De mondiale driedeling
1; Men kan op verschillende manieren de wtreld waarop wij wonen, in gebieden verdelen (onze lezers mogen ons het Franse woord „mondial" in de titel verge' vergeven, dat een Jcort opschrift mogemaakte). De traditionele, in de Irijkskunde gebruikte, is die van de of eigenlijk zes werelddelen n.1. [opa, Amerika, Azië, Afrika en Aullië, waarbi] zuiver geografisch genomen ook nog komt Antarctica, het Zuidpoolland, met een oppervlakte groter dan die van Europa, dat echter onbewoond en onbewoonbaar is. Met het oog op de huidige wereldverhoudingen in politiek, economisch en cultureel opzicht gebruikt men thans ook meer en meer een verdeling in drieën n.1. het festen, het Oosten en het Zuiden. Ze Huiet eerst gebruikt door de Engelse ^erde Reynolds en overgenomen door prof. Tinbergen. Het is een zeer globale verdeling en men kan ze niet te letterlijk nemen. Onder het Westen verstaat men de hoog- ontwikkelde landen van Noord-Amerika en Europa, onder het Oosten de communistische landen van Europa en Azië en onder het Zuiden de onderontwikkelde landen van Zuid-Amerika, Afrika en Azië.
Precies waterdicht is deze verdeling niet. De republiek Zuid-Afrika ligt in het Zuiden, maar behoort volgens de lypering tot het Westen; Cuba ligt in het Westen, maar behoort ideologisch tot het Oosten; en Japan ligt in het Oosten, maar is geen communistische staat Ze komt het meest het Westen nabij. Bovendien is het in zekere zin dubieus, bij welke groep men b.v. Griekenland, Turkije, Spanje en Portugal moet rekenen. Men kan deze landen allesbehalve hoog-ontwikkeld noemen, maar we gaan ook te ver, wanneer we ze in de groep plaatsen van de onderontwikkelde gebieden, (het Zuiden), omdat ze niet op één lijn te stellen zijn met landen als Kongo, India en Ecuador. De vraag komt dus op waar de grens ligt tussen het Westen en het Zuiden (die met het Oosten is duidelijk ideologisch). Zulk een grens is moeilijk vast te stellen. Een bezwaar tegen deze driedeling is ook, dat er twee normen door eikaar worden gebruikt nl. een economische en een ideologische. Noord- ietnam b.v. behoort economisch bij K Zuiden en ideologisch bij liet Oos- BEi. Daarom moeten we deze termen 'aechts accepteren als typeringsvormen voor praktisch en niet direct wetenschappelijk gebruik.
Lange tijd was de situatie zo, dat men slechts sprak van de tegenstelling Oost- West n.1. de communistische landen to. de vrije wereld. Na Wereldoorlog Il kwam de derde groep naar voren n.1. de vrijgeworden koloniën, welker bewoners tot de „gekleurde" rassen behoren. De ideologische controverse was niet de enige meer; er kwam doorheen spelen een laagontwikkeld gekleurd anti-blok. Pessimisten hebben ge\ieesd en doen dit misschien nog, dat op de duur de technisch, organisatorisch en militair superieure blokken van het Westen èn het Oosten, om- spoeld door een zee van achtergeble- ven gebieden, die hun achterstand zul- len inhalen en met hun verpletterende numerieke meerderheid West en Oost zulion overspoelen, het slachtoffer zuljen worden van een catastrofale ontikkeling. Men denkt dan vooral aan fenomenale bevolkingsgroei van lina (het gele gevaar) en India.
[Nu is het een feit, dat momenteel tegenstelling West-Oost wel wat aan it vervagen is. Er is in Oost-Europa sn proces aan de gang van desinte- Jatie van de communistische landen, matiging van de 'praktijk der idelogie en een steeds groeiende tegenjelling tot het Mao-communisme van 'lina. Anderzijds poogt de Sovjet-Unie [et diplomatieke middelen en wapen- •ilp nog altijd het Westen, speciaal de iren. Staten als hoofdmacht daarvan, fgen te werken, hetgeen zich de laattijd manifesteert t.o.v. de Arabile wereld. De grote vraag is echter, |)e de onderontwikkelde landen, die ]ch na de oorlog in steeds groter aan- "1 presenteerden, zich verder zullen itwikkelen; anders gezegd: of er een itale tegenstelling zal ontstaan tussen "! rijke blanke en de arme gekleurde ilken. Dat zou een zeer noodlottige ituatie scheppen.
We kunnen o.i. wel vaststellen, dat lans van een dergelijk frontensysteem feite zeker nog geen sprake is. Of zich inderdaad zulk een mondiale igenstelling in de toekomst zal ontwik- :elen — een opstand der rassen, zoals ie wel genoemd wordt — valt niet te iggen. Zeker is, dat de vele tientallen igeldeurde" landen, met name in Afri- •^, via hun stemrecht in de Verenigde aties enerzijds een onevenredig grote moed uitoefenen, maar anderzijds al- [esbehalve een eensgezind front vor- Tien. Toen de Ver. Naties werden op- [ericht waren er van de 50 staten lechts 3 Afrikaans n.1. Egypte, Ethio- «e en Liberia. Thans zijn er van de 122 ruim 30 Afrikaans! Deze staten •ijn echter stuk voor stuk (uitgezonderd ^uid-Afrika, maar dat behoort eigenak tot het Westen!) waardeloos wat «treft hun economische en militaire •-acht. Bovendien hebben ze alle teamen slechts ongeveer evenveel in- •'oners als de Veren. Staten n.1. 300 uljoen. Wanneer twee miljoen Israëlers kans zien de strijdkrachten van de 'rabische landen te verpletteren (salen 80 miljoen inwoners), dan ligt het 'oor de hand, dat we Afrika gevoeglijk kunnen uitschakelen als potentieel gevaarlijk voor het Westen. Wat Zuid- en Midden-Amerika be
Wat Zuid- en Midden-Amerika betreft, de totale bevolking van dit gebied, over ongeveer 20 staten verspreid, telt ± 180 miljoen zielen, waarvan alleen Brazilië er 80 m. voor zijn rekening neemt. Dat is dus nog niet het totaalcijfer van de V.S. De economie is er zeer zwak en eenzijdig georiënteerd en in feite behoren al deze Latijns- Amerikaanse landen tot de ontwikkelingsgebieden. Bovendien zijn ze politiek zeer labiel en vormen ze geen militair gevaar voor het Westen.
De Aziatische ontwikkelingslanden, dus de rest van het „Zuiden", zijn eveneens militair waardeloos: men zie naar de Arabische landen, wier legers door Israël verpletterd werden; naar Perzië, Pakisten, India, Indonesië, Birma, Thailand etc, allemaal doodarme landen. Gevaar is daarvan niet te duchten.
Rood-China is een apart geval; in ideologisch opzicht behoort het theoretisch bij het Oosten, maar het vormt geen eenheid met de Sovjet-Unie. En sociaal-economisch is het in feite het grootste onderontwikkelde gebied ter wereld met zijn 6 a 7 honderd miljoen inwoners. Volgens onze indeling behoort het dus bij het Zuiden. Er heerst tegenwoordig een onvoorstelbare chaos. Het is het enige onderontwikkelde land ter wereld, dat het Westen in zijn overheersende positie zou kunnen bedreigen. De voorwaarden daartoe zouden echter pas na een decenniënlange opwaartse ontwikkeling kunnen worden geraliseerd.
Al deze overwegingen, toegepast op het probleem van de achtergebleven gebieden, die een ruraal proletariaat (bezitloze plattelanders) herbergen, leide tot de conclusie, dat er vooralsnog zeker geen gevaar dreigt voor het Westen, maar dat anderzijds een doelbewuste politiek ten opzichte van het Zuiden moet worden gevolgd, n.1. of, hoe en in welke mate hulp moet en kan worden geboden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juli 1967
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's