Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERVOLGVERHAAL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERVOLGVERHAAL

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De kamerdeur deed hij open, doofde de kaarsen achter zich en ging zijn leerling voor naar de huiskamer, waar een gezellige moeke een slaapmuts breide in een kunstig patroon. Zo vlug ze kon kwam juffrouw Bendinger uit haar stoel.

„Wel,jufFrouwEngelbert, daar doet u goed aan. Gaat u zitten, hier. Wilt u een sjtoof? Soiker en melk in de koffie?" vroeg ze met een Duits accent. „En u, Bendinger, doet u al met ons mee?" „Graag, Mutti!" „En hoe gaat het met uw papa? Nog altijd wat wrak?"

„En hoe gaat het met uw papa? Nog altijd wat wrak?" vroeg de spraakzame domineesjuffer. „Ja, juffrouw, maar toen ik zo pas van huis ging, zat pa orgel te spelen. De dokter spreekt nog niet van gevaar, dus hoop ik, dat de hoest beteren zal eer het regenseizoen begint".

De bel galmde door het voorhuis en even later liet de meid een lange, magere jongeman binnen van even in de twintig, die onthutst bij de kameringang bleef staan.

„Wel, Kohlbrugge, kerel, kom verder! Schrik je van ons bezoek?" plaagde Bendinger. „Het is.... een verrassing.... ik meende...." stotterde de jongeling, verlegen met zijn figuur en geblameerd door de spottende blik van Cato. Ze had het wel gemerkt: naar häär had­ie zo gekeken. Door haar verschijning had­ie z'n tramontane verloren.... als je daarover op je zeventiende nou niet meer lachen mocht!

Maar dominee ging hen aan elkander voorstellen; allebei bogen en ze zeiden „Aangenaam". Cato was blij, dat ze haar nieuwe redingote aan

getrokken had. Ondeugend plezier kreeg ze er in, die vrijer verlegen te maken. Haar donkere kijkers bleven de magere jongen achtervolgen en de student vond zijn innerlijk evenwicht pas temg in een theologisch gesprek met zijn gastheer.

Ziekte en zeerte waren dankbare onderwerpen voor de conversatie en de domineesjuffer begon weer: „Heeft uw vader de drank van dokter Redert al eens geprobeerd? Daar heeft uw moeder in 't begin ook veel baat bij gehad. Hoelang is het nu geleden dat ze stierf?"

„Ruim twee jaar, juffrouw. Pa kan er nog nooit overheen komen. Ik denk, dat het zijn genezing tegenhoudt".

„Nu begrijp ik, dat juffrouw Engelbert een kleindochter is van de weduwe Schölte uit de Rozenstraat, voorbij de eerste dwarsstraat!" begon de student mee te doen aan het gesprek.

„Om u te dienen, mijnheer! Daar woont grootmoeder met mijn tante Kaatje!"

Cato vlaste er op, dat haar schalkse ogen ook deze keer de andere weer in verwarring zouden brengen, maar de staalblauwe tegenover haar boorden met een zelfde vrijmoedigheid in haar blik. „U moet namelijk weten, juffrouw Engelbert", pro

„U moet namelijk weten, juffrouw Engelbert", probeerde Bendinger de gevaarlijke situatie te verbeteren, „dat mijnheer Kohlbmgge huisonderwijzer is bij de weduwe Schölte van de Lauriergracht, die óók bij onze gemeente behoort met haar zoons. Zij is geen familie van u, meen ik?"

„Neen, dominee, helemaal niet. Maar alle Scholte's zijn van Duitse komaf'.

Weer ging de bel over en na een paar minuten kwam de meid zeggen, dat Heintje er was, om de juffrouw te halen.

„Wat is dat jammer", zuchtte de domineesjuffer. „Joist nu wij zo gezellig aan 't keuvelen zijn! Ach, laat die Heintje maar vertrekken. Wij zullen wel zorgen, dat de juffrou veilig thoiskomt". En nadat de kamerdeurr weer in 't slot gevallen was: „Misschien wil mijnheer Kohlbmgge straks....?" „Graag, heel graag zelfs, wanneer juffrouw Engelbert het mij toestaat?" „Met genoegen, mijnheer!" Opnieuw constateerde het meisje, dat ze kontakt had, hoewel de jongen zich verwenste om zijn stunteligheid.

TErwijl juffrouw Bendinger bedrijvig was voor het tweede kopje koffie, hervatte haar man het gesprek. „En hoe gaat het met de vorderingen, Kohlbmgge?" „Tamelijk, dominee! Overdag les geven aan de jongens Schölte, 's avonds en 's nachts studeren. Toch hoop ik binnen het jaar mijn proponentsexamen te doen". „Gelukkig dat het nog zomer is; dat spaart brandstof

„Gelukkig dat het nog zomer is; dat spaart brandstof en kaarslicht", weidde de dominee uit, maar de jongeman ging niet door op dit thema. Dat meisje was hem de baas, maar straks zou hij haar neerzetten. „Wat ik u vragen wilde, dominee, hebt u de leerredenen van Friedrich Strausz ook in uw bezit?" informeerde hij.

„Zeker, m'n vriend. Je kunt ze met genoegen van mij lenen. Het boek verdient in 't Nederlands vertaald te worden; dat was nujuist een mooie bezigheid voor u!" „Maar nu wordt het heus mijn tijd om naar huis te gaan", vond Cato. „Ik moet pa nog een pap van zuurdeeg aan de hals leggen als ik thuiskom — en pa maakt zich altijd ongemst als wij uit zijn". Ze stond op en Kohlbmgge deed hetzelfde.

Ze stond op en Kohlbmgge deed hetzelfde. „Dus u staat me toe....? Juffrouw, dominee, tot straks dan, wanneer ik het boek kom halen èn mijn les in dogmatiek".

Nadat hij de jonge mensen tot de voordeur had gebracht, kwam Ds. Bendinger temg in de huiskamer en zei, lichtelijk ontstemd: „Mutti, mutti, wat ben je begonnen! Heb je wel gezien hoe hij verschoot, toen hij binnenkwam? Wat moet dat worden?"

De juffer lachte gul. „Wel, zou dat geen aardig paar wezen?" „Foei, waar denk jke aan! Hij hééft toch een meisje?" „Och wat! Dat wordt niets. Denk eens aan het verleden van die moeder!"

„Vrouwtje, vrouwtje, je bent een koppelaarster", viel haar man in, nu half verzoend, „'k Was al bang, dat alles doorgestoken kaart zou zijn. Jij wilt de goudvisjes graag in onze eigen kom houden. Wees voorzichtig, er is al onenigheid genoeg in de gemeente". „Maar geef me eens ongelijk, waimeer ik onze goeie Kohlbmgge zo graag een aardig, gefortuneerd meisje gunnen zou! Je weet, hoe zijn vader helemaal buiten eigen schuld straatarm gestorven is. Let eens op, hoe zijn nagels er uitzien: weggevreten door het loog; zó werkt hij voor het gezin. Hij is waard, in beteren doen te komen". (wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 1987

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's

VERVOLGVERHAAL

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 1987

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's