Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gethsémané

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gethsémané

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En zeide tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier, en waakt” Markus 14 vers 34

Gethsémané en Golgotha omlijsten de laatste dag van het aardse leven van de Heere Jezus Christus. Op Golgotha sterft Hij. In Gethsémané worstelt Hij. Op beide plaatsen wordt de toon gezet door het gebed. De bitterheid van het lijden staat ingeklemd tussen de gebeden.

Aan het kruis klinkt het gebed: „Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten”, en even later: „Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest.” Tot het laatst toe is het kenmerk van het leven van de Heere Jezus dat Hij door het gebed in contact is met Zijn hemelse Vader.

In Gethsémané is de worsteling om de drinkbeker. Het gebed in de hof maakt de Heere Jezus eenswillend met de Vader. Maar dit gaat door de diepte heen. De toorn van God komt op Hem neer. Het gewicht van onze zonden drukt Hem terneer. De weg van lijden en kruis brengt Hem in de eenzaamheid. In die in onze ogen lieflijke olijftuin, weg uit de drukte van de stad Jeruzalem, omringd door Zijn discipelen, ervaart Hij er geen rust, maar een worsteling. De verrader komt. Is er een weg om te gaan? Die moeilijke weg, die zware weg, door de Vader gewezen. Hij worstelt en komt uit bij: „Niet Mijn wil, maar Uw wil geschiede.” Wat een voorrecht als wij Zijn voetstappen mogen drukken. Hij heeft drie discipelen meegenomen om met Hem verder de hof in te gaan: Petrus, Johannes en Jakobus. Deze drie mochten deelgenoot zijn van heel bijzondere dingen. Zij waren erbij toen het dochtertje van Jaïrus werd opgewekt. Zij waren aanwezig tijdens de verheerlijking op de berg. En nu mogen zij opnieuw getuigen zijn op een bijzonder moment in Zijn leven. Nu echter geen tot leven wekken, nu ook geen verheerlijking, maar grote nood, doodsnood. Kunnen zij ook van Zijn angst en ontzetting getuige zijn? De Heere Jezus laat hen achter en gaat alleen verder de tuin in. Daar bidt Hij. Daar worstelt Hij. Daar zweet Hij druppels van bloed. En zij? Zij kunnen niet met Hem waken. Hij heeft de pers alleen getreden. Hij alleen zorgt voor het volbrachte offer. Hij alleen zorgt voor de zaligheid der zielen. En wij? Wij mogen Hem navolgen in het gebed. Getrouwe Heere, niet mijn wil, maar Uw wil geschiede.

tekst: DS. W. VAN WEELDEN, OUD-ALBLAS

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 2020

Terdege | 114 Pagina's

Gethsémané

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 2020

Terdege | 114 Pagina's