Het verscliil tussen boter en margarine
In de winkel van de melltboer of bij de kruidenier (als er tenminste geen zelfbediening is) hoor je vaak, dat de klanten om een palije boter vragen. Ze krijgen dan een pakje margarine en vinden dat blijkbaar niet vreemd. Wie geen margarine wenst, maar echte boter, vraagt dan ook meestal om „echte boter". Wat is eigenlijk het verschil tussen margarine en boter? Je kunt het immers allebei op brood smeren of gebruiken om mee te bakken en te braden?
Boter wordt gemaakt van de room van de melk. In de fabriek wordt de melk gecentrifugeerd, waarbij de room wordt afgescheiden. Die wordt dan gepasteuriseerd, zodat eventuele ziektekiemen worden gedood. Het pasteuriseren geschiedt door verhitting. De room wordt vervolgens weer gekoeld en er wordt zuursel aan toegevoegd. Geur en smaak van de boter worden voornamelijk door het zuursel bepaald. De room, die nu zuur is geworden,
De room, die nu zuur is geworden, wordt gekarnd. In grote roestvrijstalen karnlmeders wordt ze gedurende een half uur flink in beweging gehouden, waardoor de vetdeeltjes aan elkaar gaan klonteren en boterkorrels vormen. Als de kamkneder wordt stilgezet, komen de boterkorrels boven drijven.
De vloeistof die is ontstaan, noemen we karnemelk. Deze karnemelk wordt afgevoerd en de boterkorrels worden gekneed tot een soepele massa. Dat is boter. Ze wordt streng gekeurd en dan verpakt. Meestal in wikkels, waardoor pakjes van 250 gram ontstaan.
Margarine is 110 jaar geleden voor het eerst bereid door de Franse chemicus Mège Mouriès, die van zijn regering de opdracht had gekregen een goedkoop vervangingsmiddel voor boter te vervaardigen. Dat vervangingsmiddel moest bovendien lang houdbaar zijn. Hipolyte Mège Mouriès noemde zijn vinding margarine. Hij perste rundvet uit en verwerkte de olieachtige stof die hij verkreeg met koemelk en water tot een produkt dat op boter geleek.
Sindsdien is er veel veranderd in de margarinebereiding. De apparatuur, die in het begin sterk leek op die voor de boterbereiding, is danig veranderd. Er zijn nu machines die de benodigde grondstoffen gelijktijdig kamen, koelen en kneden en het eindprodukt afleveren bij de verpakkingsmachines.
Allerlei oliën en vetten kunnen tot margarine worden verwerkt. Bijvoorbeeld rundvet, schapevet, varkensvet, walvisolie, kolïosolie, palmpitolie, zonnebloemolie. Verder mogen er water en zouten in, vitaminen, kleurstoffen, aromastoffen, emulgatoren en stabilisatoren, conserverende stoffen en stoffen die spatten (bij bakken en braden) voorkomen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 januari 1980
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 januari 1980
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's