Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Holsbergers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Holsbergers

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aldert Janse, de bakker, werd tot zijn vaderen verzameld. Dat is niets bijzonders.

Het: ,,en hij stierf" uit het boek Genesis wordt al de dag bewaarheid over de ganse lengte en breedte der aarde. Want de zonde is in de wereld gekomen. En de bezoldiging der zonde is de dood. En na de dood komt het oordeel.

En na de dood komt het oordeel. Dat is buiten kijf voor wie gelooft in het Woord Gods. Maar dat deden de mensen van Hols

Maar dat deden de mensen van Holsberg, het streekdorp in Noord­Holland, niet. Ze wisten nauwelijks wat Gods Woord was. Dat kan gebeuren in christelijk Nederland. Dan staat er in het dorp wel een kerk. En daar is een dominé. En op de kansel van die kerk ligt het Woord Gods, open nog wel. Maar het is toch gesloten. En de dominé gelooft niet in de zonde. En in vergeving van zonden. Hij houdt éénmaal in de week een humanistisch toespraakje voor een handjevol mensen. Tot dat handjevol mensen had Aldert

Tot dat handjevol mensen had Aldert Janse niet behoord. Dus was de dominé niet op de be

Dus was de dominé niet op de begrafenis. Wel luidde de klok. Dat was eeuwenoude gewoonte.

Dat was eeuwenoude gewoonte. En ze droegen het stoffelijk hulsel naar het kerkhof, achter in het dorp; wat afgelegen, terzijde van de grote verkeersweg. Dat was goed. De mensen van Holsberg hielden niet van het kerkhof. Kun je beter niet aan herinnerd worden. Zand er over

Maar het kerkhof herinnerde de mensen wel aan zijn bestaan. Want zo nu en dan werd er een graf gegraven. En luidde de klok met eentonig, vervelend gebam. Waarom zetten ze dat ding ook niet stil? Dood is niet prettig. En je mag toch wel wat hebben in het leven, dat toch al zo triestig is? De dood, de tijd, dat alles radicaal voorbij is — dood is dood; stof wordt stof; afgelopen — komt altijd vroeg genoeg. Soms veel te vroeg.

Dat zagen ze nu aan Aldert Janse. Lieve help, de man was pas negen en veertig jaar. Op zijn ziekbed nog geworden. Op die jaardag zei de dokter, dokter AUersma: „Nog vele jaartjes er bij, Janse".

„Nog vele jaartjes er bij, Janse". En toen had de zieke Janse de dokter eens onderzoekend aangestaard en opgemerkt:

„Ik haal het niet meer, dokter." Én die dokter had maar gelachen: „Och kom, moed verloren, al verloren; je kunt wel tachtig worden, man!" Maar juist, toen dokter AUersma vlak daarop de bakkerswinkel verliet, die stond midden in de lange dorpsstraat, geen drie minuten van de kerk, liep hij de burgemeester tegen het lijf, die naarstig informeerde naar de toestand van bakker Janse, die een gezien man was op het dorp. „Onder ons gezegd en gezwegen, de

„Onder ons gezegd en gezwegen, de man houdt het geen maand meer uit, burgemeester. In erge graad kanker. Geen kruid tegen gewassen". Zo was dokter AUersma.

Maar niemand nam het de dokter kwalijk, dat hij zijn stervende patiënten om da tuin leidde. Ze deden dat immers zichzelf ook? En zo wist feitelijk het hele dorp dat Aldert Janse wel gauw ,,het hoekje om zou gaan", maar Aldert Janse wist het zelf niet. Hij klampte zich vast aan de dokter. Tot Aldert Janse het wél wist. Dok

Tot Aldert Janse het wél wist. Dokters en geestelijken zeggen, dat schier elk mens, op het ziekbed liggend, wéét, dat de dood naderbij sluipt.

Toen Aldert Janse het wist, riep hij zijn vrouw en zijn zoon bij het bed. Die zoon heette Harm. Hij was vijf en twintig jaar. Er was nog een zoon. Die was Klaas genoemd. Maar Klaas, twee jaren ouder dan Harm, woonde niet in Hols berg. Hij was smid in Laagheuvel, een dorp op ruim een uur afstands van Holsberg. Twee jaar geleden had zijn vader de zaak, waar hij werkte, ivoor hem gekocht. Want Harm kreeg de bakkerij. Toen hij dan wist, dat het op sterven

Toen hij dan wist, dat het op sterven aanging, riep Aldert Janse zijn vrouw en zoon bij het bed. Zijn stem was al danig verzwakt. Maar zijn geest was volkomen helder. En Aldert Janse regelde zijn zaken. „Jullie moeten het maar met elkaar

„Jullie moeten het maar met elkaar vinden. Dat zal wel gaan. De bakkerij is in goede handen. Zorg goed voor je moeder en de zaak, Harm. Je weet 't: al honderd jaar en méér heeft in deze bakkerij een Janse gewoond. Je hebt een reputatie op te houden. Maar 't zal wel gaan. Met trouwen moet je nu niet te lang m.eer wachten. Moeder kan hier blijven wonen, als zij wil. Zij kan er ook uit trekken. Dat vechten jullie maar uit. 't Is alles beschreven, dat weet je. Moeder kan zich alleen ook redden. Daar heb ik voor gezorgd".

Zoals het hier gezegd wordt, als één lange toespraak, heeft Aldert Janse het niet gezegd. Dat zou te vermoeiend voor hem geweest zijn. Want: ze zagen het nu ook: 't ging snel bergafVv^aarts met hem.

En daarom moest Harm zo vlug mogelijk naar het telegraafkantoor lopen, om Klaag te seinen, dat hij onmiddellijk komen moest. En de dokter moest ook gehaald.

Toen Harm van het telegraafkantoor kwam — hij had ook zijn meisje bericht — was dokter AUersma er al.

,,Er is niets meer aan te doen. Ik zag het al lang aankomen. Dat is nu eenmaal 's levens gang. Aan alles komt een eind. Jammer voor de kei el, zo jong nog. Maar wat zul je er aan doen?'

En hij was weer heengegaan: een hopeloos geval; het beste was, dat de man spoedig stierf; het moest toch. Nu, de wens van de dokter werd ver

Nu, de wens van de dokter werd vervuld. „Zorg goed voor je moeder en de

„Zorg goed voor je moeder en de zaaTï, jongen. De zaak moet goed blijven, denk er om. Er moet een Janse in blijven. Altijd zo geweest. Groet Klaas en Janna (dat wa.s de vrouw van Klaas) nog van mij. En Katrien (dat was Harms verloofde die woonde onder de rook van Amsterdam). En allemaal. Dag, moeder".

Klaas en die anderen waren er namelijk nog niet. Dat kon ook niet. Want schielijk kwam de dood. Moeder Janse schreide. Harm beet zich de lippen stuk van de ontroering. Tja, dat was toch een moment. De dood heeft toch iets raadselachtigs, er gaat niets van af.

Maar Aldert Janse vouwde rustig de handen over de borst. En hij ontsliep vredig. Waarom zou htj dat niet doen? Na de dood is toch alles voorbij. De mensen van Holsberg ontsliepen allen heel vredig. Alleen het afscheid viel met mee

Toen ging de leedaanzegger door h'­i dorp.

En allen wisten het: Aldert Ja:ise dood.

„Jammer voor de vent. Een goeie !»' rel. Reuzenwerker voor zijn zaak. JanS' is toch maar je bakkerij. Enfin, H­iu is ook goed. Die zal verstandig doen gauw te trouwen. Als die jonge viouv het dan maar met haar schoonmoeJe kan vinden. Want die twee accordeiei niet al te best, zeggen ze".

Zo spraken de mensen van het dcif Toen was .Aldert Janse misschien eei uur dood. Dood is dood. En dan moet je w«

Dood is dood. En dan moet je w« verder kijken. Want het leven gaat n eenmaal door. En je moet er van i"' men, wat je er van nemen kunt. Het i al kort genoeg. Dat zag­en ze aar. A dert Janse.

Wel, mensen, drie maanden gelcdfi : liep hij frank en fier over het dorp. ' zou hem wel honderd jaar geven. E' vóór de dag en dauw in de bakkerij. Ee' kerel was hij. En zie, daar las^­ie iw'' " Je zou zo zeggen: hoe ter wereld i.s 1« mogelijk!

J de kist uit de winkel gedragen weid to y die aan de groeve stond. h (Wordt vervolg'! " Drie dagen later was de begrafenis De klok luidde van het ogenblik. "''

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 februari 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Holsbergers

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 februari 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's