Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

WERKT!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

WERKT!

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Werkt niet om de spijs, die vergaat, maar om de spijs, die blijft tot in het eeuwige leven, welke de Zoon des mensen ulieden geven zal; want Dezen heeft God de Vader verzegeld. Zij zeiden dan tot Hem: Wat zullen wij doen, opdat wij de werken Gods mogen werken? Jezus antwoordde en zeide tot hen: Dit is het werk Gods, dat gij gelooft in Hem, Dien Hij gezonden heeft. Johannes 6:27-29

Er zijn mensen, die leven om te werken. Ze zijn er in deze gejaagde tijden bij bosjes. Tegelijk kun je je verbazen dat er zo weinig mensen zijn die werken. Op een zomerdag zitten alle terrasjes wereldwijd vol met vrijetijdse mensen.

Werken, het is een veelzijdig thema.

Ook in de kerk. Het werkhuis doet ons Rooms aan. Plichten rieken naar activisme. Zijn veel kerkbanken echter ook niet veranderd in vrolijke terrassen van onbezorgde genieters?

Werkt!

Toch een Bijbels woord. Uit de mond van Jezus! Het gaat dan niet om aards brood, maar om geestelijk brood, het brood der genade. Voor het dagelijks brood mogen we bidden en we moeten er ook voor werken. Dat is de eerste lijn uit deze woorden. Wij moeten getrouw zijn in ons Goddelijk beroep. Het lijkt erop, dat de Heere hier deze manier van werken afkeurt, maar dat kan niet de bedoeling zijn. We moeten echter daarin niet zodanig werken en bezig zijn, dat we geen hogere bezigheden meer kennen. In de scheppingsopdracht heeft de Heere opgeroepen getrouw te zijn in ons dagelijks werk.

Nu geeft de Heere in een tweede lijn aan, dat we vooral oog moeten hebben voor de spijs die blijft tot in eeuwigheid. Een Luthers predikant meende in de lijn van Luther te zijn, toen hij op zijn sterfbed de Heere dankte dat hij nooit vervallen was tot het doen van goede werken. Dat leek hem Rooms toe.

Werkt Uw zaligheid met vrezen en beven. Volgens de apostel houdt die verplichting nooit op. Gods kinderen gaan niet met pensioen, Gods knechten zijn in die zin nooit uitgediend. Maar hoe zullen we hier moeten onderscheiden. Komt Gods kind ooit uit boven de neiging om weer terug te vallen in het doen van de werken der wet? Komt u die neiging niet van dag tot dag tegen in uw hart? We zijn zo geneigd om buiten het volbrachte werk van Christus zelf te werken om loon. En wat levert dat werken een onrust en een onzekerheid op. Zulk werken vervalt tot harde slavendienst. Daar moet telkens weer tot het slavenvolk geroepen worden: O gij uitzinnige Galaten, wie heeft u betoverd?

U kent misschien het voorval van die slaaf op de slavenmarkt. Een nieuwe meester zou hem kopen. Hij stond voor hem en betaalde de prijs. En toen, tot ieders verrassing, bood hij hem de vrijheid. Daarop viel de slaaf voor zijn nieuwe meester neer en riep uit: Goede meester, mag ik u dan mijn verdere leven uit liefde dienen?

Hij toog aan het werk, maar niet meer om loon, maar uit dankbaarheid. Dat is de rechte gezindheid, waaruit het werken opkomt.

In het slavenleven kan een mens ver komen. De Joden uit het teksthoofdstuk hadden daar iets van. “Wat zullen wij doen opdat wij de werken Gods werken mogen?” Helaas waren zij daar door de Farizeeën in opgevoed. Zij verstonden onder de werken Gods het dienen om loon.

Toch is dit een prangende vraag. Hoe zullen we toch de werken Gods mogen werken? In de heiliging van het nieuwe leven komt die vraag ook op, anders dan bij deze Joden. Kohlbrugge zou geschrokken zijn van zo’n vraag. Maar de vraag blijft toch altijd leven: Leer mij, o God van zaligheden, mijn leven in uw dienst besteden.

Hoe verrassend is dan toch het antwoord: Dit is het werk Gods dat gij gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft. Hier wordt het geloof een werk genoemd, maar dan nader bepaald een werk Gods. De derde lijn.

Hier dus geen wettisch werk, maar een evangelische arbeid, die voortkomt uit het werk van Christus. Een diep geheim: het geloof is een werk dat alle werken uitsluit. Het is een rusten in Christus, een verkeren bij het kruis, een rusten in Kanaän. Het is de rust van de vrouwen die na de dood van Jezus rusten naar het gebod. DE sabbatsrust. Bent u al eens een Martha geworden? Maar ook: hebt u de gezindheid van Martha al eens mogen inruilen voor de gestalte van Maria? Wat heerlijk als zo alle gereedschap uit handen valt.

En natuurlijk is geloven toch ook weer een geheiligde vorm van werken. Want het hangt samen met bidden en zoeken. Daarom blijft dat spanning geven. Maar laat het u dan steeds weer mogen brengen aan de voeten van Hem, Die Zelf dit werken beveelt, want het is God Die in u werkt het willen en het werken, naar Zijn welbehagen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 25 september 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's

WERKT!

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 25 september 2018

Bewaar het pand | 12 Pagina's