Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Afscheid na een ruim 7 1/2-jarige arbeid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Afscheid na een ruim 7 1/2-jarige arbeid

Ds A. H. Sonnenberg ging voor het laatst voor als predikant van de Herv. Gem. te Ooltgensplaat

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is altijd een ongewone dienst, een afscheidsdienst van predikanten die van standplaats verwisselen. Zo ook jl. Zondag te Ooltgensplaat, waar de predikant van de Herv. Gem. afscheid nam van zijn gemeente om de Herderstaf over enkele weken D.V. weer op te nemen te Leerdam. Voor deze bijzondere dienst bestond zeer grote belangstelling, zowel binnen als buiten de gemeente. Van de Ringpredikanten merkten we op: Ds Klootwijk van Herkingen met Kerkeraad; Ds Goedhart van Middelharnis met Kerkeraäd; Ds Wolthers van Oude Tonge met Kerkeraad; Ds Koele en Ds Vermaas van Dirksland. Verder de Ger. Pred. ter plaatse Ds Scherpenisse met Kerkeraad; Kerkeraad en Kerkvoogden van Den Bommel; Burgemeester Hordijk en de Wethouders de heren Waling en de Vos; Dhr Neijenhuis met het Bestuur van Langstraat; Dhr Hartman van Oude Tonge. Als afgevaardigden van het Rusthuisbestuur waren vertegenwoordigd de heren Dekker van Nieuwe Tonge en van Oortmersen van Dirksland, terwijl Notaris Ris van Oude Tonge (die ook een werkzaam aandeel in de Stichting heeft) zijn belangstelling toonde. Stad aan 't Haringvliet zond enkele vertegenwoordigers van de Kerkeraad.

Ds Sonnenberg bepaalde zijn gehoor deze middag bij de tekst uit: Hebreëru 13 : 14;

„Wan« wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomende."

De tekst verplaatst ons in het Oosten in onherbergzame oorden aldus Ds, waar gevaar en ondergang dreigt. Een stad hier of in het Oosten maakt een groot verschil. Men is daar niet van zijn leven verzekerd, men stelt het in de weegschaal als men buiten de stad gaat. Het is roekeloos en onverstandig. In de stad van onze tekst is het leven

In de stad van onze tekst is het leven verzekerd, nl. de toekomende. Hier geen blijvende stad te hebben tekent ons een doorgangshuis, waar als het ware wordt gezegd: vooruit, hier kan men niet blijven! Het tekstwoord roept daarom op tot geestelijk appèl en bezinning.

De schrijver van de Hebreër­brief neemt positie in tegen de verscheidenheid van leer en dwalingen, opdat de bewoner niet moedeloos wordt en wegkwijnt. Hij roept op en geeft raad! Laat ons uitgaan buiten de legerplaats. Uitgaan tot hem die buiten de legerplaats is gestoten en met hem delen de verdrukking. Waar gevaar dreigt! Met hem delen de verdrukking. Dat is met de Heere Jezus Christus.

Hij had geen blijvende stad. De vossen hadden holen maar Hij had niets. Hier geen blijvende stad. Ook gij niet Christenen, de groten en de kleinen hier geen blijvende stad.

Waarom? Hoe kan men buiten de legerplaats leven? Hoe is dat mogelijk? Maar Uw plaats is buiten de legerplaats, versmaadheid is Uw deel. Het Kruis is Uw plaats. Dan is het een heerlijk weten hier geen blijvende stad te hebben. Dan is het heel wat anders als dat men gewoon zegt: „we hebben hier geen blijvende stad," „Het is de mens eenmaal gezet te sterven." Hier in Ooltgensplaat, maar ook in Leerdam blijft het een zondige wereld. Niets is er blijvend. Zelfs op de berg der verheerlijking niet. Die lag ook in een zondige wereld. Hier is het land der ruste niet. De muren van al onze bouwrwerken zijn poreus, door en door. Dat ,,hier niet", moet de gemeente verstaan in haar aanvechting, druk en moedeloosheid. Arme mens en gemeente, die hier een blijvende stad zoekt. Petrus werd door de Heiland op de berg ook vermaand.

Voor de laatste maal in deze 71/2 jaar mag ik U op het enige altaar wijzen. Het is zo goed dat het hart door genade gesterkt wordt en niet door spijze. Waar zwaar niet zwaar genoeg meer is. Het gaat niet anders dan om de verloren zondaar. Het gaat niet om mensen die zich zelf willen handhaven waar dan ook mee.

Zoek de toekomende stad. Toekomst verwachtingen, anders is geen denken mogelijk. Christendom leeft niet van negativisme. Leven kan nooit leven uit niets, ook als we op doorreis zijn. We weten allen van evacuatie, het op doorreis zijn, het niet tot rust komen. Ernstige bezinning moet er zijn als men zich hier thuis voelt. Wel mag er blijdschap zijn als de gaande man weet dat de andere komt, maar schuld voor U en mij blijft er en daarvan komt Gods Kerk nooit aan het eind. Wee de gerusten! Wij leven dan het

Wee de gerusten! Wij leven dan het leven van zelfbedrog. Zoek de toekomende stad. Het nieuvve Jeruzalem, waar heil en vrede is aangebracht. De plaats waar de zonde contrabande is. Het oord waar onvrede buiten gebannen wordt. Storeloze vrede, vreugde, geen smet van enige zonde. Dat is toekomst! Dat zoeken is niet zo belangrijk; maar dat die toekomende stad er is. Daarvan mogen en mochten wij spreken. Wat hebben wij aan een stad waarvan de deuren dicht zijn. Maar het is de stad van Jezus Christus. De heerlgke vrucht die gegroeid is aan het Kruis van Godgotha. Zo volkomen, dat er niet aan toe gedaan behoeft te worden. Het is alleen genade.

De stad is er niet om Uw zoeken en door Uw zoeken. Maar omdat die stad er is, daarom gaat de Heilige Geest inbrengen een schare die niemand tellen kan. Hij helpt en trekt en verlost door het geloof in de Heere Jezus Christus. Maar wat wordt er verkeerd gezocht en wat is in het zoeken naar de toekomende stad een wankelmoedigheid en klein geloof. „Alles wat gij méér wordt dan ik ellendig mens wie zal mij verlos­ sen van het lichaam dezes doods", moet er af; dan kan men zeggen al is het maar stamelend: „Ik dank God door Jezus Christus die mij krachten geeft." Waar een zondaar zijn zonden kwijt kan, om dat Zijn werk was een werk om niet. Dat gij dan moogt leven naar de gezonde leer van de Schrift. Niet in eigen kracht maar in Gods kracht.

Toespraken Na het zingen van Ps. 115 : 5 en 6 en gebed, sprak allereerst Burgemeester Hordijk namens het gemeentebestuur. Hij schetste het onderscheid tussen Kerk en Staat, maar bracht ook naar voren de wisselwerking die plaats heeft tussen Kerk en Overheid. We hebben daar zichtbare resultaten van mogen zien, aldus spr. Hij wenste Ds en gezin ook als persoonlijk vriend, Gods besten zegen toe.

Weemoed en droefheid, aldus Ds Koele, vervult ons hart, nu vrtj namens de Classis en Ring van U afscheid nemen. Met nauwe banden waren wij verbonden, alle collega's zien U node vertrekken. Wij danken de Heere wat hij ons in U heeft geschonken. Gij als voorzitter van de Classis was een goede Herdei­, die vooral trouw bleef in de moeilijke vraagstukken, ons in de nieuwe kerkorde voorgelegd. De Heere stelle Uw werk tot rijke zegen en ga met U en Uw gezin aldus besloot deze spreker.

Als eerste voorzitter van de Stichting Diaconaal Rusthuis had Ds Sonnenberg gepionierd. Dhr Dökker die namens de Stichting als tweede voorzitter sprak, getuigde hiervan. Het werk voor de ouden van dagen, aldus dhr Dekker is een werk ons door de Heiland opgelegd. Wij zijn er van overtuigd dat God het werk tot nog toe heeft gezegend. We mogen ook de Kerkeraad van Ooltgensplaat dank zeggen voor de grote steun verleend, door U voor al dit werk vrij af te geven. Ook Mevrouw voor de opoffering, daar Ds veel van huis moest zijn. Uit Leerdam zult gij zeer zeker het verdere verloop met sympathie volgen. De Ger. Predikant Ds Scherpenisse riep Ds S. een vaarwel toe en dankte hem voor de prettige samenwerking. God gaf U de geest van wijsheid, doorzichtigheid en sterkte. Het is altijd een pijnlijk gevoel voor U en mij als wij hier staan aldus spr. Wij leven in een aparte gemeenschap. Mochten wij evenwel in de gemeenschap van Jezus Christus één zijn, met het vooruitzicht om samen de eeuwige stad te beërven.

Ds Wolthers sprak als consulent en als vriend. We hebben slechts kort samengewerkt, aldus spr., maar de band met Oude Tonge is des te groter, daar gij als Consulent in de vacature een vriendschapsband heeft gelegd. Namens de gemeente zei spr. hiervoor nog hartelijk dank.

Ik zal zo zei spr. slechts kort consulent zijn van de Plaat, daar de gemeente binnenkort een nieuwe dominé mag begroeten. Uw preek heeft mij verheugd, aldus spr.. Wet en Evangelie beiden werd er gebracht. Spr. besloot met de wens, dat God hem nabij zou mogen zijn.

Als laatste in de rij, sprak Ouöprling van Willigen namens Kerkeraad en gemeente. Met ijver, lust en liefde heeft U hier het ambtelijk werk verricht. In de bezettingstijd trok U van plaats tot plaats om de gemeente te binden. Doorzettingsvermogen ook in de naoorlogse tijd was noodzaak. Moeilijkheden en critiek zijn U niet gespaard. Uw nuchter, open en eerlijk karakter was U daarbij tot steun. Ernstige en diepgaande studie maakte U van iedere predikatie, misschien voor de Joden een ergenis en do Grieken een dwaasheid.

Troostrijk was het voor U, als gij zegen mocht zien op Uw werk en pre diking. Wij hebben samen het goede gezocht, ook als er verschillen waren. Het viel U de laatste weken moeilijk om van de gemeente te scheiden. Ooltgensplaat ligt na aan uw hart. Maar nu de band wordt verbroken wensen wij U toe dat gij in Leerdam ook zult mogen medewerken aan de uitbreiding van Gods Koninkrijk. Spr. verzocht de gemeente de scheidende Leraar staande toe te zingen Ps. 121 : 4.

Dankwoojid Ds Sonnentoerg bracht iedere spreker afzonderlijk dank. Het deed mij goed, aldus spr. tot Burgem. Hordijk, dat gij hier zijt. Ik ben oprecht dankbaar voor de samenwerking met B. en W. zei spr. en hij wenste hen Gods rijken zegen toe. Dat bijna alle ringcoUega's hier zijn is mij een groot genoegen aldus spr. tot Ds Koele. De Heere stelle U allen tot rijken zegen op Flakkee.

Ook tot Ds Scherpenisse sprak Ds g. een hartelijk woord. God heeft ons gegeven een manier van samenwerking in de arbeid aan de Chr. School, waar wij beiden als adviserend lid fungeerden. De Heere zegene U ook hier. Dat de kinderziel al meer en meer gebracht moge worden zowel van de Chr. als van de Openb. School tot de goede Herder, en er een bewust kiezen mag zijn voor dien God, die nodig is in alles gekend te worden.

Sprekende over het Rusthuis wees hij op de zware verantwoordelijkheid van deze taak: Hij dankte de Kerkeraad voor de tijd hem voor die arbeid geschonken en hoopte dat het zo mocht zijn, dat men elkaar bij alle verschillen dragen mocht, zoals ook het Bestuur elkander draagt. Spr. wenste allen Gods leiding en kracht toe bij dit grote werk. Al onze vergaderingen werden geopend en gesloten met gebed, ook al ging hét om hout en steen, zei spr. Het verheugde Ds S. dat hij aan Col

Het verheugde Ds S. dat hij aan Collega Wolthers de gemeente mocht over geven. Als jongen kwam ik tot U in mijn studietijd, zo leerden wij elkaar reeds vroeg kennen. De Heere make U getrouw in dit werk, was spr.'s wens. Tot de broeders van de Kerkeraad zei spr.: Wij kennen elkander door en door, ook met onze onhebbelijkheden. Maar Ave schaarden ons als een man rondom het Woord. Wij mogen samen God danken voor die hele mooie tijd die wij hebben gehad. Laten wij dit mooie zien als een gave Gods zei spr. De verhouding kon niet beter. Gij hebt ons altijd hoog gehouden in de gemeente. Spr. beval de nieuwe Herder en Leraar in de zelfde liefde en toegenegenheid aan.

Ook dacht hij aan de oude en jonge koster en zijn trouwe tuinman, alsook aan zijn overleden vriend Langeweg. Voor de trouw, liefde en hartelijkheid bracht hij oprechten dank.

Aan de heer Neijenhuis van Langstraat bracht hij 7.c,u dank over voor de hulp in het am^'tswcrk.

Het laatste woord was voor de gemeente. Wij hebben elkaar veel te vergeven aldus spr. Maar ondanks alles hebben we een goede tijd, ja een zeer goede tijd gehad. Zelfs niet in woorden te noemen of uit te drukken. We vertrouwen alles in de weg Gods te hebben gedaan. Vreugde, liefde, moeite en zorg zijn ons beiden niet gespaard. Onze zon den klagen ons steeds aan. De Heere zegene U en make U getrouw, ook om. hem die te komen staat te dragen in liefde en in het gebed.

Wij groeten U in de naam des Heeren Na het zingen van Ps. 72 : 11 sprak Ds voor het laatst de zegen uit als predikant van Ooltgensplaat.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 juni 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Afscheid na een ruim 7 1/2-jarige arbeid

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 juni 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's