Berichten van deputaten ADMA
De classicale diaconale correspondent
Wie een beetje thuis is in ons jaarboek vindt de benoeming van een classicale correspondent niet zo vreemd. Immers verschillende deputaatschappen werken reeds jaren met deze instelling. Kijkt u maar bij elke classis onder de rubriek „deputaten voor deze classis”.
De Generale Synode 1968–1969 heeft besloten „de classes te verzoeken over te gaan tot het aanstellen van een diaconaal correspondent”. Een vijftal classes hebben op dit moment al een correspondent benoemd, terwijl van de overige classes wordt verwacht, dat men op de a.s. voorjaars-vergadering hieraan de nodige aandacht zal besteden.
Elke classis heeft het recht de opdrachten voor haar correspondent te bepalen, afgestemd op hun situatie. Daarnaast is onze stellige verwachting dat er in de toekomst door alle correspondenten, in overleg met deputaten ADMA, ook een gezamenlijk beleid zal worden gevoerd.
Als ongeveer eind april 1970 alle correspondenten zijn benoemd hoopt ons depu-taatschap met deze broeders een samenspre-king te houden. Deze bijeenkomst zou kunnen dienen om kennis te maken met elkaar en eveneens om de programmapunten, wensen en verlangens van deputaten, correspondenten en van de tot de classes behorende diaconieën, nader te bespreken. U bemerkt dus dat u op dit punt, vooral wat de bezinning betreft, al aan het werk kunt.
Aan elke classis hebben deputaten in een brief reeds enkele overwegingen doorgegeven en het zou fijn zijn als hieraan aandacht wordt besteed. Deputaten vinden het b.v. raadzaam, geen leden van ons deputaat-schap als diaconaal correspondent aan te stellen, terwijl het voor een goede gang van zaken niet gewenst is het correspondentschap te laten vervallen indien men de kerkeraad verlaat.
Een praktische vraag is vanzelf of een correspondent nu wel nodig is en wat hij in de nabije toekomst moet gaan doen. Deputaten willen als eerste aanzet daarop een antwoord geven.
Voor een goede diaconale ambtsbediening is enerzijds noodzakelijk dat de voorlichting aan de diaconieën wordt geïntensiveerd. Anderzijds is het nodig, dat onze kerken beter geïnformeerd worden over de vragen en problemen die bij de diaconieën leven
Dit kan natuurlijk op verschillende manieren b.v. door schriftelijke voorlichting (die er bij leven en welzijn zeker zal komen) of door persoonlijk contact met de ADMA-assistent. Maar er is o.i. ook genoeg werk aan de winkel voor de correspondent. Deputaten denken aan de volgende taken die een classis aan haar correspondent zou kunnen opdragen.
1. Het leggen en onderhouden van contacten met diaconieën om deze indien nodig te stimuleren en te adviseren m.b.t. het diaconale werk. Dit kan als volgt geschieden:
a. Het bezoeken van de diaconieën binnen de classis om de vragen, problemen en wensen te bespreken. Op grond van de resultaten hiervan kunnen nadere plannen worden gemaakt.
b. Het beleggen van voorlichtingsavonden binnen één classis of in samenwerking met andere correspondenten binnen enkele classes. Veel onderwerpen komen voor behandeling in aanmerking, zoals vragen rondom de uitvoering van de A.B.W., de diaconale collecte, verhouding diaconaat-pastoraat en diaconaat-evangelisatie, de opbouw van het gemeente-diaconaat, verhouding diaconaatsociale dienstverlening en verder allerlei onderwerpen die in het gesprek met de diaconieën naar voren gekomen zijn.
2. Op elke classis zal de diaconale correspondent uitvoerig rapporteren over zijn bevindingen. Blijken er zaken te zijn die voor alle kerken van de classis van belang zijn, dan zou dit in een schrijven van de classis onder de aandacht van deze kerken gebracht kunnen worden.
3. Het onderhouden van contact met deputaten ADMA, door middel van de door deze deputaten eventueel te beleggen vergaderingen met de classicale correspondenten en door contact en overleg met de assistent van deze deputaten.
Het is gewenst dat de classis haar diaconale correspondent machtigt voorzover van belang voor een goede uitvoering van bovengenoemde opdrachten contact te onderhouden met andere in het classicale ressort werkzame instanties.
Dit alles is bedoeld om tot een beter functioneren van deze tak van ambtelijke dienst te komen.
Het behoeft geen betoog dat dit alles alleen maar mogelijk is vanuit een juiste visie vanuit Gods Woord op het ambt van diaken.
Hieraan is reeds verschillende malen in een artikel aandacht besteed terwijl dit ook vaak stof is geweest voor een landelijke of classicale bijeenkomst. Op dit aspect kan echter niet genoeg gewezen worden en het zal zeker in de toekomst weer aan de orde komen
Suggesties of vragen over de zaken rondom de correspondent worden gaarne ingewacht.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1970
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1970
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's