Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Werk En De Kerk Van De Verhoogde Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Werk En De Kerk Van De Verhoogde Christus

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder de stemmen die in het verleden van onze kerken hebben geklonken, is ook die van prof. P.J.M. de Bruin (1868-1946). Over zijn leven en betekenis voor onze kerken verscheen in 2006 een leerzaam artikel in ‘Oude Paden’, van de hand van prof. dr. A. Baars. Een mooi boekje van prof. De Bruin is ‘Het formulier van den kinderdoop’ (Dordrecht, 1937). Als ik me niet vergis, wordt het nog steeds door sommige kerkenraden aan de doopouders gegeven. Hieronder – in verband met de periode van het kerkelijk jaar – een vragenbeantwoording door hem in De Wekker (1905) over Psalm 110: 3: ‘Uw volk zal zeer gewillig zijn op den dag Uwer heirkracht, in heilige sieradiën; uit de baarmoeder des dageraads zal U de dauw Uwer jeugd zijn.’ | ds. A.J.T. Ruis

Aan Gods rechterhand

Wij hebben in bovengenoemde psalm een van de Messiaanse profetieën. David voorspelt hier het zitten ter rechterhand Gods van de verheerlijkte Middelaar, tot Wie de HEERE (Hebreeuws: Jehova) gesproken heeft: ‘Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten.’

Davids Heere (Hebreeuws: Adonaï), tot Wie Jehova sprak, is de Messias, zoals de Heiland Zelf dit tekstwoord verklaarde bij Zijn rondwandeling op aarde, toen Hij zei: ‘Is de Messias Davids Zoon, hoe noemt David Hem dan zijn Heere?’

Deze Messias, aan de rechterhand des Vaders gezeten, zal eenmaal over al Zijn vijanden triomferen. Hij zal ook Zijn koninkrijk uitbreiden, de scepter van Zijn Woord zenden uit Sion en vanuit Jeruzalem Zijn rijk over de aarde uitbreiden. Hij zal heersen in het midden van Zijn vijanden, ze onderwerpen, ze maken tot Zijn onderdanen.

Gewillig

En waar de Messias dan optreedt in Zijn kracht, daar zullen Zijn onderdanen zeer gewillig zijn Hem te volgen. Waren zij vroeger wederspannig en wederhorig, waar de Heere opstaat en ze onderwerpt, daar worden zij zeer gewillige dienaren. De Heere heeft een gewillig volk, dat op de dag van ‘s Heeren heirkracht, als Hij hun te sterk wordt, vraagt: Heere, wat wilt Gij dat wij doen zullen?

En niet alleen heeft die aan ‘s Vaders rechterhand gezeten Messias een gewillig volk, het is ook een heerlijk volk, gekleed in heilig sieraad. Gods kinderen dragen het kleed van de godsvrucht en van het geloof, het kleed van ootmoed en nederigheid. Ja meer, waar Christus ze kocht met Zijn bloed, daar kleedt Hij ze ook met het kleed der gerechtigheid, dat Hij hun verwierf.

Met wat voor schone kleuren ziet David hier het rijk van de verheerlijkte Messias. Hij ziet de onderdanen van Christus als een gewillig gemaakt, met genade bekleed volk in groten getale schitterend als diamanten aan de kroon van de Middelaar.

Dauwdruppels

Dit doet hem dan ook uitroepen: Uit de baarmoeder des dageraads zal u de dauw uwer jeugd zijn. Hij wil zeggen: evenals de dageraad de dauwdruppels voortbrengt, zo ook doet het komen van de dag van ‘s Heeren heirkracht een leger van schitterende, geestelijke, in heilig sieraad blinkende strijders ontstaan. De dageraad brengt de dag voort, en met de dag ook de dauw, die de dageraad vergezelt. Zo is het in de natuur. Eerst schemering, dan dageraad, dan opgang van de zon en de nieuwe dag is verschenen. Maar bij dat licht van de nieuwe dag wordt ook iets gezien, dat eerder in het donker niet zichtbaar was, namelijk de heerlijke, fonkelende dauwdruppels, die als het ware door de dageraad worden gebaard.

Welnu, zo is het ook met het geestelijk zaad van Abraham, met de gewillig gemaakte kinderen van God. Als de dag van ‘s Heeren heirkracht aanbreekt, dan ziet men ze schitteren als een uitgebreid veld van dauwdruppels op een door de zon beschenen aarde. Dit door Christus herschapen volk is de dauw uwer jeugd. Dit ziet op de volle kracht en vruchtbaarheid van Gods volk, zegt Da Costa, want dauw en jeugd duiden de versheid, frisheid en nieuwheid aan van de wedergeboorte.

Luther vertaalt ons tekstwoord zo: ‘Uw kinderen worden U geboren, zoals de dauw uit de dageraad.’ Het ziet dus op de talrijkheid en heerlijkheid van de wedergeborenen, die de Heere Jezus onder de nieuwtestamentische dag zal roepen, wanneer Hij, aan ‘s Vaders rechterhand gezeten, vandaar de scepter zendt en heerst in het midden Zijner vijanden.

Gods hand en Gods werk

De dauwdruppels, voortgekomen uit de baarmoeder des dageraads en gezien bij het geboren worden van de nieuwe dag, zijn niet alleen schoon, maar ook van goddelijke afkomst. Geen mensenhand heeft ze ‘s nachts gestrooid en aan de halmen van het gras gehecht, maar de Heere deed ze zonder menselijk toedoen ‘s nachts ontstaan. Zo ook is het met het volk des Heeren op de dag van ‘s Heeren heirkracht. Zij zijn enkel Gods werk, ontstaan door het wonderwerk van vrije genade en ze blinken bij het opgaan van de dag van ‘s Heeren heirkracht u tegen als een heilig volk, een verkregen volk, een koninklijk priesterdom, waarvan gezegd moet worden: ‘Wie heeft Mij dezen gegenereerd?’

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 mei 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's

Het Werk En De Kerk Van De Verhoogde Christus

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 mei 2021

Bewaar het pand | 12 Pagina's