Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Late Lente

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Late Lente

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Wat betekent dit allemaal?" vraagt Fred, eveneens op fluistertoon. „Marie heeft gebeld. Onraad! De Moffen zullen wel op komst zijn. Zoeken natuurlijk naar de piloten van jouw machine, dus ook naar jou. Ze hebben het schuilhojc nog nooit gevonden, maar als ze het vinden, is het leeg. En het komt niet in hun stompe hersens op, te denken, dat we hier zijn. En nu niemand een woord meer zeggen. Op het sein van „veilig" wachten we. Dat kan lang duren."

Ja, Marie heeft gebeld. Over de weg naar ,,Ysselzicht" komen twee Duitse overvalwagens aansnellen. „Daar heb je dat gemier weer", zegt

„Daar heb je dat gemier weer", zegt zg tot Jannes. „Verdwijn jij maar. Ik red mij wel." In haar ogen is geen vrees, wel span

In haar ogen is geen vrees, wel spanning. Zij opent de deur voor hen, die zich „beschermers" van Holland noemen De aanvoerder laat barse bevelen horen: de hoeve wordt afgezet. De bezoekers zijn niet alleen Duitsers; er zijn ook Landwachters bij, één zelfs uit Oesburg, die hier nog eens een huiszoeking heeft gedaan.

„Er is hier een piloot," buldert de commandant, om Marie te intimideren. Maar die vertrekt geen spier van haar gelaat, zegt alleen: ,,Ik versta geen Duits." Dan neemt de brutale Landwachter

Dan neemt de brutale Landwachter uit Oesburg het woord: „Je hebt hier een Engelse piloot verborgen! Zijn machine is vannacht neergeschoten." „O, was dät het lawaai? Ik werd er wakker van. Zo, een machine neergeschoten. Dat is niet leuk voor die stakkerds. Die zijn natuurlijk dood "

„Neen, wijf! Twee van de zes zijn dood. Vier zijn ontvlucht. En hier op de boerderij zit er misschien één." Marie weet genoeg: de kerels weten

Marie weet genoeg: de kerels weten niets, gissen alleen. Zij haalt de schouders op. „Als jullie

Zij haalt de schouders op. „Als jullie het zo goed weten, moet je maar zoeken. Jullie weten meer dan ik. Maar gooi de boel niet zo onderste boven als de vorige keer." De Duitse commandant wordt onge

De Duitse commandant wordt ongeduldig.,. Hou op met dat geklets. Vooruit! Zoeken! Hier zitten piloten. Je gaat tegen de muur, als wij ze vinden. Zeg op: waar zijn ze?"

„U zegt, dat ze er zijn. Zoek dan maar", zegt Marie. Dan stuiven drie, vier, acht Duitsers

Dan stuiven drie, vier, acht Duitsers en een paar Landwachters het huis binnen, waar zij een ware chaos scheppen. Letterlijk niets wordt vergeten. De zieke Aaltje Haverdink, die ligt te jammeren, wordt zelfs van haar bed gelicht. en hardhandig ook: misschien ligt de vent er onder.

Vloekend zakken zij af naar de stal en de schuur. Nu pas wdrdt Marie onrustig. In huis was er geen gevaar. Maar in de schuur! Weliswaar is er reeds viermaal huiszoeking verricht en niets gevonden, maar nu gebeurt het wel heel grondig.' De een of andere snuggere moet het hol maar eens ontdekken. Dat is wel leeg, maar dat betekent toch zeker, dat de bewoners worden meegevoerd: zo'n schuilhol is in elk geval een bewijs, dat het hier niet pluis is. Zij is in de keuken bezig. Met opzet is zij niet meegegaan en men laat haar, wonder boven wonder, met rust. Zij beeft over al haar leden en zendt een stil gebed op voor de jongens, voor de piloot, voor de anderen, voor zichzelf. In de schuur zullen Jannes en Symen wel zijn. Nu, die kunnen de Moffen wel om de tuin leiden, 't Zijn droge, saaie kerels", maar laat ze lopen! Uit schuur en stal komen flarden van

Uit schuur en stal komen flarden van ontzettend lawaai. In huis zijn de Duitse,rs een uur geweest, däär vertoeven ze wel drie kwartier, hoewel de ruimte toch veel kleiner is. De twee boeren kijken onbewogen toe. Ze hebben alleen geweldige binnenpret, als de Moffen, na één, hoek te hebben bekeken en beklopt. grote hopen hooi en stro werpen tegen de planken, waar die éne plank zit, die toegang geeft tot het schuUhol! De cojmmandant wenkt de Ooesburger Landwachter.

„Je hebt praatjes verkocht!" bijt hij hem toe. ,,Hier is niets te vinden."

„Het deugt niet op deze boerde.rij, dat is vast. 't Is een pesthol. En de machine is hier vlakbij neergekomen. Ze moeten hier zijn".

„Haal ze dan voor de dag, kerel!" Ja, dat k£m de Landwachter niet. Hij zou die HaTerdinks wel eens door elkaar willen rammelen. „Die smeerlappen weten er wel méér

„Die smeerlappen weten er wel méér van", zegt hij, op Jannes en Symen wijzend.

„Kom hierV' buldert de commandant tegen hen. ,,Tegen de muur!" Daar staan zij dan, uiterlijk onbewogen. ,,Richten!"

Vier revolvers zijn gericht op de borsten van deze trouwe vaderlanders

„Op deze lioerderij zitten piloten. Als je niet zegt,, waar, schieten we je dood." Dezelfde oabewogenheid. Alleen God

Dezelfde oabewogenheid. Alleen God weet, wat er in hun harten omgaat. Op hetzelfde moment wordt op het erf motorgeraas vernomen. Iets later komt een motorrijder in de schuur, die salueert en d& commandant meedeelt, dat drie piloten gevonden zijn, in een heel andere richting dan nu gezocht wordt. Dan wordt de commandant zo waar menselijk: „Dan zit die ene hier ook niet, laat die kerels vrij."

Hij geeft bevel, het zoeken te staken en geen tien laiinuten later is het hele stel ijlings verdwenen. Alleen de Land wachter heeft de commandant nog gevraagd, of er geen wacht moet blijven, maar deze laatste heeft hem zo vernietigend aangestaard, dat de Oesburger niets meer durfde zeggen. Marie wacht nog geruime tijd met

het sein „veilig" te geven. Maar dan durft zij het toch doen. Jannes en Symen hebben reeds een deel van het hooi en stro vergaderd, zodat zij de schuilhoek binnen kan gaan en de opening naar het tweede hol vrij maakt. „Komen jullie er maar uit, ze zijn

„Komen jullie er maar uit, ze zijn verdwenen," roept Marie. Stijf en stram komt het viertal t voorschijn. Ruim twee uur hebben zij schier roerloos, in dat hol gezeten en gelegen. „De gannefen hebben weer een be

„De gannefen hebben weer een behoorlijke ravage gemakt, maar niets ontdekt", zegt Marie opgewekt.

„Met man en macht zullen we helpen de boel weer op pootjes te zetten, meid" merkt Klaas op, die erg familiaar is met Marie. „Juffrouw", zegt de piloot, „als nu dit hol leeg gevonden was, wat was er dan gebeurd?"

„Ja, dat weet ik niet", antwoordt Marie. ,,Niet veel goeds, denk ik." „In elk geval was het hele stel meegeno|men", zegt Gerrit. „Zo niet erger. Dat risico lopen we allemaal."

„Maar ik vind het toch geweldig", verbaast Fred Hoeksema zich. „Als ik gevonden was, dan " ,,Hadden we allemaal de kogel ge

,,Hadden we allemaal de kogel ge kregen, behalve jij", vult Klaas aan. ,,Om diep respect voor te hebben, vooi

,,Om diep respect voor te hebben, vooi dit allemaal. Ik zal het vertellen in Engeland, als ik er terug kom. Ze weten daar niet, dat het verzet hier zo fel is." ,,Twee van je makkers uit de machine

,,Twee van je makkers uit de machine zijn dood", zegt Marie zacht. ,,En drie zijn er g­epakt." „Twee dood... Drie gepakt... En ik..."

„Twee dood... Drie gepakt... En ik..." Fred Hoeksema staart zwijgend door zich uit.

,,Hoe weet je dat. Marie?" vraagt Gerrit. „Van die drie kwam een Duitser op

„Van die drie kwam een Duitser op een motor zeggen. Van die twee vertelde Petrusman uit Oesburg, je weet wel..." „Die vuile Landwachter? Was die er

„Die vuile Landwachter? Was die er bij? Als ik hem alleen tegenkom, krijgt hij onmiddellijk een blauwe boon van mij", sist Klaas.

„Ho, ho, jongen, dat gaat mis. Je weet wel, dat het zó niet moet en niet mag."

„Verschil van mening. Marie. Ik denk er anders over." Later vernemen zij, dat Jannes en Symen tegen de muur hebben gestaan en dat het misschien een haar gescheeld heeft, of ze waren dood geschoten. Want natuurlijk zouden ze niets verteld hebben. Nog hoger stijgen de bewoners van deze boerderij in de achting van Fred Hoeksema. (Werdt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 januari 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Late Lente

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 januari 1951

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's