Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 85
WAT GELDEN MOET VAN DE DIENAREN DES WOORDS.
59
of zij deze personen op publiekrechtelijk terrein als ambtsdragers der kerk wil erkennen. slissen,
De
heerlijke rechten van beroep of collatie of agreatie daarentegen naam van patronaatsrecht, florcenstelsel, enz. zoo
die onder den
heugenis kerkelijk
dat
de
droeve
achterlieten,
beginsel
te
zijn
als ten
eenemale
veroordeelen.
in
Want ook
met het zuiver wendt men voor
strijd
al
gemeente dan
geacht wordt deze macht tot beroeping vervreemd en aan derden te hebben overgedragen, zoo dient altoos geantwoord, dat deze overdracht daarom niet geldig mag heeten over-
mits
het
baar
is
kerkelijk
gezag van beroeping nu eenmaal onvervreemd-
uit zijn aard.
En wat
ten
„de uitroeiing van alle afgoderij en valschen het rijk des Antichrists ten gronde te werpen van Christus te voorderen," zoo moet ook hier het b e g n s e 1 zeer zeker vastgehouden, maar bij de t o e p a s s n g van het beginsel scherp en streng onderscheiden. Ongetwijfeld rust de verplichting op de magistraat om de eere Gods te bevorderen niet het minst daardoor, dat de magistraat de afgoderij weere. Maar geenszins volgt hieruit, dat elk middel ten deze geoorloofd of doeltreffend ,s te achten. Had de historie geleerd, dat gewelddadige slotte
godsdienst betreft, en het koninkrijk
om
1
i
uitroeiing
van afgoderij
en ketterij metterdaad vrucht^droeg en de zou die uitroeiing als dan geboden kunnen zijn. Nu daarentegen de aard der menschen zoodanig is, dat geweld tegen zedelijke dwaling niets vermag, en de natuur der afgoderij en ketterij maakt, dat ze door tegenstand eer geprikkeld wordt tot nieuwe krachtsontplooiing, en bovendien de overheid, blijkens het getuigenis der geschiedenis, bijkans altoos misgetast heeft, door voor ketterij aan te zien wat waarheid was en wat waarheid was afgoderij te doemen, zoo ,s hiermee overtuigend bewezen, dat voor geweldd a d ge u r o e n g van de ketterij de ketterij zelve 1 onvatbaar des menschen aard ongeschikt, en de overheid tegelijk onmachtig en eere
Gods hoog
hield, zeer zeker
1
1
onbekwaam
Reden waarom de
is.
moet afgekeurd, geen aten
i
i
anderen en
en
oractijk der oude kerk ten deze de overheid vermaand, dat ze de ketterij langs poge te weren, dan door de ware kerk vrij te
weg bekwamen
alzoo te lijke kracht.
§
22.
Wat
Onder de Woords de
tot voller ontplooiing
van haar geeste-
gelden moet van de Dienaren des Woords. ambtsdragers
eerste
plaats.
der
kerk
Dezen
bekleeden de Dienaren des voorrang ontleenen zij niet aan
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's