Kinderen van de zon
De bloemen bloeien om ons huis, ze lachen naar de zon.
De rozen aan de muur, violen langs 't gazon.
In onze tuin staan zij aan zij de asters en margrieten
bij 't goud van de monbretia's van 't zonlicht te genieten.
Ik wandel door de tuin, pluk bloemen hier en daar
geboeid door heel die zomerpracht, die kleuren door elkaar,
die nu de bloemenhof zo wonderschoon verfraaien.
De paarse vlinderstruik staat blij naar mij te zwaaien.
't Zijn kind'ren van de zon, de zon doet alles groeien,
die zomerbloemen overd die nu zo heerlijk bloeien.
Gods liefdezon die wond'ren werken wil,
en als ik daaraan denk dan wordt mijn denken stil.
Als kinderen van Zijn Zoon, zo wil Hij dat wij wand'len
Zijn licht moet gloeien, stralen in ons doen en hand'len
Hij slaat ons van omhoog met teed're liefde gade,
Heer doe ons wand'len in Uw licht, de zon van Uw genade.
LANERTA
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 augustus 1980
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 augustus 1980
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's