Enkele kanttekeningen bij de resultaten van de volkstelling, die op 31 Mei 1947 in Oude Tonge gehouden werd
Op de bewuste teldatum werd Oude Tonge bewoond door 1547 mannen en 1518 vrouwen, hetgeen dus een totaal oplevert van 3065 personen. Aangezien wij hier wederom met een gemeente te maken hebbeu uit het zgn. „natte gebied" moeten wij ook hier vaststellen, dat de totale bevolking sedert 1930 gedaald is, want bij de volkstelling, die op 31 December 1930 plaats vond werden 3089 inwoners (1574 mannen en 1515 vrouwen) geteld. Het spreekt wel haast van zelf, dat in de tijd van een halve eeuw het aantal inwonenden wel toegenomen is, want in 1899 bedroeg het getal der ingezetenen 2758 (1375 mannen en 1353 vrouwen). In de tijd van een halve eeuw nam de bevolking toe met ruim 11%, hetgeen een geringe stijging genoemd moet worden.
In 1947 woonden 2541 personen, d.i. bijna 83% in de kom der gemeente (in 1899 was dit ongeveer 75%), 436 mensen waren gevestigd in verspreide huizen, hetgeen neerkomt op 14% (in 1899 bedroeg dit 20%) en waren 88 personen ondergebracht in schepen, welk aantal in 1899 nog 136 bedroeg. Het percentage inwoners, dat buiten de kom gevestigd is moet voor Goeree Overflakkee groot genoemd worden.
Bij de laatste volkstelling werden 68 alleenwonenden (27 mannen en 41 vrouwen) geregistreerd, welke cijfers in 1899 bedroegen: 47, 18 en 29. In die dagen waren in de gemeente nog aanwezig een weeshuis en een tehuis voor ouden van dagen in welke inrichtingen 9 personen verpleegd worden, terwijl 12 personen, die niet behoorden tot degenen, voor wie die inrichtingen bestemd waren, in deze woningen aanwezig waren. In 1947 was geen enkele dezer inrichtingen meer aanwezig. Bij de laatste volkstelling bleek, dat
Bij de laatste volkstelling bleek, dat 2997 personen in gezinsverband leefden. Onder hen werden 691 mannen en 51 vrouwen aangetroffen, die als gezinshoofd geregistreerd werden, zodat in deze gemeente 742 gezinnen gevestigd waren. In 1899 werden in Oude Tonge geteld 575 gezinnen, waaruit blijkt, dat in een halve eeuw het aantal huisgezinnen gestegen is met 29%.
In 1947 waren in die gezinnen opgenomen 1522 eigen-, pleeg- en stiefkinderen, terwijl dit in 1899 het geval was met 1413 jongeren. In 1947 werden dus in 10 gezinnen gemiddeld bijna 21 kinderen en in 1899 bijna 25 kinderen aangetroffen. Ook in deze gemeente daalde dus het aantal inwonende kinderen.
Hoe het in Oude Tonge staat met de opbouw der bevolking volgens verschillende leeftijdsgroepen is in onderstaande tabel na te gaan.
Bevolkingsoplwuw vam Oude Tonge
Leeftijd 31-12-1879 31-12-1930 31-5-19'17 0-10 jaar 24.6 20.5 21.3 10-20 jaar 19.6 19.6 17.7 20-30 jaar 15.0 15.0 12.7 30-40 jaar 12.1 11.9 14.1 40-50 jaar 11.5 11.1 12.0 50-60 jaar 9.0 10.0 8.7 60-70 jaar 6.(J 6.3 7.4 70-80 jaar 1.8 4.2 4.6 80 jaar en ouder 0.4 1.4 1.5
Het percentage jongeren is ook hier in dalende lijn, hetgeen vooral geldt voor hen, die behoren tot de leeftijdsgroep, van 10 tot 30 jaar. Het percentage der ouderen is gestegen, waarbij echter een uitzondering gemaakt moet worden voor hen, die behoren tot de leeftijdsgroep van 50 tot 60 jaar. De groei der verschillende leeftijdsgroepen kan bestudeerd worden aan de hand van het onderstaand staatje, waarin indexcijfers opgenomen zijn.
Indexcijfers der bevolldng van Oude Tonge
0-10 jaar 10-20 jaar 20-30 jaar 30-40 jaar 40-50 jaar 50-60 jaar 60-70 jaar 70-80 jaar 80 jaar en ouder totale bevolking -12-1879 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 31-12-1930 95.3 114.2 113.0 112.5 108.9 126.9 122.2 263.3 381.8 114.0 31 5-1947 98.4 102.5 95.3 135.5 116.2 109.4 140.1 287.7 409.0 113.1
Wanneer de beide eerste kolommen bezien worden blijkt, dat de groep personen van O tot 50 jaar minder sterk toegenomen is dan de stijging der totale bevolking zou doen verwachten, hetgeen niet gunstig geacht mag worden. Dit oordeel wordt dringerder, wanneer gelet wordt op de sterke daling der groep der jongsten. Wel is waar is die groep nadien wederom in betekenis gestegen, maar bij vergelijking van de eerste en derde kolom blijkt, dat de groepen van O tot 10 en van 20 tot 30 jaar in 1947 van geringere betekenis zijn dan dit in 1879 het geval was. De gedwongen evacuatie is hieraan niet vreemd, want vele jongeren keerden blijkbaar niet terug naar de zozeer geteisterde gemeente. Niet alleen deze leeftijdsgroepen bleven weg, maar dit was eveneens het geval met de personen, die behoorden tot de leeftgdsgroepen van 10 tot 20 en die van 50 tot 60 jaar. De bevolkingssamenstelling ondervond dus zeer ernstige gevolgen van die gedwongen evacuatie. Welke leeftijdsgroepen ook vertegenwoordigd zijn, blijkt wel uit onderstaande gegevens, waarin van de bevolking, die op 31 Mei 1947 in Oude Tonge verblgf hield de aantallen, die in een bepaald jaar geboren zijn aangegeven zijn.
Geboortejaar Aantal personen 1947 (5mnd.) 38 1946 95 1945 47 1944 72 1943 61 1942 66 1941 59 1940 79 1939 54 1938 43 19B7 68 Geboortejaar 1927 1926 1925 1924 1923 1922 1921 1920 1919 1918 1917 Aantal personen 56 35 42 31 48 37 38 38 46 30 35
Gering zijn de aantallen personen, die geboren zijn in 1945, 1938, 1926, 1924 en 1918 (een jaar, dat overal lage cijfers vertoont.) Het spreekt vanzelf, dat vele jongeren buiten de gemeente geboren zijn, want van hen, die in de provincie Groningen geboren zijn - 8 -zijn 5 kinderen in 1940 of later ter wereld gekomen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 november 1949
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 november 1949
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's