Bevestiging en intrede kand. W. van Gorsei te Oude Tonge
(Vervolg van voorpagina)
Het moet totaal anders worden zegt de profeet. Efraim moet geen boosheid meer zaaien, maar gerechtigheid. Geen verkeerdheid meer maaien, maar weldadigheid. Dat ziet allereerst op de levenswandel. De boom wordt aan zijn vrucht gekend. Het schort aan gerechtigheid en weldadigheid. De Heilige Geest begint eerst met overtuiging van zonde: dan komt men aan de weet dat op eigen akker niets groeit dan ongerechtigheid, dan doornen en distelen. En toch zet Hosea de mensen aan het werk om gerechtigheid te zaaien en w^eldadigheid te maaien. Hij komt — zoals Calvijn ook zegt in zijn commentaar op deze tekst — met de eis Gods.
„Braakt u een braakland"
roept Hosea uit, d.w.z. de akker moet opnieuw ontgonnen worden, de bodem deugt nergens meer toe. De grond moet met een zware ploegschaar helemaal worden omgekeerd, pas dan is er vrucht te verwachten. Met wortel en tak moet alle onkruid verwijderd, wil het zaad in een weltoebereide aarde kunnen vallen.
God de Heere eist geen verbetering van de mens, maar vernieuwing. Geen restauratie, maar nieuwbouw. Geen opknapbeurt, maar: gijlieden moet wederom geboren worden. De oude mens moet aan het kruis en in het graf om op te staan tot een nieuw leven; zoals het doopsformulier zegt: de wereld verlaten, onze oude natuur doden en in een nieuw, godzalig leven wandelen. Alles in de mens komt hiertegen in opstand, wij willen immers niet, dat de ploegschaar er zo diep door moet. En toch moet het; de grond moet onderste boven gekeerd, de wortel van ons bestaan moet worden afgesneden. Er moet begonnen worden bij het begin; waar wij het hebben laten liggen. Het is goed en te prijzen afstand te doen van de zonde, tweemaal ter kerk te gaan, de middelen der genade in acht te nemen. Maar het is de zaligheid niet! Het leven is alleen in Christus te vinden: buiten Hem kunnen •we niet voor God bestaan. Want: „Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel, het oude is voorbijgegaan, het is alles nieuw geworden. Dat is de inhoud van de bediening der verzoening.
Spr. zag niet in, dat het te Oude Tonge anders zal kunnen. Met virat uiterlijke godsdienst kunnen wij niet voor God bestaan. Dat is maar zaaien tussen de doornen. De akker moet totaal omgeploegd, de ploegschaar zal er ook in Oude Tonge wel eens diep doorheen moeten.
Hosea wijst er op, dat het daar de hoogste tijd voor is: Het is tijd, zo zegt hij, om de Heere te zoeken. Tijd! Wij leven op de tijd, op de kalender, op de agenda, op de klok. Wij moeten op de tijd letten, dat is onze plicht en dat is ook Bijbels. Op tijd moeten wij op ons werk zijn, op tijd moeten wij ploegen, zaaien, oogsten. Wij moeten de tijd nemen om naar de kerk en de catechisatie te gaan, we moeten tijd vinden, om Gods Woord te onderzoeken. Laten we wat het laatste betreft vooral niet zeggen: daar heb ik geen tijd voor! Het is geen tijd om kermis te houden, dat moest spreker eerst even van het hart. Het had hem verbaasd, dat in een vooruitstrevende gemeente als Oude Tonge zo'n ouderwetse middeleeuwse kermis wordt gehouden. Daar neemt men wel tijd voor. De Heere vraagt, zoals de profeet Hosea zegt iets anders en iets meer van ons, n.1. om Hem te zoeken. Daar hebben we en daar nemen we nu nèt geen tijd voor. Nog wel tijd om IV2 uur in de kerk te zitten en een klein uur naar de catechisatie te gaan — hij hoopte ook dat er voor hem tijd zal zijn om hem een uurtje op huisbezoek te ontvangen — maar we hebben meestal geen tijd om de Heere te zoeken! Als u de Heere gaat zoeken, kost u dat tijd riep spreker uit. Zoeken betekent immers, dat je iets kwijt bent, dan heb je geen rust tot je het gevonden hebt. Als iemand tot de ontdekking komt dat hij God kwijt is, denkt hij nooit geen rust meer te vinden, vóór hij Hem gevonden heeft. Dat geeft soms slapeloze nachten. Dat wordt dan een zaak van leven en dood. Dan neem je wel de tijd en laat je al het andere er voor liggen.
Te Oude Tonge is het ook de hoogste tijd. De kerkelijke akker lag braak, het was de hoogste tijd dat de vakature werd vervuld en er een nieuwe predikant kwam, die nu vandaag zijn intrede doet. En sprekers' eerste en belangrijkste boodschap was: Het is hoog tijd om de Heere te zoeken! Hoe laat is het in de wereld? stelde spr. de vraag. De oogst der aarde wordt rijp. Hoe laat is het in uw leven? Voor jong en oud kan het geen uitstel lijden om Hem te zoeken: nu is het nog het heden, de welaangename tijd, de dag der zaligheid. Na deze tijd zal er geen tijd meer zijn.
Vraagt iemand, wie garandeert mij dat ik Hem vinden zal? De Heere, de God van het Verbond heeft het in Zijn Woord beloofd: wie bidt die ontvangt, wie zoekt die vindt en wie klopt, zal opengedaan worden. Het is niet vergeefs God te zoeken. Hosea zegt het ook: Zoek de Heere totdat Hij komt. O, het zou een wonder zijn, maar, voor Hem is niets te wonderlijk. En als Hij komt brengt Hij wat mee: n.1. Gerechtigheid. „Totdat Hij komt en over u gerechtigheid regene" zegt de tekst. Van die regen zullen we het moeten hebben, Gods genadetroon zal er om moeten worden bestormd. En dan zal God Woord houden, dan zal Hij komen en gerechtigheid regenen. Als het geld regende zou er niemand in huis blijven. Als het gerechtigheid ging regenen, w^ie zou dan naar buiten komen? Spreker dacht van die mensen, die vol ongerechtigheid en eigengerechtigheid zitten en het daarbij niet meer kunnen houden. Die hebben de Borggerechtigheid van Christus nodig, want die alleen redt van de dood. Luther heeft eens gezegd: „Wat een ruil is dat, Heere Jezus, Gij mijn zonden en ik Uw gerechtigheid." Op ons zelf ziende is er geen vrucht in der eeuwigheid. Als we letten op de toenemende afval, onkerkelijkheid en vervreemding van God en Zijn dienst, is er ook van de kerkelijke akker van Oude Tonge geen verwachting. Maar alleen als we naar Boven zien, en het van de Heere verwachten, dan is er hoop, want de Kerk is Gods zaak en geen zaak van idealisten. De Heere gaat door om Zijn gemeente te vergaderen uit alle geslachten, volken, talen en natiën. Ja, ook uit Oude Tonge! In die verwachting zijn wij naar hier gekomen, besloot spreker om de akker te bezaaien, om te planten en te wieden en om de oogst over te laten aan de Hemelse Landman.
Toespraken
Na het dankgebed en gezongen te hebben Ps. 24 : 3 volgden enige toespraken. Ds. Van Gorsei zei het ronduit dat hij een hekel had aan allerlei toespraken, omdat daardoor het Woord „Zo zegt de Heere" verflauwt en het „ik heb gezegd" de boventoon voert. Het was echter noodzakelijk, maar hij wilde het zo kort mogelijk doen. Hij bracht dank aan zijn bevestiger ds. Roetman, die ook zijn mentor is geweest. De tijd in Gouda is onvergetelijk, hij wenste hem 's Heeren zegen toe in zijn arbeid. Het stemde hem tot vreugde dat het college van b. en w. vertegenwoordigd was. Er is zei spreker, verschil van mening waar het raadhuis zal komen, gelukkig staat in de dorpskernen de kerk in het midden. Hij hoopte dat het Woord Gods in het gemeentebeleid centraal zal staan. Ring en classis werden toegesproken; Flakkee was hem niet onbekend en hij zou er zich zeker spoedig thuis voelen. Hij dankte de beide consulenten ds. Vermaat en ds. Verkade voor hun werk, de afgevaardigden van „Voetius", wederzijdse ouders en familieleden, ook de velen uit Gouda, die waren opgekomen. Hij was diep bedroefd dat de meerderheid van de kerkeraad der Geref. Gemeente een verzoek tot bijwoning had afgewezen, daarom deed het hem een dubbel genoegen, dat ds. P. Blok van Dirksland tegenwoordig was. (Ds. Blok moest juist die zondag te Oude Tonge preken). Laten wij de kerkmuren niet zo hoog optrekken dat we elkaar niet meer kunnen zien zei spr., hij wenste ds. Blok Gods zegen toe. Er is hier te Oude Tonge geen kerk
Er is hier te Oude Tonge geen kerkvoogdij, wel een commissie van beheer, die de kerkelijke belangen verzorgd deelde spr. mee. Hij dankte deze commissie voor hun voortreffelijk werk. Mede namens zijn vrouw dankte hij voor de wijze waarop de pastorie was ingericht. Ook de dames die hadden geholpen, de verhuizers uit Middelharnis, de actieve tuinman dhr. Hagens, de heer A. J. Keizer voor zijn voortreffelijk orgelspel op deze dag, de organist V. d. Made, de koster Koert en de leden uit de gemeente, die aan zoveel bezoekers van elders gastvrijheid hadden verleend.
Tot de kerkeraad zei spreker: U wist wat u deed, dat u een kandidaat hebt beroepen. Het beroep had hem — zoals een der kerkeraadsleden had gezegd — inderdaad niet veel moeite gekost. Op Goede Vrijdag, toen hij voor de eerste keer te Oude Tonge preekte, was er direct een band gelegd, Hij vroeg geduld, om zich te kunnen inwerken. Ook van de gemeente vroeg hij begrip, daar hij niet overal tegelijk zal kunnen zijn. Wij rekenen er op, dat u ons in kennis stelt van uw vreugden en ook van uw verdriet, en dat u ons, als uw dienaar, opdraagt voor Gods genadetroon.
Ds. Vermaat, die daarna het woord voerde als consulent, mede namens zijn collega ds. Verkade, tevens namens Classis en Ring, wist niet hoe hij hem moest aanspreken als broeder, vriend of collega. Zij kenden elkaar reeds als Voetianen, hun leven had een opmerkelijke overeenkomst. U hebt, om tot het ambt te komen een omweg moeten maken; (ds. V. Gorsei heeft n.1. eerst een andere studierichting gevolgd). Gods omwegen zijn meestal rechte wegen zei spreker. Hij riep hem een welkom toe in de Classis en de Ring, een welkom ook aan zijn vrouw. Een domineesvrouw leeft meestal in de schaduw van haar man zo zei hij. Ook de wederzijdse ouders en familie bracht hij gelukwensen met deze dag. Als consulent nam hij met vreugde afscheid. Voor de kerkeraad was het ook een bijzondere dag, hij wenste hen en hun predikant een gezegende tijd toe. Door de bediening van 's Heeren Woord mocht de gemeente worden gesticht en gebouwd en in- eigen leven mocht er een toenemen zijn in de kennis des Heeren.
Ouderling J. Sprong sprak namens gemeente, kerkeraad en commissie van beheer. Hij uitte in de eerste plaats zijn dankbaarheid jegens God, die hun deze predikant geschonken had. waarmee reeds de eerste band gelegd was op Goede Vrijdag. Gods wegen zijn hoger dan onze wegen, aldus spreker die de dienaar toewenste dat hij de gemeente in Gods kracht zal mogen te dienen om te zijn een dienaar van Jezus Christus. Om te ploegen en te zaaien, en van God de wasdom te verwachten. Hij riep ook mevr. v. Gorsei een welkom toe en vroeg de gemeente hun leraar steeds in het gebed te gedenken.
Staande zong de gemeente daarna hun nieuwe predikant Ps. 134 : 1 en 4 toe.
Ds. Van Gorsei dankte de beide sprekers en legde voor het eerst de zegen op de gemeente. De slotzang was het zaai- en oogstlied van Gods Kerk uit Ps. 126 : 3.
Het was voor de gemeente van Oude Tonge een zeer blijde dag.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 12 september 1967
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 12 september 1967
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's