Generaties-2
Nadenkend over dit onderwerp, moest ik terugdenken aan de reeks geslachten die ik in mijn ambtelijke leven ontmoet heb. Er is in de wereld veel veranderd, maar dat geldt ook van de mensen.
Ik begin dan ongeveer tachtig jaar geleden. De meeste mensen hadden toen geen opleiding gehad. Het waren eenvoudige mensen, die echter juist wel weer heel veel van de Bijbel wisten. Bijbel en kerk bepaalden hun horizon. Er waren vrijwel nog geen auto’s, de radio was wel in opkomst, maar er bestond nog geen TV. Qua omstandigheden een heel andere wereld dan nu. Standaardisering was ook nog maar nauwelijks aan de orde. Dus: men werd nog niet gekweld door de eisen waaraan de doorsnee mens nu moet voldoen. Onderwijs en media bepalen nu hoe de massamens eruit moet zien. Deze verschillen van toen en nu zijn niet gering, ook niet in de bepalende factoren voor het menselijk gedrag. Toen de Televisie opkwam, bestonden er grote bezwaren tegen dit middel. Maar de drang werd steeds groter om daar positieve kanten aan te ontdekken. Dus drong dit middel langzaam maar zeker de kerken binnen. De geschiedenis heeft de schadelijke gevolgen inmiddels duidelijk aangetoond. Het gevaar van de Televisie zagen we vooral in de verstrooiende programma’s. Geweld en seks werden terecht gezien als grote gevaren voor jong en oud. Maar ook het journaal en de nieuwsgaring maken van de mens een kuddedier, dat het kenmerk vertoont van de moderne algemeenheid. Daarom waren er destijds voor de komst van de TV meer authentieke mensen, met een eigen opstelling. Zelfs allerlei radioprogramma’s werden vanaf de kansel genoemd en er werd tegen gewaarschuwd. Er was ook nog vrijwel geen opdringerige muziek en de behoefte daaraan bestond nauwelijks. Kunt u zich een wereld voorstellen waarin al de moderne “verworvenheden” afwezig waren? Beseffen we wat dit betekende voor de gezinnen? Er was tijd voor ontmoeting, voor opbouwende gesprekken, voor het samen zingen rond het harmonium. Waar jongeren nu vooral bekend zijn met de keet en de disco, was het vroeger vooral de kerk en de vereniging die jongelui boeiden. Begrijp me goed: ik zeg niet dat de tegenwoordige kerkelijke jeugd zich massaal aan deze gevaren overgeeft, maar onze wereld lokt en trekt hen wel aan alle kanten. Daarbij was het een arme tijd. Producten die na-oorlogs werden genoemd, hielden het niet lang uit. En natuurlijk geen lokkende winkelramen of verleidelijke advertenties.
U kunt zich voorstellen dat de geestelijke beleving in die dagen anders georienteerd was. Het volk van die dagen werd niet zo gehinderd door de wereldse verzoekingen als onze generatie. Nu ik me deze dagen in herinnering roep, raak ik te meer onder de indruk van het grote verschil en de grote verandering die er gaapt tussen toen en nu. Begrijpelijk dat de Heere en Zijn dienst een groot stempel zetten op het geslacht van toen. Dat was wel het grootste kenmerk: meer dan nu was het geloof in God overweldigend en beheersend aanwezig. De vromen van toen waren mensen die in hart en hoofd meer ruimte hadden voor de eeuwige dingen. De eindigheid en vergankelijkheid van het leven hielden de mensen klein en dicht bij de grond. In zo’n omgeving krijgt het geloof en het leven uit genade betekenis. Er was minder concurrentie en mededinging van wereldse verzoekingen en satanische bestrijding. Ik hoef nauwelijks te zeggen dat onze jongeren en ook de ouderen nu leven in heel andere tijden. Tijden die dan wel sterk doen denken aan de verschijning van de beesten uit Openbaringen.
De mensheid van toen was even zondig en goddeloos als de mens van nu, maar de gelegenheid tot zondigen deed zich minder voor. De mensen van toen zagen er over het algemeen ook anders uit dan nu. Ik doel niet alleen op de eenvoud in de kleding. Ik heb zelf de neiging om, als ik bijvoorbeeld wandel, een glimp op te vangen van het gelaat van de mensen die je ontmoet. Je komt op straat veel mensen tegen, die een vlakke oogopslag vertonen. Anderen stralen een zeker verdriet uit en je kunt waarnemen dat ze het moeilijk hebben. En natuurlijk zijn er ook vele anderen, die de wereld in heel hun doen en laten omarmen.
Het vrome volk uit die dagen straalde menigmaal iets uit van de innerlijk doorleefde vrede. Ik werd als kind geboeid door de spontane en eenvoudige gesprekken die gevoerd werden tijdens huiselijke bijeenkomsten. Familiedagen die gehouden werden, konden meermalen getuigen van de tegenwoordigheid van de Heere. Zowel in Middelharnis als in Harderwijk hoorde ik vertellen dat de spelende kinderen op straat hun spel staakten als er een kind van God aan kwam.
Het is niet mijn bedoeling de tijden en de mensen van toen op een voetstuk te plaatsen. Ik bedoel slechts aan te geven dat onze dagen vergeleken met toen, veel meer hindernissen en blokkades opwerpen voor het geloof in God. Je kunt de kerkganger van toen en die van nu niet zo maar met elkaar vergelijken. Dit alles maakt duidelijk dat wij nu leven in de laatste dagen. En zeker, ook toen waren er schaduwen en gebeurden er heel wat goddeloosheden. En het zien van de gedecimeerde Kerk tegen deze achtergrond geeft te meer verwondering dat er ook nu nog mogen zijn die oprecht de Heere dienen, al is de uitstraling daarvan anders dan toen.
Toch moet er bij alle verschillen, wel eenzelfde lijn lopen die ons met hen verbindt. Want de Heere is gisteren en heden Dezelfde en tot in der eeuwigheid. Laten we nooit denken dat God mee verandert met de tijden. Denk aan de vraag van Eliza: Waar is de God van Elia, ja Dezelve?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 2021
Bewaar het pand | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 2021
Bewaar het pand | 12 Pagina's