hamstra, Veënwouden Na eenige discussie werd deze lijst met alf/emeene slemmen door de Vergadering goedgekeurd Alsdan kwam aan de orde do
HOOFDBESTUURSVERKIEZING
Ds. Kersten deelde allereerst, mede, dat de leden van het Hoofdbestuur het besluit geno. men hadden om hun mandaat ter beschikking te stellen en alzoo eenparig af te treden teneinde de Algemeene Vergadering in de gelegenheid te .stellen een geheel nieuw Hoofdbestuur te kiezen. Indien zij dit wenschte. Op de vraag van den Voorzitter of iemand een stemming wilde, bleek, dat de Verp: adering dit onnoodig achtte, zoodat de zittende hootdbestuursleden: Ds Kersten, Ds. Zandt en de heeren Kodde, De Kok, Brinkman, Van der Meulen en Van Dis tot leden van het Hoofdbestuur herkozen werden.
Hierop werd het nieuw gekozen Hoofdbestuur met nog een drietal leden aangevuld. Als can-, didaten werden genoemd: Ds Van Dijk, Ned. Herv. Pred. te monster, Ds. Dorsman, Ned. Herv. Pred. te Schelluinen en Ds. Smits Chr. Ger. Pred. te Driebergen Met het oog op den toegemeten tijd verzocht ds. Kersten namens het Hoofdbestuur of de Vergadering er zich mede vereenigen kon aan het genoemde drietal predikanten met algemeene stemmen tot leden van het Hoofdbestuur te verkiezen. De Vergadering ging hiermede in volle eenparigheid accoord. zoodat Ds. Van l> ijk, Ds. Dorsman en Ds. Smits thans ook zitting hebben in het Hoofdbestuur, aangezien zij allen de benoeming aanvaard hebben. Thans kwamen de verslagen aan de orde. Allereerst stond de Partijsecretaris stil bij degenen, die ons in de afgeloopen jaren door den dood ontvallen zijn, hetzij dat zij vielen voor het vaderland bij het hegin van den oorlog of door het moorddadig optreden der nazibeulen of door ziekte als middellijke oorzaken. Gememoreerd werden hierbij wijlen de heeren E Altena eri B. .1. van Putten, beiden uit Kampen. Den familieleden, alsook dengenen die deze overleden partijgenooten zullen mis.sen, werd toegebeden dat zij in den wil des Heeren mochten berusten. Stilgestaan werd voorts bij de ontbinding der Partij in Juli 11)41, waarbij al hare eigendommen, gelden en bescheiden door den vreemden onderdrukker werden opgeëischt. Daarna op de verlossing, die de Heere geschonken heeft en daarmede de mogelijkheid om weer als Staatk. (ieref. Partij te kunnen herrijzen. Vervolgens werd gewezen op de vergadering van het Hoofdbestuur met afgevaardiffden uit de onderscheidene Proviciön na de bevrijding, waarbij besloten werd de S.G.P weer op te richten. Uit het verslag bleek, dat zeer vele kiesvereenigingen reeds herrezen zijn, zelfs op plaatsen waar nimmer een kiesvereeniging der S.G. P. was geweest werden deze opgericht. Aangespoord werd tot het zich opgeven bij het Partijbureau, Stationsstraat 84 te Ermelo, opdat een volledig overzicht verkregen worde van Kiesver.. Provinciale Ver. en Statenkringen. Voorts werd den Kiesvereenigingen in overweging gegeven om vrijwillig de vooroorlosrsche con. tributie van 25 cent oer lid per j.Tar te verhoogen. Hierna werd stilgestaan bij de verandering in onze Kamerfractie, op de niet te verdedigen manier van handelen der Zuiveringscommissie, die zonder opgaaf van redenen, zonder mogelijkheid van beroep. Ds. Kersten uit de Kamer gebannen had. Opgewekt werd om de beginselen te handhaven en voor die b.eginselen alle krachten in te spannen om straks, kon het zijn, een of meer zetels er bij te winnen.
Hierop gaf de Penningmeester zijn verslag. Gememoreerd werd het bestelen der Partij door de nazi-onderdrukkers in 1941. toen zij de Partij ontbonden en alle gelden en eigendommen opvorderden. Zoo lang mogelijk heeft de Penningmeester getracht het geld uit de handen der nazi's te houden, doch eindelijk moest hij het geven. Ook de Penningmeester drong aan op het getrouw blijven aan de beginselen, waarbij 'hij een beroep deed op den bekenden staatsman mr. Groen van Prinsteren en tenslotte er op te wijzen, dat er veel geld noodig is, nu al het geld weggesleept is door de Duitschers, teneinde de onkosten te dekken, ook die welke de verkiezingen zullen meebrengen. Met het oog hierop beval de Penningmeester de colIccte warm bij de vergadermg aan. Op de vraag uit de vergadering of er geen verhaal was op het geroofde geld, gaf de Penningmeester ten antwoord, dat het Hoofdbestuur bezig is, het terug te kri.igen.
De Voorzitter bracht Partijsecretaris en Penningmeester dank voor de door hen uitgebrachte versla.gen. In de commissie tot nazien der boeken werden benoemd: Ds. Jhr. Iloeufft van Velzen en de heeren Van Bokhove en Vlasblom, die deze benoeming aaniiamen.
Alsnu kwamen nog enkele in. gekomen stukken ter sprake. Goes zou gaarne eenige wijzigingen zien gebracht in de partijorganisatie, zoals de Kiesver. van Kotterdam-West dit blijkens een verslag in „De Banier" eveneens voorstaat. Goes meent dat het best zou zijn daartoe een commissie in het leven te roepen, bij wie de kiesvereenigingen hare voorstellen zouden kunnen indienen en die het Hoofdbestuur van advies zou kunnen dienen. Gaarne zou Goes in deze commissie alle provinciale vereenigingen vertegenwoordigd willen zien.
De Voorzitter merkte namens het Hoofdbestuur op, dat het inderdaad wenschelijk is, dat er meer contact bestaat tusschen partij en Hoofdbestuur en wijst in dit verband o.m. op het voorstel, hetwelk het Hoofdbestuur op de laatste Algem. Verg. van 1940 heeft gebracht en door deze eenparig is aangenomen om nl. bij bepaalde gevallen nauwere voeling te houden met de Provinciale Vereenigingen door uit elke provincie twee afgevaardigden bijeen te roepen. Wanneer er dus bepaalde wenschen in de Parti.j leven, kunnen de kiesver. die bij het Partijbureau bekend maken en het Hoofdbestuur kan dan handelen overeenkomstig het hiervoren vermelde. De vergadering gaat hiermede aceoord.
„Rotterdam panier III" en Sliedrecht zouden gaarne meer plaats in „De Banier" zien ingeruimd voor de behandeling van principieële en staatkundige aangelegenheden, desnoods met weglating van andere rubrieken. De voorziter geeft namens het hoofdbestuur te kennen, dat er geen moeilijker werk is dan het Heofdredactenrschap van een blad als „De Banier". De een zegt: het vereenigingsnieuws kan er wel uit, een ander echter wil dit er juist in hebben, liefst zoo uitgebreid mogelijk. Weer een ander zegt: gooi die kinderrubriek er uit, doch anderen stellen die juist weer op prijs. Daarbij komt de groote papierschaarschte. welke het tot nog too onmogelijk maakte om „De Banier" uit te breiden Ds Zandt wijst eveneens op de moeilijkheden, welke het Hoofdredacteurschap meebrengt. Hij heeft het echter eenmaal op zich genomen en wil het blijven doen, doch verzoekt om met de moeilijke omstandigheden rekening te houden.
Hierna kwam aan de orde een voorstel, hetwelk reeds op de Provinciale Vergadering van Zeeland was te berde gebracht, dcch door het Prov. Bestuur van genoemde provincie was doorgezonden naar de Alg. Verg. Het handelt over de uitsluiting van Ds Kersten als Kamerlid door de Ziiiveringscommissie in den vorm van een protest, te zenden aan den Raad van Ministers. Het luidt als vol.et: Aaan den Raad van Ministers
's GRAVENHAGE
Excellenties, De Staatkundig Gereformeerde Partij, in Algemeene Vergadering 'e Utrecht bi.jeen. heeft de eer onder Uw aandacht te brengen, dat zij ten krachtigste protesteert tegen de beslissing van de Oommisie, bedoelt in art. 3 van het Koninklijk Besluit van 2 .^ugustHS 194.5, Staatsblad No. 131, waarbij bepaald is. dat haar Partij-Voorzitter Ds. 6. H. Kersten niet. meer in de Tweede Kamer der St-aten Generaal zql plaats nemen. Vorenbedoelde Commissie heeft toch geenszins kenbaar gemaakt, waarom en op grond waarvan zij tot dat besluit is gekomen, zoodat daaromtrent dan ook niets bekend is. Waar volgens Nederlandsch recht het een eerste vereischte is dat degene, aan wien iets ten laste wordt gelegd, omstandig wordt medegedeeld, wie de aanklager is en wat den aangeklaagde wordt verweten, zoo had zulks ook in onderhavige aangelegenheid behooren te geschieden, omdat een volslagen verweer had kunnen opgesteld worden. Dewijl noch het eene is geschied, noch dientengevolge voor het andere de gelegenheid gelaten is, zoo dient alsnog een nieuwe instantie in het leven geroepen te worden, waarvoor - de betrekkelijke zaak opnieuw kan worden behandeld, omdat anders begaan onrecht blijft bestaan, wat toch door Uwe Excellentie niet kan en mag geduld worden. Op grond van het bovenstaande verzoeken ondergeteekenden beleefd aan Uwe Excellenties te willen bevorderen, dat bovenbedoelde instantie worde ingesteld ter zake voorschreven, en haar genoemden Partij-Voorzitter gerehabiliteerd worde. Utrecht 7 Maart 1946.
Met algemeene stemmen besloot de Alg. Verg. dit stuk aldus den Ministerraad te doen toekomen. Daarna kwam ter sprake de actie voor de a.s. verkiezingen. Uit de vergadering werd ver- - zocht de door ds. Kesten uitgesproken rede voorzien van^ de candidatenlijst te laten drukken en verspreiden. Ds Kersten merkte namens het Hoofdbestuur op, dat dit nader onder de oogen zal worden gezien en dat het Hoofdbestuur er ook reeds over gedacht had om een verkiezings-Banier te laten verspreiden. Op een vraag uit de Vergadering om sprekers, geeft ds Zandt ten antwoord, dat er met enkele personen nog onderhandeld wordt en dat zoo spoedig moge. lijk een lijstje van sprekers in De .Banier zal worden gepubliceerd Bij de rondvraag stelt Dordrecht een vraag over samenwerking met andere partijen bij de gemeenteraadsverkiezingen. De voorzitter geeft namens het H. B. ten antwoord, dat in deze de uiterste voorzichtiglieid dient betracht en vooral dient gewaakt, dat de beginselen daarbij niet worden prijsgegeven. In de eene gemeente zal dit wellicht goed gaan, in de andere niet. Op een vraag over Watjeningen of het riiet mogelijk 'is om lijsten te verbinden wordt geantwoord, dat de kieswet dit niet meer toelaat. Wel kan men met één lijst uitkomen doch dan heeft men wel toe te zien welke plaats aan onze eandidaten wordt toegekend.
Alsdan komt een ontroerend oogenblik, wanneer ds Kersten, na eerst de vergadering hartelijk dank te hebben gebracht voor het vertrouwen in hem gesteld, door hem bij vernieuwing als leider der Partij te herkiezen en als eerste op de candidatenlijst te plaatsen, de vergadering komt mede te deelen, dat hij zich zoowel van het een als van het ander terugtrekt..Niet omdat hij zich niet gaarne weer zou willen geven, maar omdat zijn lichaamsgesteldheid zulks niet meer toe- Jaat. Dit besluit valt spreker niet gemakkelijk, maar hij moet zich om gezondheidsredenen noodza^ keiijk beperken Ds: Kersten memoreert dan in korte trekken hoe hij in 1918 door het volk zelf gedrongen werd om op het staatkundig erf positie te kiezen tegen den afval der zich christelijk noemende partijen. Eerst waren er zegge 8 kiesver. in geheel het land; daarna 20, ten slotte ruim 200. Het was een zware strijd toen hij alleen in de Kamer was, maar hoe verblijdde het hem dat ds. Zandt in 1925 naast hem kwam te staan. Steeds heeft hij met ds. Zandt in de beste harmonie -samengewerkt, nimmer hadden zij over de beginselen verschil van meening gehad. De voorziter memoreert ds. van Oort. die de eerste vergadering der Partij te Middelburg opende, ' vervolgens ds. Kieviet, ds. v. d. Vegt, ds. Vreugdenhil, ds. Barth, ds. Bakker, die allen reeds overleden zijn.
Daarna richt de voorzitter zich tot de overige leden van het Hoofdbestuur, tot de heeren v. d. Meulen die met dhr. Joh. de Kok vanaf 1919 zitting heeft en de financiën beheerde. Kodde, Van Dis met wien hij acht jaar in de Kamer zitting heeft gehad, en Brinkman. Hij gedacht ook andere Hfd. best.leden, die zich voor de Partij verdienstelijk gemaakt hebben.t
Thans echter moet hij tot zijn smart betuigen: Ik kan niet meer en moet hij van dit wevk en van zijn vrienden afscheid nemen. Zichtbaar ontroerd worden deze woorden door Ds. Kersten uit.ge. sproken, terwijl ook te bemerken valt dat dit scheiden de vergadering moeilijk valt. Met de opwekking, dat allen en vooral het op.
(Vervolg op pag. 3) liefde tot de beginselen en de genegenheid .jegens Ds. Kersten helder aan den dag kwamen, mag in alle opzichten geslaagd heeten. Hetgeen ook nog allerduidelijkst bleek uit de collecte, die meer dan ƒ 2000, zegge ruim twee duizend fulden opbracht en dit zegt zoo. veel te meer waar de S.G.P. niet vele rijken en edelen telt. Een woord van dank willen wij thans nog brengen ' aan de Utrechtse politie, die voor de handhaving der openbare orde zorgde en in het bijzonder ook aan de kiesvereeniging te Utrecht, die het hare er toe heeft bi.igedra. gen om alles ordeli.ik te doen verloopen.
Namens de Paitij sprak hierna de heer J. v. Bochhove op verzoek van enkele vrienden ds. Kersten toe. Het had hem goed gedaan, dat de Vergadering het voorstel' van ds. Zandt met zoo eenparige stemmen heeft aangenomen. Hij, wees op de onzuivere.zuivering, daarbij vermeldend, dat door de zuiverings.commissie een lid der Koomsch-Katholieke Kameifractie tot de lie Kamer als lid is toegelaten, die in gezelschap met Sej; ss-Inquart een glas wijn ge. dronken heeft. Dat lid der lie Kamer werd toegelaten; onze voorzitter werd daarentegen ge. weerd. De heeren lusten ons niet, zoo besloot de heer Van Bochove deze passage. Hij herinnerde er aan dat hij ds. Kersten reeds van zijn prille jeugd kent en hoe God hem naar voren deed komen toen er niemand was die het voor de vertreden beginselen opnam Met den wensch, dat de Heere ds. Kersten mocht sterken en dat Hij lem mocht geven om ook de Partij in zijn gebed te gedenken, besloot de heer v. Bochove zijn toe. spraak om dan nog enkele woor. den te richten tot ds. Zandt als den nieuwen leider der S.G.P. Vervolgens werd op verzoek van ds. Zandt ds. Kersten nog staande toegezongen de bede uit Ps. 121 : 4
Ds. Kersten bracht alsdan beiden sprekers en in hen het H.B. en de geheele Vergadering dank' voor de hartelijke en vriendelijke woorden tot hem gericht en bad allen des Heeren rijken zegen toe. Op zijn verzoek werd daarop de Vergadering door ds. Zandt met dankzegging gesloten. Hiermede was deze toogdag weer ten einde. Met een mengeling van gevoelens ging de groote schare, die van heinde en verre was opgekomen, huiswaarts. Ve. len drukten ds. Kersten ten af. scheid de hand toen deze het ge. bouw verliet. Deze vergadering die door een zeer goeden geest gekenmerkt werd en waarin de
liefde tot de beginselen en de genegenheid .jegens Ds. Kersten helder aan den dag kwamen, mag in alle opzichten geslaagd heeten. Hetgeen ook nog allerduidelijkst bleek uit de collecte, die meer dan ƒ 2000, zegge ruim twee duizend fulden opbracht en dit zegt zoo. veel te meer waar de S.G.P. niet vele rijken en edelen telt. Een woord van dank willen wij thans nog brengen ' aan de Utrechtse politie, die voor de handhaving der openbare orde zorgde en in het bijzonder ook aan de kiesvereeniging te Utrecht, die het hare er toe heeft bi.igedra. gen om alles ordeli.ik te doen verloopen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 maart 1946
De Banier | 4 Pagina's