Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bevestiging en intrede van Ds D. van Leeuwen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bevestiging en intrede van Ds D. van Leeuwen

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Donderdagmiddag 16 Maart had de bevestiging en intrede plaats van Ds D. van Leeuwen welke van Loenen aan de Vecht naar de Oud Gercf. Gemeente te St. Philipsland was overgekomen. Ds van Leeuwen, die plm. 60 jaar oud is, had te Loenen een flinke gemeente gesticht en vele Loeiicnaars waren in beide diensten tegenwoordig. Ook bemerkten we Burgemeester da Jonge en Wethoudei' Mol. De bevestiger was Ds J. van Dijk van Capelle aan de IJssel, daar Ds van der Poel die dit oorspronkelijk' zou doen verhinderd was, wegens ongesteldheul. Hij vertoeft in het ziekenhuis tot het ondergaan van een operatic. De kerk der Oud Geref. Gemeente, v/aar Ds L. Boonc zovele jaien in heeft gepreekt en dio vacant was sedert het vertrek van Ds W. Blaak, was in beide diensten tot in alle hoeken bezet.

De dienst ving aan des middags 2 uu met het zingen van Ps. 147 : 1, waarn gelezen werd Lucas 10 : 1—22. Na he votum en de zegen wei'd gezongen Ps 4T : 1.

Ds van Dijk sprak in zijn voori'ed naar aanleiding van de tekst uit Neh 8: „De blijdschap des Hoeren, die i Uwe sterkte". Hij bezag hierbij hoe he volk van Israël schromelijk van d Heere was afgeweken, hoe daarom sta en tempel was verwoest en hoe nu, b het voorlezen van de Wet, het dadelijk schuldgevoel het volk deed wenen. Voo dezulken, wier hart verbroken is doo de zonde, heeft de prediking van he Evangelie nut, waai'om Ezra en Nehemia zich opmaken om het volk te vertroosten. De blijdschap des Heeren zo hun sterkte zijn, D.w.z. indien zij zic bekeren, hebben zij niet de vloek, maa de zegen te verwachten. God is goedertieren verbrokenen van hart.

Vandaag is het ook een dag van blijdschap voor de gemeente St. Philipsland nu hun herder en leraar staat bevestig te worden. Spr. voegt er de wens e bede aan toe, dat God die man gebruiken mag voor velen tot een meerder en eeuwige blijdschap. De Heere moch verbreking des harten geven en plaat van waarachtige vertroosting door zij Goddelijken Geest.

Na het gebed en zingen van Ps. 138 3 en 4 nam Ds van Dijk tot tekst Luca 10 : 17 t.m. 20. Het thema was: „Bi zending van <ïe zeventig." waarbij stilgestaan werd Ie: God, die zendt; 2e Hoe Hij ze zendt; 3. de vrvicht van di arbeid; IV: een Goddelijke vermaning Allereerst zette spr. uiteen, hoe d zending van de zeventig plaats vond Het was met de discipelen samen maa een kleine schaar op zo groot arbeidsveld. Spr. merkt op, dat Christus ze arbeiders noemt. Arbeiders zijn mensen die op het land werken, ze hebben zware arbeid. Alzo ook dienaren des Woord Rechte dienaren van God gezonden, zijn geen renteniers! Integendeel: soms i het werk hun wel eens te zwaar. Hoe méér ze die last voelen, hoe meer z God nodig hebben. Spr. bidt dit ook zijn ambtsbroeder toe.

In Zijn zorg voor de Kerk, zorgt de Heere steeds voor arbeiders, opdat de volle oogst zal worden ingezameld. God is het die zendt: Hij zendt ze zonde buidel en male en: als schapen te midden der wolven. Twee belangrijke zaken waar spr. zelf op tegen is. Hij ging e liever gewapend op uit en met een volle buidel dan ongewapend en platzak! Als ai'men in zichzelf moeten ze echter inaar laag aan de grond blijven, om als een nietshebbende in zich zelf uH te delen In de tekst komt ook voor: Groet niemand op de weg. Dat wil niet zeggen dat ze onheus moeten zijn, maar dat er er haast bij is met het brengen van Gods' boodschap. Bij dat brengen inoet alles worden afgebroken wat van hen is — het enige fundament Jezus Christus moet gelegd.

Spreker gaat vervolgens na wat zo doen moeten als ze in de huizen komen om hun boodschap te brengen, in dorpen en steden of waar zo ook komen. Zonen des vredes zullen ze niet altijd tegenkomen. Dikwijls zal er geen plaats zijn voor het Woord des Heeren. Toch zal 's Heeren Woord niet ledig wederkeren, het zal zijn tot een oordeel o tot een voordeel.

Als de zeventig terugkomen klagen zo niet. Hun zending was niet vruchteloos. Zieken werden genezen, duivelen uitgeworpen in Zijn Naam. Wat zegt Christus hierop? „Ik zag de Satan als een bliksem uit de hemel vallen. Dat is méér dan duivelen uitwerpen — dat is de Satan zijn macht ontnemen. Daardoor krijgen zij macht om op slangen en schorpioenen te treden. Zou nu een ziel niet blij zijn als het rijk van Satan wordt neergeworpen? Verheugt U echter niet, dat de geesten U onderworpen zijn zegt Christus, maar veel meer daarin, dat uw namen geschreven zijn in de hemelen. Spr. hoopt dat zijn ambtsbroeder veel vrucht mag zien op zijn arbeid, maar ook klein mag worden in eigen oog. Gi'oot is het dat de duivelen onderwoi'pen mogen worden, maar groter, wanneer er mogen zijn, wier namengeschreven zijn in het Koninkrijk dei hemelen.

De gemeente mag zich ook verheugen in het ontvangen van hun herder en leraar, maar groter vreugde zou he zijn, indien er door de bediening de Woords zouden worden toegebracht Daartoe mocht de Heere de arbeid mo Zijn Geest bedauwen. Uw Leraar, aldu spr., kan U niet bekoren, de Heere kan Hem alleen als een middel daartoe gebruiken. De kerkeraad, die er nu een hulp bij

De kerkeraad, die er nu een hulp bijgekregen heeft, wenst hij toe, dat zi in eendracht en liefde zullen mogen s;xmenwerken, opdat het rijk van satan zou worden terneer geworpen en de gemeente in Christus mocht worden gebouwd. Daarna ging Ds van Dijk over tot he

Daarna ging Ds van Dijk over tot he lezen van het bevestigingsforraulier en klonk het plechtig uit de mond van D van Leeuwen: „Onder beding van genade, Ja ik, van ganser harte." Zich richtende tot de gemeente zeide de bevestiger, dat zij hun herder en leraar in liefde mochten ontvangen en to Ds van Leeuwen dat hij hem in liefde tot zijn dienstwerk had ingeleid, zijn onbekwaamheid daarbij gevoelende. Hi bad hem toe dat de Heere hein genade geven mocht in de uitoefening van de ambtelijke bediening en bij het leren in de huizen en bij de kranken. De Heere aldus spr. vei­vulle al uw nooddruft. De gemeente zong de nieuwe Leraar Ps. 119 : 9 toe waarna Ds van Dijk eindigde met dankgebed. De slotzang was Ps. 97 : 1.

De Intredie Des avonds te 6 ure had de intrede plaats. Mede aanwezig was hierbij Ds de Lint, Predt. bij de Ned. Herv. Kerk; Ds M. Arntzen, predt. bij de Ger. Kerk te A. J. Polder; als vertegenwoordiger van de Ger. Gemeente ouderling Joh. van Hekken; namens de burgerlijke gemeente Burgemeester de Jonge en de beide Wethouders van Nieuwenhuijzen en Mol. Aangevangen werd met het zingen van Ps. 119 : 29 en 30, waarna de 12 artikelen en 2 Cor. 5 werden gelezen.

Ds D. van Leeliwen sprak daarna het votum en de zegen uit. In zijn voorrede ontvouwde hij zijn komst naar St. Philipsland. Enerzijds was dit een pijnlijke weg om Loenen, na 7­jarige arbeid te moeten verlaten. Verblijdend anderzijds, daar hij zich bewust was, dat het de weg was hem door God aangewezen. Reeds in Januari 1949 was de gemeente hem op het hart gebonden en sedert de aanname van het beroep zag hij er naar uit, zijn dienstwerk aan te vangen. Hoewel St. Philipsland hem niet geheel vreemd is, staat hij hier toch voor de eerste maal als wettige herder en leraar; de Heere mocht over do arbeid zijn gunst g'oven en Zijn Geest niet onthouden.

^van Christus" wege, alsof God door ons Wanneer spr. op het verleden, op het heden en de toekomst ziet, is hij vervuld met verschillende gevoelens. Hij vraagt degenen die bidden geleerd hebben hem te dragen op de vleugelen des gebeds, wat ook in het verstandelijk bidden niet dient te worden onthouden. Z.Eerw wil zijn dienstwerk in do gemeente aanvangen met een woord uit ß Cor. 5 : 20: ,,Zo zijn wij dan gezanten bade; wij bidden van Christus wege' laat U met God verzoenen". Spr. beziet daarin Paulus' opdracht, waartoe hij is uitgezonden" en staat stil bij: I. Van wie hij deze opdracht ontvangen heeft; II. Op de veel omvattende en rijke inhoud van deze opdracht.

Na het gebed werd eerst gezongen Ps 66 : 2 waarna spr. in een forse, gloedvolle predikatie bij elk der punten stilstond. Ons verslag zou te lang worden om deze predikatie volledig weer te geven. Van elk dus maar een enkele greep. Deze punten ontvouwende, zei spr.,

Deze punten ontvouwende, zei spr., dat de Apostel Paulus de gemeente van Corinthe eerlijk had behandeld. Ze waren overgegeven aan vele dwaalleringen en als een getrouw herder kwam hij op de grote gevaren daarvan te wijzen en op het onterende van het vrije Souvereine werk, dat in Christus is. Hij vermaande, en onderwees maar trooste ook het strijdende en lijdende volk. Paulus was een Christus­prediker; die Christus uitdroeg, niet in de lijn der algemeene verzoening, maar voor een arm volk, dat aan zichzelf ontdekt, rouwklaagt over hun in­ en uitleving. Voor zulken was hij een aangename Chri.stusprediker. Wilt ge rust, "troost, vrede, geloof dan in den Heeie Jezus Christus. Dat is geen gemakkelijk werk. In Jezus geloven is geen viucht van 't verstand, maar van den H. Geest. Wie dat geloof hooft, gaat leren zich er buiten te zetten, zijn zaligheid alleen van Hem te verwachten. En waar die rijkdom nu zo groot is begint Paulus dat uit te dragen: Wij bidden U van Christus' woge, laat U met God verzoenen!

De opdrachtgever was de Heere Jezus Christus. Zowel voor de apostelen als oolv voor Zijn knechten. Hij zendt ze uit, onderwijst ze en maakt ze bekwaam tot het werk dor bediening. Een machtig veld van voorbeelden opent zich, als spr. beziet, wat de Heere Zijn knechten in alle omstandigheden schenkt. In slagen, in gevangenissen, was Paulus geweest, dat was zijn oefenschool, waarom hij de Christus der Schiiften zo uitnemend prediken kon. Hij was oen trouw gezant die zijn roeping trouw vervulde. Dit hebben als Gods waar geroepen knechten te doen. Spr. schetst dan met een enkel woord, hoe hij Christus ook in zijn hart Zijn heerlijkheid kwam te openbaren en kwam weg te schenken, zó, dat hij wel wenste ontbonden en met Christus te zijn. Maar de Heere had wat anders mot hem voor. Hij kwam hem ,,na deze dingen" de opdracht te geven die rijkdom uit te dragen en op plm. 50­jarigo leeftijd te vervullen v/at hij als kind had begeerd. Die Christus, als de enige gi'ond der verlossing wil hij nu prediken on hij is verblijdt dat hij nu hier staan mag en uitroepen: „Zo zijn wij gezanten van Christus wege, biddende uit en door en tol God, dat onbekeerden met God mogen worden verzoend. Ben opdracht om lot een verloren geslacht te zeggen, dat Christus is wachtende om hun .schuldige zielen te verlossen. <►

Spr. legt het in de gemeente neer, wat het zeggen wil op zo grote zaligheid geen acht te geven. Hij schildert de diep gevallen staat van de mens in zijn natuurstaat en wat hot zeggen v/il dit God zo diep afdaalt en met het aanbod van genade komt en laat uitroepen: Laat U met God verzoenen! Er is een weg der ontkoming mogelijk. Spr. gaat de gangen na, die Gods volk hierin beleefd en stalt de zoetigheid uit, die er in de Borg en Middelaar te vinden is. Dien Christus wil hij verkondigen aan arme, verloren zondaren. Niet in wijsheid van woorden is hij gekomen, maar om in allo eenvoutligheid heen te wijzen naar het Kruis van Golgotha, dat alleen in Hen verlossing rust on vrede te vinden is.

Na het zingen van Ps, 89 : 7 voljjen de gebruikelijke Toespra'keii.

In de eerste plaats richt spr. zich tot zijn bevestiger Ds van Dijk van Capelle a.d. IJssel en dankt hem hartelijk voor de wijze waarop hij hem tot zijn dienstwerk heeft ingeleid. Hij bidt hem Gods zegen toe op zijn arbeid. Ook dankt hij de plaatselijke ijredikanten, dat ze hem de eer aandoen tegenwoordig te zijn. Hij hoopt niet' tegenover hen te staan in haat en vijandschap. Ik heb mijn standpunt zegt spr. en U ook en als er grond voor is in Gods getuigenis is de mogelijkheid op sommige punten saam te werken niet uitgesloten. Plij hoopl met hen to kunnen spreken ovc de lijl'^dom der verzoening die God in ChrlbUis persoonlijk in hun harten hoeft gelegd. Het Bestuur en Personeel dor Christelijke School toesprekende hoopt hij op een goede samenwerking en wenst dal hij met hen in de opvoeding der kinderen op het enige Fundament bouwen mag.

Dat zij­maar veel onderwijs van Bogen ontvangen en de Heere hot onderwijs tot rijken zegen stellen mag. Burgemeester en Wethouders dank hij voor hun tegenwoordigheid. Hij bevoelt zich met zijn echtgenote bij hon aan en stelt zich gaarne onder hun Bestuur. Met hen hoopt hij het goede voo do gemeente te zoeken. Als U zegt spr. do gemeente bestuurt naar het Woord Gods hebt U mij voor 100'/ mee, maai zo niet, dan voor 100% tegen. De Hoere geve U genade, wijsheid en verstand om het volk te leiden in de le'chtc paden naar luidt van Gods getuigenis. Ook de kerkeraad en vele vrienden uit Loenen 'spreekt hij toe on veizeker hen nogmaals zijn medeleven. Hij dank hen hartelijk voor de betoning van hun vriendschap. Do kerkeraad ter plaatse bidt hij toe

Do kerkeraad ter plaatse bidt hij toe dat God hen in liefde mag samenbinden om samen te arbeiden in de gemeente die aan hun zorg is toevertrouwd. Hi hoopt, dat ze hem in zijn gebreken zullen verdragen, en dat Gods gunst ove zijn komen naar St. Philipsland mag openbaar komen.

Ook de gemeente vraagt hij hem te willen verdragen en te dragen op de vleugelen des gebeds. Hij hoopt aan hen te wolden gebonden met de band der liefde. Hij is niet gekomen om oude koeien uit de sloot te halen, maar me de opdracht dat er voor verloren zondaren verzoening is in het bloed van Jezus Christus. Boven alle geschillen staat dit éne geschil, dat we met God zullen moeten verzoend.

zullen moeten verzoend. Verder spreekt hij de catcchisanten toe, kerkmeester en koster en tenslotte zijn echtgenote die hij do gemeente in liefde beveelt.

Ouderling de Brabsr spreekt namens kerkeraad en gemrente de nieuwe Leraar toe. Hij gewaagt er van, dat Gods barmhartigheden nog roemen tegen het oordeel door het .schenken van hem als leraar. Hij hoopt dat gemeente en leraar aan elkaar mogen worden gebonden in liefde en hij mag worden gesteld als een middel om blinde zielsogen te openen, Gods volk te troosten en Gods eer te bedoelen. Zich richtend tot de gemeente zegt spr.: ontvangt hem in liefde. Eer hem, om zijns Werks wil, vereer hem niet. Ook mevr. V. Leeuwen roept hij een welkom toe en hoopt dat zij een open hart mag hebben om de noden dbr gemeente mede te di'agen.

Als voorzitter van het Schoolbestuur beveelt hij verder de Chr. School in zijn bijzondere aandacht aan.

Burgemeester L. de Jolige spreekt hem namens het gemeentebestuur en als Hoofd van de Burgerlijke gemeente toe. Hij hoopte dat ei' tussen hon, waar ze met elkaar in aanraking zouden komen een goede samenwerking mag zijn en ook en vooral, dat zegen tip zijn aibeid mocht rusten.

De Ger. predt. Ds M. Arntzen van A. J. Polder bracht zijn gelukwensen over mede namens zijn Herv. collega. Ds de Xjint. Voorts voerden nog het woord Ds van Dijk van Capelle aan de IJs'sel en een ouderling van zijn vorige gemeente uit Loenen aan de Vecht.

De zegenbede uit Pa. 121 : 3 en 4 werd hom door de gemeente toegezongen, waarna Ds v. Leeuwen met een kort dankwoord voor de gesjiroken wooiden besloot.

De slotzang was Ps. 122 : 3 waarna Ds v. Leeuwen voor de eerste maal Cc zegen op de gemeente legde.

Het was een blijde en betekenisvolle dag voor de Oud Gor. Gemeente te ,St. Philipsland.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 22 maart 1950

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's

Bevestiging en intrede van Ds D. van Leeuwen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 22 maart 1950

Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's