Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bestuurder CuraMare: Wat kan jij doen om bij te dragen aan goede zorg?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bestuurder CuraMare: Wat kan jij doen om bij te dragen aan goede zorg?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

GOEREE-OVERFLAKKEE – De komende jaren komen grote veranderingen op de zorg af. De tekorten worden geleidelijk aan nijpender en zorginstellingen moeten alle zeilen bijzetten om goede zorg te kunnen blijven aanbieden. Een gesprek met Koos Moerland, voorzitter van de raad van bestuur van CuraMare.

Wat zijn de grote trends die de komende jaren op de zorg afkomen?

De zorgvraag gaat, als de voorspellingen uitkomen, de komende jaren flink toenemen. We gaan uit van een stijging van 12 procent in de ziekenhuiszorg en 40 procent in de verzorgingshuizen op landelijk niveau.

En dat wordt veroorzaakt door demografische veranderingen?

Er is een gestage bevolkingsgroei maar wat vooral een rol speelt, is de stevige vergrijzing. Daarnaast is er nog een belangrijke trend, die je eigenlijk heel positief kunt duiden: er kan steeds meer en de zorg ontwikkelt verder. Daardoor kunnen we mensen beter helpen en stijgt eveneens de vraag.

Alleen is het nog een uitdaging om goed aan die stijgende vraag te kunnen voldoen.

Precies, zeker omdat een andere trend is dat er een toenemend tekort bestaat aan zorgmedewerkers. Vraag en aanbod zijn dus bezig steeds sterker uiteen te lopen: de zorgkloof, noemen we dat.

Als CuraMare willen we die kloof de komende tijd gaan aanpakken. Sinds vorig jaar hebben we daarvoor een strategie ingezet die de periode van 2022 tot 2030 beslaat: ‘Zorg voor elkaar’. Die naam – hij komt niet van mij – vind ik echt goed bedacht. Het mooie is dat er twee elementen in samenkomen: dat we de zorg goed voor elkaar willen hebben, maar ook het omzien naar elkaar. Dat hoort bij de identiteit van ons verzorgingsgebied en past ook goed bij wat CuraMare is.

Onze strategie bestaat uit een aantal elementen. Meer gebruikmaken van technologie is er daar een van. Zo is het in bepaalde gevallen prima mogelijk om een consult via beeldbellen te hebben.

Maar is het dan niet gewoon een ordinaire bezuiniging in plaats van omzien naar elkaar? Mensen die toch al verlegen zitten om contacten raken met technologie wellicht nog meer geïsoleerd.

Dat is een zeer terechte vraag. We willen altijd oog hebben voor mensen die bijvoorbeeld weinig contacten hebben en het kan niet zo zijn dat technologie ervoor zorgt dat eenzame mensen zich nog eenzamer gaan voelen. Dat is voor ons een harde voorwaarde, anders kun je ook niet zeggen dat je een organisatie bent waarvoor omzien naar elkaar belangrijk is.

Maar waar technologie een verantwoorde manier is om de zorg te kunnen verbeteren, gaan we het inzetten. Als je tussentijds vaker een contactmoment kunt hebben, verhoogt dat ook de kwaliteit van de zorg. Daarnaast kan het bepaalde klachten – en in een verdergaand geval medisch ingrijpen en behandelingen – voorkomen.

In zo’n geval gaan het welzijn van de patiënt en het dichten van de zorgkloof samen op?

Precies! Daarmee komen we gelijk bij de tweede pijler van onze strategie: preventie. Wij hebben zelf als organisatie een beleid gericht op de gezondheid van onze medewerkers. Als we alle bedrijven en instellingen in de regio zover kunnen krijgen, zetten we een enorme stap. Veel problemen kunnen voorkomen worden. Roken is voor de jongere generatie een eind passé, maar een van de moderne welvaartsproblemen is bijvoorbeeld obesitas. Je zou bij het aanpakken van dat soort preventie-uitdagingen ook kunnen denken aan voorlichting op scholen, om maar eens iets te noemen.

Ik hoor u impliciet ook een stevig beroep op de samenleving doen; scholen, bedrijven en anderen. Ooit was de zorg iets van de gemeenschap, dat is steeds verder geprofessionaliseerd. Is nu misschien het moment dat we daar in bepaalde opzichten een beetje van terugkeren?

Deels zou je het wel zo kunnen zien misschien. Gemeenschapszin en omzien naar elkaar zit diep in onze regio en in onze organisatie verworteld en het beroep op de samenleving en het met elkaar doen is dan ook een ander belangrijk onderdeel van onze strategie. Er zijn vaak discussies gaande van wie de zorg precies is; van de verzekeraars of juist van de medische instellingen bijvoorbeeld. Ik denk dat de zorg in de eerste plaats iets is van de burgers in een gemeenschap.

En dat is dus nadrukkelijk breder dan alleen van de patiënten c.q. zorgontvangers?

Jazeker, dat is van de hele samenleving. Daarom vinden we het geweldig dat er veel vrijwilligers in onze regio zijn die zich daar voor in willen zetten. We voeren het gesprek met bijvoorbeeld kerken, maar kijken bijvoorbeeld ook naar voetbalverenigingen: wat zouden zij kunnen en willen doen in de zorg voor de ander?

Het klinkt natuurlijk prachtig, maar de praktijk is dat we nu op korte termijn iets moeten gaan doen wat we als samenleving over lange termijn ontwend zijn geraakt. Veel huishoudens zijn tweeverdienershuishoudens. Zeker wanneer het om een gezin met kinderen gaat, is de tijd voor vrijwilligerswerk dan meestal op.

Dat klopt en dat is een grote uitdaging. Sowieso is het dichten van de kloof een enorme uitdaging, maar ik ben niet iemand die zich er snel bij neerlegt dat iets niet zou kunnen. Als we met elkaar de schouders eronder gaan zetten, dan moet het ook lukken. Natuurlijk is dat niet eenvoudig, maar ik merk veel enthousiasme bij allerlei partijen waar we mee samenwerken; of dat nu lokale vrijwilligers zijn of het Maasstadziekenhuis. Sowieso ben ik heel blij dat we de laatste tijd steeds meer mooie samenwerkingen zijn aangegaan met allerlei partijen in de samenleving. Van thuiszorgverleners tot andere ziekenhuizen in de regio. Dat geeft me goede hoop dat we het gaan fiksen met elkaar.

Intussen is er natuurlijk nog een hele weg te gaan. De maaltijden die door locaties van CuraMare werden aangeboden en door vrijwilligers werden rondgebracht, zijn bijvoorbeeld geëindigd. Als de ingezette strategie een overweldigend succes wordt, zijn die dan in 2030 teruggekeerd?

Goed dat je die nuance aanbrengt, want een beetje verwachtingsmanagement is ook op zijn plaats: reken daar niet op. Waar we wel voor gaan is dat er een hoge en stijgende kwaliteit van zorgverlening wordt aangeboden en dat we als samenleving nieuwe wegen vinden en inslaan op het gebied van zorg. De uitdaging is nog niet opgelost, maar we hebben wel een richting die we kunnen gaan. Dat is niet makkelijk, maar daarom is onze vraag aan de samenleving ook: wat kan jij doen om bij te dragen aan goede zorg?

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 2023

Eilanden-Nieuws | 24 Pagina's

Bestuurder CuraMare: Wat kan jij doen om bij te dragen aan goede zorg?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 2023

Eilanden-Nieuws | 24 Pagina's