PROFETISCHE PREDIKING
De prediking is, zeker in kerkelijke kringen, altijd weer een dankbaar onderwerp van gesprek. Het onderwerp biedt steeds weer stof tot het schrijven van een nimmer aflatende stroom van artikelen. En nog steeds verschijnen er in binnen- en buitenland boeken over de preek en de predikkunde, in omvang variërend van een simpele brochure tot vuistdikke wetenschappelijke studies en hele series. Ook in dit blad is over de prediking al vaak geschreven. Geen wonder. Als Christelijke kerken, nader bepaald als kerken van de Reformatie, laten wij ons vergaderen rondom het Woord. Daar werkt immers de Geest door de prediking van dat Woord. Daar worden mensen tot geloof gebracht, ontdekt, gevoed, geleid, vermaand en vertroost. De prediking is van levensbelang. In die prediking gaan als het goed is de Schriften open tot op het hart van de drieënige God. Daar wordt ons Christus als de Gekruisigde voor ogen geschilderd als de Zaligmaker Die gezonden is door de Vader en Die gezalfd is met de Heilige Geest. Daar leert de Heilige Geest ons Godskennis en zelfkennis. Daar worden kinderen des toorns wedergeboren tot kinderen van God. Daar komt de ene God tot ons in drie Personen. Daar horen we van de twee wegen en van de drie stukken.
VERSCHILLENDE GENRES
Terwijl over de prediking heel veel dingen te zeggen zijn, die van elke preek gelden, is het toch mogelijk van genres in de prediking te spreken. We spreken bijvoorbeeld van
1. Verklarende prediking, waarbij de nadruk ligt op de regelmatige uitleg van de Schriften. Denk bij voorbeeld aan prediking waarbij een heel Bijbelboek stap voor stap wordt behandeld of een serie preken aan de hand van wat de Schrift zegt over een persoon als Noach, Abraham of Petrus.
2. Evangelisatorische prediking, waarbij de spits van de preek gericht is op onbekeerden.
3. Onderwijzende prediking; denk aan de Catechismusprediking, onverminderd noodzakelijk in onze tijd.
4. Prediking ter gelegenheid van de feest- en gedenkdagen, waarin de heilsfeiten centraal staan.
5. Priesterlijke prediking, een genre dat onder ons grote bekendheid heeft gekregen door het boek onder die titel, waarin een aantal artikelen van wijlen professor W. Kremer is samengebracht.1
6. En dan is er nog de profetische prediking.
WAT VERSTAAN WE ONDER PROFETISCHE PREDIKING?
Wijlen dr. W. Aalders, die zelf getypeerd kan worden als een profetische prediker, heeft eens geschreven dat het ‘moeilijk is en blijft om onder woorden te brengen wat wij onder profetische prediking hebben te verstaan’, en dat ondanks het feit dat er niet zelden over gesproken wordt als iets wat algemeen bekend is. Hij typeert profetische prediking als ‘een koortsverschijnsel in een tijd van dreigende ondergang.’
Een Amerikaanse theoloog typeert de profetische prediking als een speciaal woord dat God heeft voor een speciale tijd op een speciale plaats.
In ieder geval wordt zo al duidelijk dat we bij profetische prediking aan iets heel anders moeten denken dan bijvoorbeeld bij priesterlijke prediking. Zoals onder Israel de priester dagelijks dienst deed in de tempel, omdat Israel zonder die dienst niet leven kon, zo is priesterlijke prediking een permanente noodzaak met het oog op het leven van de gemeente.
Profeten echter waren er niet altijd en ze behoorden ook niet tot een bepaalde stam of een afgezonderd geslacht. Soms waren ze er en vaak waren ze daarna ook zo weer verdwenen. Ze brachten hun boodschap en dat was duidelijk een bijzondere boodschap van de Heere op een bijzonder moment, vaak in een donkere tijd. Daarna horen of zien we niets meer van hen.
De al genoemde dr. Aalders wijst op het sprekende voorbeeld van de zeventig oudsten die in de woestijn worden aangesteld om Mozes bij te staan (Num. 11). Als een teken dat de Heere hen aanstelt, staan die mannen te midden van het volk te profeteren door de Geest Die hen aangordt. Maar heel typerend staat er achteraan in vers 25: ‘maar daarna niet meer’. Op dat bijzondere moment had God via hen een boodschap voor het mopperende volk. Daarmee echter was hun profetische taak afgelopen.
Een duidelijk voorbeeld vinden we ook in 1 Samuël 2:27. Er komt een man bij Eli de hogepriester. Wie hij is en vanwaar hij komt en waar hij heengaat weten wij niet. Maar hij is een man van God en het is duidelijk dat hij komt met een boodschap van God: een oordeelsaankondiging aan het adres van het geesteloze volk met zijn goddeloze priesters. En nadat hij die boodschap gebracht heeft, verdwijnt hij weer.
DOEL VAN DE PROFETISCHE PREDIKING
Wat is het doel c.q. de taak van de profetische prediking? Dat wil ik aan de hand van twee voorbeelden laten zien.
Het eerste voorbeeld vinden we in het Oude Testament: Jesaja 40: 27-31. Daar horen we de klacht van het volk dat in ballingschap is: ‘Mijn weg is voor de Heere verborgen en mijn recht gaat van mijn God voorbij’. Het is een donkere tijd en dat door eigen schuld. De ballingschap is immers straf voor het ongehoorzame volk dat de afgoden diende. Maar dan volgt de boodschap die de profeet namens zijn God mag brengen: ‘Weet gij het niet, hebt gij niet gehoord dat de eeuwige God, de HEERE, de Schepper van de einden der aarde, noch moe noch mat wordt? Er is geen doorgronding van Zijn verstand. Hij geeft de moeden kracht…’ Die profeet weet wat het volk niet weet en wat het alleen maar kan weten doordat hij deze boodschap brengt uit naam van God en zij die boodschap horen en geloven.
Het tweede voorbeeld vinden we in het Nieuwe Testament: I Petrus 1:10-12 en II Petrus 1:19. Profeten spreken ‘het profetische woord, dat zeer vast is’. Zij hebben het onderzocht om er degenen die na hen zouden komen mee te dienen. Die mensen doen er goed aan acht te geven op dat profetische woord ‘als op een licht, schijnende in een duistere plaats’, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in hun harten. Het profetische woord klinkt dus in de duisternis, welke duisternis dan ook. Maar het doel is dat dat woord licht ontsteekt en een nieuwe dag doet aanbreken.
SCHRIFTGEGEVENS
Het hoeft geen nader betoog dat de wortels van de profetische prediking al te vinden zijn in het Oude Testament. Ik noemde al enkele teksten, maar ik wil ook nog wijzen op een paar Schriftprofeten.
De eerste is Amos, duidelijk geen ambtsdrager. Maar hij weet zich door God geroepen om een boodschap te brengen. Met een beeld uit de woestijn, die zich achter zijn woonplaats Thekoa uitstrekt, maakt hij duidelijk wat hem drijft: ‘De leeuw heeft gebruld, wie zou niet vrezen? De Heere HEERE heeft gesproken, wie zou niet profeteren?’ (Am. 3:8) Niemand hoeft te raden waar de boodschap van Amos vandaan komt en waarom hij zijn mond niet houden kan. Namens zijn Zender spreekt hij tot de vrouwen van Samaria als koeien van Basan. Namens zijn Zender verkondigt hij het oordeel aan Amazia, de priester van Bethel, en profeteert hij de ondergang van het tienstammenrijk van Israël.
Let verder eens op Jesaja, die na zijn roeping in Jesaja 6 de goddeloze koning Achaz in Jesaja 7 tegemoet treedt met een boodschap van de Heere. En op Jeremia met zijn tempelprediking in Jeremia 7. Op Habakuk met zijn aangrijpende profetie. En niet te vergeten Ezechiël met zijn indringende boodschap die hij van Godswege moet laten horen, ongeacht of het volk er voor buigt of niet.
Gaan we vervolgens naar het Nieuwe Testament, dan zien we onder de profeten allereerst Johannes de Doper, de man die spreekt over de bijl en de wan. Ook de Heere Jezus heeft een profetische boodschap. Denk slechts aan Zijn veelvoudig ‘Wee!’ over de farizeeën en Schriftgeleerden en Zijn rede over de laatste dingen. Ook in het Nieuwe Testament ontmoeten we profeten die verschijnen en weer verdwijnen, bijvoorbeeld de profeet Agabus en de dochters van Filippus in het boek Handelingen. En is op Patmos Johannes de apostel, evangelist en apocalypticus, niet ook de profeet die laat zien wat weldra geschieden zal en die dat doet omdat God het hem laat zien met de opdracht de boodschap door te geven?
DOOR DE EEUWEN HEEN
In de kerkgeschiedenis komen we steeds weer namen tegen, vaak grote namen van profetische predikers. Ik noem een enkele: Chrysostomus, Johannes Hus, Luther en Calvijn, Nadere Reformatoren en Puriteinen. Van Calvijn kan gezegd worden dat zijn prediking meestal verklarend en exegetisch van aard was, maar dat daarin vaak een profetisch woord doorklonk.
In de vorige eeuw zijn er mannen geweest voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog, die in hun profetische prediking het nationaalsocialisme ontmaskerden.
En vandaag? Hebben wij in onze tijd die profetische prediking niet hard nodig in onze crisissituatie op maatschappelijk en godsdienstig gebied? Waar zijn de wachters op de muur te midden van kerkverlating en geesteloosheid in een land dat geen rekening meer wenst te houden met God en Zijn Woord en Zijn komen om te oordelen? Waar zijn de profeten die waarschuwen dat er zwaar weer op til is? Profeten worden gevraagd. Laten we uitzien naar de Heere zoals de dichter Andries Dongera Hem heeft getekend:
‘Profeet, sta op. Profeet, ga profeteren.
Want eer Ik als Rechter komen zal
Moet zich Mijn volk geheel tot Mij bekeren.’
Ds. J. Westerink (1939) is emerituspredikant te Urk en dient de kerken sinds 1963.
1 W. Kremer, Priesterlijke prediking, Amsterdam 1976, ISBN 90.700.57.484. Ieder die in Apeldoorn heeft gestudeerd ter voorbereiding op het ambt van dienaar des Woords, heeft dat boek sinds zijn verschijning moeten bestuderen. Het ware te wensen dat alle ambtsdragers - en zeker de ouderlingen - de inhoud van dit boek zouden kennen en bij de uitoefening van hun ambt in praktijk brengen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's