Adeldom verplicht

e Onder dit opschrift wil ik reageren op het ingezonden stuk van de WD raadsfractie van Dirksland, de heren Poortvliet en van Nieuwenhuizen, als reactie op het ingezonden stuk van ondergetekende, getiteld: De gronden in Dirksland-Zuid. De heren schijnen nog niet te willen begrijpen, waar het om gaat n.1. het juist functioneren als raadslid, het lid zijn van het hoogste gezagsorgaan van de gemeente.

d De raadsvoorzitter heeft bij de installatie van de nieuwe raad hierop nog nadrukkelijk gewezen en daarbij ook dit gezegde „Adeldom verplicht" aangehaald.

j Er mag dan ook verondersteld worden dat een raadslid een handelswijze aan de dag legt met voorbij zien van het eigen belang.

s In het onderhavige geval, dat dhr. Poortvliet inzag dat zijn belangen zo zeer strijdig waren met de belangen van de gemeente had hij de consequenties moeten trekken en zijn raadszetel beschikbaar moeten stellen. Als niet raadslid zijnde had men hem dit soort verwijten, waar hij zich nu aan bloot stelt niet kunnen maken. Ik wil dan nog ingaan op enkele onderdelen van het ingezonden stuk Ik zou de WD als partij een kwaad hart toedragen, dit is onjuist Integendeel ik ben er zelfs zeer mee ingenomen, dat er een CDA- WD kabinet op stapel staat, omdat ik daarvan in het landsbelang meer heil van verwacht dan van een kabinet met een andere samenstelling. - n t r n

Dan pocht u over de gunstige reacties uit uw partij. Ik denk toch, dat uw handelswijze niet door de gehele afd. Dirksland van de VVD in dank wordt afgenomen. Dit blijkt zonder meer duidelijk uit de verkiezingsuitslagen. Er zijn heel wat meer VVD stemmen te tellen bij de Staten of Kamer-, dan met de raadsverkiezing. Opmerkelijk, dat dit bij het CDA net andersom ligt Het lijkt mij een goede graadmeter, die een duidelijke indicatie . r 0 0 . andersom ligt Het lijkt mij een goede geeft van de populairiteit van de raadsleden.

Dan dacht U, dat ik de heerGrootenboer in bescherming nam door te schrijven over een restantje van de grond. Ik heb echter gesteld, het restant van de grond (goed lezen heren!) dus het overblijvende deel ongeacht de grootte.

Overigens hoef ik de heer Grootenboer niet in bescherming te nemen, want hij was tijdens de gewraakte handelingen geen raadslid en had hij niet die adelijke verplichtingen als U. Verder verdedigt U zich door te stellen, dat U de grond niet hebt verkocht maar geruild tegen andere landbouwgrond, wat natuurlijk voor de bouwonderneming op hetzelfde neer kwam en mede door de inbreng van het restant had dit tot gevolg, dat de ingebrachte grondkosten zo hoog waren, dat met de eis van voldoende sociale woningbouw geen exploitatie zou kunnen worden verkregen, die voor de prov. din van Volkshuisvesting aannemelijk was. Voor verdere informatie hierover verwijs ik U naar de gemeentesecretarie.

Dan worden er nog wat verdachtmakingen geuit aan mijn persoon: balk in eigen oog, boter op het hoofd: goede zaken, dank zij de gemeente.

Heren WD raadsleden, ik daag U uit om ten overstaan van alle lezers van het Eilanden Nieuws geen verdachtmakingen, maar duidelijke beschuldigingen aan mijn adres ter tafel te brengen, die zouden bewijzen dat ik me in mijn functie als wethouder misdragen zou hebben, ofwel ten koste van de gemeente in mijn voordeel zou hebben gewerkt

Ik wacht Uw reactie met belangstelling af. Nogmaals geachte lezer het was niet mijn bedoeUng de WD een loer te draaien, maar wel om de handelswijze van een raadslid aan de kaak te stellen.

Met dank aan de redactie voor de beschikbaarheid van een plaatsje in Uw blad en met vr. gr. verblijf ik. Oud-wethouder de Bonte "=" "'^•- "• £••• v>..ui.ji uv.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen