Na veertig jaar neemt Piet Looij afscheid van de begrafenisbranche
DIRKSLAND – Het is 1983. Piet Looij is de koster in Nieuwe-Tonge en is aan het stofzuigen in de kerk. Daar wordt hij benaderd door Jaap van Wageningen senior, die hem vraagt te helpen met wat stoelen te verplaatsen. Looij legt zijn werk neer en gaat met de stoelen aan de slag. Hij weet dan nog niet dat hij veertig jaar later, dit jaar, zijn veertigjarig jubileum bij Van Wageningen Begrafenisverzorging zal herdenken.
Korte tijd na de hulp met de stoelen stopt namelijk een drager bij het bedrijf. Aan Looij wordt gevraagd zijn plaats in te nemen. Dat doet hij tot aan 2005. Dan overlijdt Bram de Munck, de begrafenischauffeur van de ploeg. Vanaf dat moment wordt Looij de vaste chauffeur bij Van Wageningen. En dat deed hij tot de afgelopen maand.
Dood went nooit
Inmiddels is Looij 73 en kan terugblikken op veertig jaar dienst, onder drie generaties Van Wageningen. “Ik heb het hier erg goed naar mijn zin gehad. Anders had ik het ook niet zo lang volgehouden, hè? Het werk heb ik altijd graag gedaan, ik zou het zo nog veertig jaar doen. Als koster ben je heel flexibel: je kan relatief makkelijk je werk neerleggen en dat op een later moment weer oppakken.” Die flexibiliteit is ook belangrijk bij het werk van een begrafenisondernemer. “Je kan dag en nacht opgeroepen worden, waarbij het de bedoeling is dat je met een halfuur op de zaak staat. Ook als de telefoon om 2.00 uur ’s nachts gaat. En dat alle dagen van het jaar.”
Voor een buitenstaander kan het werk bij een begrafenisverzorging wellicht afschrikken, omdat je zoveel in aanraking komt met de dood. Hoe heeft Looij dat ervaren? “Je krijgt over het algemeen waardering van je werk. Dat we snel aanwezig zijn, prettig contact hadden met de nabestaanden en alles netjes regelden. Natuurlijk kom je veel verdriet tegen. Bij oudere mensen wordt de dood veelal meer geaccepteerd als onvermijdelijk onderdeel van het leven, maar zeker bij jongere mensen zie je de grote impact die het heeft. In de begrafenisverzorging moet je niet onverschillig zijn, zeker niet, maar je kunt niet alle ellende zelf op je schouders torsen. Het zou niet goed zijn als je alle ellende mee naar huis neemt. Dat hou je ook niet vol.” Gelukkig kan er soms met collega’s nagesproken worden, want wegens privacy mag lang niet alles thuis verteld worden. “Met iedere begrafenis ben je wel bewust bezig. De dood went nooit.”
Ingepakt
Binnen het bedrijf waren de taken verdeeld. Zo zorgde Looij vaak voor de koeling en alles wat daarbij komt kijken. “Als je langere tijd bij een bedrijf zit, ben je goed op elkaar ingespeeld en weet je wat je aan elkaar hebt.” Wat in de afgelopen decennia wel veranderd is, zijn de wensen van de familie en de rol van de begrafenisverzorging. “Vroeger regelde de begrafenisondernemer vrijwel alles rondom een overlijden. Nu vertellen de nabestaanden hoe zij het graag willen, en werken wij vanuit dat vertrekpunt. Concreet zie je dat vroeger de dragers veelal de kist droegen, terwijl nu familieleden dat vaak zelf doen. Ook zie je dat begrafenissen een sterkere digitale component hebben gekregen. Zeker door corona hebben bijvoorbeeld de livestreams een vlucht genomen.”
Ja, die coronaperiode. Hoe ging dat er toen aan toe binnen de begrafenisverzorging? “Dat was een bijzondere periode voor ons. Het was druk, en regelmatig moesten we helemaal ingepakt het ziekenhuis in om iemand op te halen. Dat maakte het werk intensief. Daarnaast was er de spanning: hoe kom ik hieruit? Word ik zelf wellicht ook ziek? En het anderhalve meter afstand houden en zo weinig mensen kunnen uitnodigen op een begrafenis was ook niet prettig – om het zacht uit te drukken – vooral voor de nabestaanden.”
Altijd bellen
Terugkijkend overheerst echter dankbaarheid. “Het was buitengewoon om bij drie generaties Van Wageningen in dienst te zijn.” In 2000 nam Jaap van Wageningen het van zijn vader over, en werd Looij zijn rechterhand. Van Wageningen: “Hij was meer dan alleen chauffeur. In zijn werk was hij altijd erg punctueel. Hij wachtte liever een kwartier op mij dan dat ik een minuut op hem moest wachten.” Looij deed echter niet alles. “Je moet mij niet voor een microfoon zetten.”
Toen naderde het veertigjarig jubileum. “Langzaam ben ik de werkzaamheden af gaan bouwen, maar ik vond het wel mooi om die veertig jaar vol te maken.” Dat is gelukt. Recent nam hij afscheid van het bedrijf, waarbij het personeel en familieleden aanwezig waren. Voor een afscheidscadeau had hij een bijzondere wens: een foto met de drie generaties Van Wageningen. Gaat hij het werk eigenlijk missen? Direct: “Nee. Ik ga het niet missen, het is goed geweest.” Dan: “Al mag Jaap me natuurlijk altijd bellen als hij een paar handen tekort komt. Voor nu wil ik lekker gaan wandelen en tijd spenderen met mijn vrouw en kinderen. Het is fijn dat ik in goede gezondheid afscheid mag nemen.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 februari 2023
Eilanden-Nieuws | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 februari 2023
Eilanden-Nieuws | 24 Pagina's