Geloof onder vuur
#14 Doch ik bewaarde dat woord in mijn hart
Jessica is na een verkeersongeval opgenomen in het ziekenhuis. Mentor De Groot en Jesse bidden voor Jessica. De volgende morgen ontwaakt Jessica en na onderzoeken wordt vastgesteld dat er geen schade aan haar gevonden wordt.
Woensdagmorgen – huize Van Vuren
Jesse ziet en hoort dat er een bericht binnenkomt op zijn telefoon. Zou het over Jessica gaan? Ja, het is zijn mentor.
Meneer De Groot: “Goedemorgen 3v1! Zojuist werd ik gebeld door Jessica’s vader. De onderzoeken zijn afgerond. Er is geen schade aan haar gevonden. Jessica mag vandaag naar huis. De Heere heeft onze gebeden willen horen! Daar mogen we dankbaar voor zijn! Tot straks!” Jesse staart naar het schermpje. Diepe dankbaarheid stroomt door hem heen. “Dankuwel Heere”, fluistert hij. Dan loopt hij naar zijn bureau. Daar staat de foto die hij van Jessica gemaakt heeft toen hij vogels aan het spotten was. Hij heeft de foto uitgeprint. “Je bent er nog Jessica”, fluistert hij en raakt de foto even aan.
Zaterdagavond 20:00 uur – Gouda, huize Verdoold
“Dag Jessica, hoe gaat het met je?” Dominee Van Dam kijkt Jessica onderzoekend, maar vriendelijk aan. Jessica antwoord beleefd dat het wel gaat. Aan het einde van het korte gesprek stelt de dominee dezelfde vraag als de arts in het ziekenhuis: “Jessica, en als het nu eeuwigheid was geworden?” Jessica voelt dat het bloed naar haar wangen stijgt en zwijgt. De dominee pakt zijn Bijbel, opent die en leest uit Spreuken 8:17: Ik heb lief, die Mij liefhebben; en die Mij vroeg zoeken, zullen Mij vinden. Daarna dankt hij met het gezin de Heere voor Zijn bewaring en vertrekt.
22:00 uur – Jessica’s kamer
Jessica ziet een appje van Jesse binnenkomen.
Jesse: “Hoi Jessica, hoe gaat het nu met je?”
Jessica: “He Jesse! Ja, wel goed hoor!”
Dan krijgt ze een bericht waar ze heel warm van wordt: Jesse: aan het typen…
Zondagmorgen – Gouda, huize Verdoold
“En als het nu eeuwigheid was geworden?” Het lukt Jessica niet de vraag van de arts en van haar predikant kwijt te raken. De afgelopen dagen heeft ze rustig aan gedaan en is ze verder hersteld. Haar gedachten hebben echter niet stilgestaan. Veel heeft ze nagedacht over haar eeuwige bestemming. Eeuwigheid, wat is dat eigenlijk? Zonder begin en zonder einde. Zover was ze al. En God is eeuwig, dat weet ze ook van de catechisatie. Volgens dominee Hellenbroek was het ‘een onmededeelbare eigenschap.’ Ze had haar boekje erbij gepakt en hoofdstuk 3.3 opgezocht:
Waarom worden die eigenschappen onmededeelbaar genoemd?
Omdat er geen enkele gelijkheid van is in enig schepsel. In de kantlijn staan haar aantekeningen: ‘Dat betekent dat deze eigenschap niet bij een mens te vinden is. God is eeuwig, wij tijdelijk.’ En toch had ze haar predikant horen zeggen dat ook zij geschapen was om eeuwig te leven. En haar vader had trouwens ook iets moois gezegd toen ze hem ernaar had gevraagd: “Right now counts forever”. Dat betekent zoiets als: “Wat je nu doet heeft eeuwigheidswaarde.”
Ze had met Jesse geappt. Hij had haar verteld dat hij een foto van haar op zijn bureau had gezet toen ze in het ziekenhuis lag, dat hij voor haar gebeden had en dat hij zijn vinger gelegd had bij een tekst uit Daniël: Er werd geen schade aan haar gevonden. Hij had haar ook aangeraden een schrift te gebruiken en daar notities in te maken over haar vragen en antwoorden. Dat deed hij ook. Die raad heeft ze in ieder geval dankbaar aangenomen. Jessica zit al peinzend op de bank, schrift in de aanslag. Haar ouders, broer en zus zijn naar de kerk. De laptop is voor haar klaargezet. “Gemeente, de dankzegging is gevraagd voor Jessica Verdoold. Jessica is bij een verkeersongeval op weg naar school wonderlijk gespaard door de Heere.”
Jessica bidt mee met een brok in haar keel. Tijdens het gebed komt opnieuw de vraag terug in haar gedachten: “En als het nu eeuwigheid was geworden?”
Maandagmorgen – Jessica op weg naar school
Het is een stralende lentemorgen. De zon schijnt uitbundig. Jessica fietst rustig naar school. Ze heeft geen behoefte aan muziek. Haar telefoon had ze van de politie teruggekregen. Hij was zwaar beschadigd. Haar witte oortjes waren vermorzeld. Daar waren zware, zwarte autobanden overheen gereden. En weer komt de vraag bij haar naar boven: “En als het nu eeuwigheid was geworden?” Ze probeert haar gedachten wat te verzetten. De vogels laten hun morgenzang horen.
Over muziek gesproken. Ze lacht om zichzelf. Jessica die naar de vogeltjes luistert, wie had dat gedacht? Jesse zou het vast leuk vinden. Hij weet waarschijnlijk ook hoe al die verschillende vogels heten. Zij heeft geen idee. Kwetterend vliegt er een kleine, zwarte vogel voorbij met witte stippen op zijn veren. Jessica hoort een auto optrekken en kijkt naar links. Niet teveel dromen nu. De klap staat nog vers in haar geheugen. Gevaar geweken. Rechts van haar komt in grote bogen een vogeltje voorbij met een zwart petje op lijkt het wel. En vliegt er daar één met een blauwe pet? Zal wel familie zijn. En die zwarte vogel met dat gele snaveltje, die kan mooi zingen zeg! Toch leuk al die verschillende vogeltjes, denkt Jessica en glimlacht even ondanks de spanning. Ze zal straks wel in het middelpunt van de belangstelling staan en daar kijkt ze niet naar uit. Ze heeft een voorgevoel dat ze radicale keuzes moet gaan maken. Als ze het plein op loopt wordt ze direct op de proef gesteld.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juli 2022
Daniel | 36 Pagina's