Struikelt de grote Europese Unie over de landbouw?
Even leek het erop dat de expansie van de Europese Unie zou struikelen over het landbouwbeleid. Nederland leek roomser dan de paus. lUssen de jegels door worden de Europese boeren ervan beschuldigd zand in de Europese machine te strooien.
De vijftien landen die samen de Europese Unie vormen, hebben al eerder de deur open gezet voor tien (Oost)Europese landen die lid willen worden. Uiteraard gaat een toelatingsexamen vooraf aan de entree. Niemand twijfelt eraan dat een grotere Europese Unie voordelen kent. De economische effecten zijn zeker op termijn voelbaar. Westerse landen zullen meer investeren in Oost-Europa. Het grotere handelsblok biedt meer perspectieven voor het bedrijfsleven. Op politiek gebied kan de Unie een vooraanstaande rol spelen tussen grootmachten als Amerika, Rusland en China.
Het is al een feit dat de kandidaatlanden hervormingen hebben ingezet, zowel op maatschappelijk als op economisch gebied. Tussen Oost-Europese landen en de Europese Unie is een vrijhandelszone ingesteld. De zone heeft tot nu toe vooral betrekking op induslrieprodukten. Toch zullen er nog vele obstakels genomen moeten worden. Beleidsmakers in zowel West- als Oost- Europa hebben grote zorgen over de financiële gevolgen van de EU-uitbreiding. Oost- Europeanen willen uit de rijkgevulde West- Europese ruif plukken. En vele landen in West-Europa vrezen een gepeperde rekening zodra de Unie de tien landen in één klap binnenhaalt.
Financiële zorgen zijn er inderdaad. Die spitsen zich toe op het dure landbouwbeleid van de Europese Unie. Het huishoudboekje van de Unie gaat voor ruim de helft op aan ondersteuning van de boeren. De West- Europese landbouw kost miljarden euro's aan directe en indirecte inkomenssteun voor boeren, aan subsidie's voor braakliggende landbouwgronden (de zgn. Mac Sharrypremies) en aan de markt- en prijssteun voor een aantal landbouwprodukten (o.m. granen, vlees en melk). Zodra de Unie de kandidaatlanden binnenhaalt zullen de Oost-Europese boeren ongetwijfeld de privileges van hun West-Europese collega's opeisen. Gelijkheid binnen de mega-Unie is immers geboden. Het ligt voor de hand dat de 'groene' privileges zullen uitdraaien op een loodzware rekening die volgens de meeste West- Europese landen onbetaalbaar wordt. Van daar de kritiek en de zorgen over het huidige landbouwbeleid dat toe is aan een herziening.
Met name Nederland heeft tot voor kort het vingertje opgestoken en zelfs gedreigd de expansie van de Europese Unie te torpederen zolang de landbouwpolitiek niet op de schop is genomen. Daarmee heeft ons land zich toch boer onvriendelijk opgesteld. Is zo'n beschuldigend vingertje naar de boeren wel terecht?
Allereerst valt op te merken dat de Europese Unie zelf plannen heeft gepresenteerd om haar landbouwpolitiek te hervormen en goedkoper te maken. De inkomenssteun aan de boeren wordt geleidelijk afgebouwd. De plannen van de Unie raken Nederiandse boeren nauwelijks. Voorzover zij steun ontvangen blijft die onder de afbouwgrens die de Unie wil hanteren.
Vervolgens zullen de boeren in Oost-Europa niet in één klap voor het volle pond kunnen genieten van de inkomenssteun die in de huidige Unie gangbaar is. Er zijn immers twee voorwaarden gesteld: de kandidaatlanden moeten hun landbouw opschonen en de landbouwsubsidies zullen gefaseerd - en dus geleidelijk - worden geïntroduceerd. De Nederlandse scepsis die getuigt van een
De Nederlandse scepsis die getuigt van een roomsheid die die van de paus overtreft, is allesbehalve terecht. Juist ons land met een uilvoergerichte landbouwsector kan meer dan wie ook in West-Europa profiteren van een grotere Europese Unie. De vaderlandse agro-sector is bijzonder sterk in technologie en uitgangsmateriaal. En beiden zijn zeer gewilde producten op de wereldmarkt. Een sprekend voorbeeld is de export van Nederlandse pootaardappelen die ons land meer dan windeieren legt.
Gelukkig gaat Nederland uiteindelijk niet dwarsliggen en de uitbreiding van de Unie ophangen aan de landbouwpolitiek. Maar de lang volgehouden calvinistisch strenge houding Iaat wel enkele wonden na. Nederland hecht kennelijk meer aan een beginsel- dan aan een pragmatische politiek. Dat maakt ons land minder geliefd in Europa. Wat nog erger is: door de harde opstelling van Nederland is het boerenimago aangetast. De argeloze buitenstaander - en dat zijn er velen - denkt dat de boeren alleen maar subsidievreters zijn en dat ten koste van de Europese belastingbetalers. Reële politiek is kennelijk niet weggelegd voor Nederlandse politici. Toegegeven: de (weliswaar demissionaire) landbouwminister Veerman gedroeg zich in de Europese arena wat pragmatischer. Hij moest die opstelling wel bekopen met een flinke oorvijg van het parlement en onze (demissionaire) premier.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 2002
Eilanden-Nieuws | 18 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 2002
Eilanden-Nieuws | 18 Pagina's