Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ging de geldwinst voor de Zending?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ging de geldwinst voor de Zending?

üit oude Zeeuwse Notulen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tvrintig Februari, Anno 1614, was de Classis Walcheren bijeen. Toen het laatste punt der agenda was afgehandeld, vroeg de Praeses: „Is er nog iets voor de rondvraag ?"

„Is er nog iets voor de rondvraag ?" „Jawel, Praeses." „'t Woord is aan de Leraar van Veere "

De aangesprokene stond op, haalde een brief uit zijn zak en zei: ,,Ik wil U deze brief voorlezen. Gisteren kreeg ik hem van iemand, die verblijf houdt op het eiland Ternate. Hij is geschreven door 'n kennis van me, die daar „Sieckentrooster" in dienst der Oost-Indische Compagnie is. Ik ben van de inhoud geschrokken." Allen spitsten de oren.

Allen spitsten de oren. In dit epistel werden zeer lelijke dingen verteld van Cornells Matelief, die in 1607 het fort bij Majaloe op Ternate had gesticht en daarmee het Nederlandse gezag over dit eiland had gevestigd.

De „Sieckentrooster" beschuldigde de Admiraal ervan, gemene zaak te hebben gemaakt met de Sultan Moedafar, om... het Christendom te bestrijden.

Allerlei voorbeelden van Mateliefs' optreden, werden in dit schrijven meegedeeld, waaruit bleek, dat hij de Islam begunstigde.

Vooral het feit, dat Matelief met enkele inlandse hoofden een overeenkomst had aangegaan, om de ZeiMing te belemmeren, vond de Sieckentrooster heel erg. De overeenkomst bevatte fi.a. een bepaling:

„dat de Hollanders, de inwoners van Ternate die naar het Christendom vrilden overgaan en gedoopt wensten te worden, uit zouden leveren aan de Mohammedaanse Priesters."

Verder was gebleken, dat de opvolger van Matelief, Admiraal Witter, zich met deze overeenkomst solidair had verklaard.

Van hem werd gerapporteerd, „dat hij enighe Nieuwelingen, nadat zij de Christelijke Doop hadden ontfangen, hadde daerover laten wreedelick mishandelen."

Deze brief verwekte grote ontsteltenis bij de Zeeuwse broederen. Duidelijk bleek hieruit, dat Matelief de zending maar matig lief had. Of beter gezegd, helemaal niet. „Wat nu te doen, broeders?" „In elk geval niet alleen voor kennisgeving aannemen, maar deze zaak aanpakken!", stelde de dominé uit Souburg voor.

Met algemene stemmen werd besloten het hoger op te zoeken.

Er werd een missive opgesteld, waarin sterk geprotesteerd werd tegen de gedragingen van Matelief en Witter. Deze werd doorgezonden naar de kerkeraad van Amsterdam, die met de kerkelijke zaken van de Oosten West-Indische Compagnie belast was. Sterk werd er op aangedrongen

Sterk werd er op aangedrongen dat het contract, door Matelief opgemaakt, vernietigd moest worden. Toen de Zeeuwse missive in Amsterdam arriveerde, wekte zij groot opzien.

Direct — 6 Maart 1614 — belegde de kerkeraad een vergadering om over deze ernstige Zeeuwse klachten te beraadslagen. De Notulen hieromtrent vermelden:

De Notulen hieromtrent vermelden: „de broeders, dit overleggende en de achtende te zijn een grouwelick contract, streckende tot grote schande en nadeel van de Christelijke Religie, vinden goet dat domini Plancius, Jac Rolandium en de Schepen Jan Thomas de swarickheyt en de grouwelickheit van dit contract den bewindhebberen van de O.I.C. ernstiglick sullen vertonen en vermaenen tot vernietiging van het selve."

De drie deputaten gaan op weg naar het O.I. Huis, waar de bevrindvoerders vergaderen.

't Had wel enige moeite gekost, om een audiëntie te verkrijgen. Een bode in goud gegalonneerd livrei kondigt aan:

,,De kerkelijke heren verzoeken gehoor." Over een mooie loper, uitgelegd nu Heren XVH vergaderen, gaat de deputatie naar binnen. In de grote zaal paart zich de

In de grote zaal paart zich de pracht van het Oosten aan de gedegen deftigheid van Holland. Br is een brede schouw, waarvan de mantel vol staat met Delfts blauw. De dominé's kijken hun ogen uit

De dominé's kijken hun ogen uit en vergelijken hun consistorie met deze vergaderzaal.

Ze worden er bijna jaloers op. De bewindhebbers zakken met een meewarig lachje om hun mond in de zachte leuningen der stoelen. De bode schuift voor de deputaten stoelen aan.

Ook zij zakken heerlijk neer. Dat is wat anders dan in een houten broek te staan!

De president doet het gebed. Het is .wel een oud formulier, maar het geeft de deputaten moed, dat ze iets bereiken zullen.

„U hebt een onderhoud aangevraagd heren?" zegt de voorzitter. „Inderdaad heren, we komen voor een „grouwelicke Saek." De Com. pagnie wordt slecht gediend." De president laat zijn hamer even rusten.

„Dat is een ernstige beschuldiging 1 Op welke gronden berust ze?" vraagt hij effen.

Dominé Plancius leest de Zeeuwse brief met het protest voor. Kalm luisteren de Heren XVII en

Kalm luisteren de Heren XVII en roeren ondervrijl in de koffie die door een dienaar op een zilveren blad is gebracht.

De dominé's krijgen geen koffie. De deputaten kunnen toekijken en denken even aan hun Consistories waar een grote koffiekan met kraantje staat en waar hun ieder ogenblik des kosters stem als muziek m de oren klinkt: „Nog een kopje dominé?" Ds Plancius is uitgelezen.

Ds Plancius is uitgelezen. „Wat zoudt u wensen?" vraagt de voorzitter. „Dat goddeloos contract vernieti

„Dat goddeloos contract vernietigen en de gezagvoerder op Ternate tot de orde roepen en zijn handelingen laten controleren, opdat deze niet in strijd zijn met de Christelijke Religie. De president glimlacht medelijdend

De president glimlacht medelijdend „Bn wie zou dat moeten controleren? De „Sieckentrooster?"

„Dat kan nader worden vastgesteld, desnoods door de Gouverneur- Generaal."

,,Hum, hum," kucht de afgevaardigde van Delft. „Heren"', zegt de voorzitter. „We

hebben uw wensen vernomen. Ge moogt van ons allen geloven, dat de Zending en de Christelijke Religie ons na aan het hart ligt. Wij zullen de zaak, waarvoor U gekomen bent ernstig onder de ogen zien, daar kunt U op rekenen."

Een goedkeurend gemompel vaait achter des voorzitters woorden aan en vele gepruikte hoofden knikken

De president schelt en de deputatie wordt deftig uitgeleide gedaan

Wat de uitslag geweest is, is met bekend. Vermoedelijk hebben de heien XVII de zaak niet eens onderzocht De geldwinst ging bij hen voor de zending. Immers, Cornells Matelief had met

Immers, Cornells Matelief had met deze overeenkomst bereikt, dat de Sultan van Ternate een vriend der Compagnie werd en aan de onzen „het monopolie der Kruidnagelen" veileende..." Dat sprak meer tot de heren, dan

Dat sprak meer tot de heren, dan de Zeeuwse missive. A. M. W.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 september 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Ging de geldwinst voor de Zending?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 september 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's