Smytegelt Sprekend Verleden / Smytegelt
1 Petrus 1:5 ‘Die in de kracht Gods bewaard wordt door het geloof tot de zaligheid, die bereid is om geopenbaard te worden in de laatste tijd.’
De preek over deze tekst heeft Smijtegelt gehouden 27 november 1712 na de bediening van het sacrament van het Avondmaal. Rechtvaardigen zijn voortreffelijker dan onrechtvaardigen. Zo was bijvoorbeeld Johannes de Doper voortreffelijker dan koning Herodes. Rechtvaardigen zijn voortreffelijker dan onrechtvaardigen omdat zij zijn verkoren tot vaten der barmhartigheid tot heerlijkheid toebereid. Rechtvaardigen leven en de anderen zijn dood. De rechtvaardigen zijn lichten in de Heere, de anderen zijn duisternis. Rechtvaardigen zijn vrij van de zonde en de satan, de anderen zijn slaven van de satan en de zonde. De rechtvaardigen zijn rijk in God en worden door God bewaard. Dat geldt niet van de onrechtvaardigen. Rechtvaardigen worden in de kracht Gods bewaard.
Niemand van de ware avondmaalgangers kan in eigen kracht staande blijven. In eigen hart zit een verrader en de satan en de wereld zitten buiten. Hoe het ook gaat, de Heere zal voor Zijn kinderen zorgen. De apostel maakt melding van een zaligheid die geopenbaard zal worden in de laatste tijd. Die zaligheid begint in de wedergeboorte. Door het sterven wordt de zaligheid volmaakt. Met Christus te zijn is zeer verre het beste. Op de dag van de wederkomst zal de zaligheid volmaakt worden: God eeuwig verheerlijken met ziel en lichaam zonder moe te worden. Nu begrijpt de wereld niet wat zaligheid is. Op de jongste dag zal het ieder duidelijk worden dat er zo’n zaligheid is. De Psalmdichter belijdt het: ‘O, hoe groot is Uw goed, dat Gij weggelegd hebt voor degenen die U vrezen (Psalm 31:20). God heeft die zaligheid bereid. Christus is de oorzaak van eeuwige zaligheid geworden. Christus is heengegaan om plaats te bereiden voor de Zijnen. Gods kinderen zullen niet vallen, maar worden in de kracht Gods bewaard. Een leger van engelen bewaart Gods kinderen. Al de vromen liggen als een leger rond een zwakgelovige. Genade bewaart Gods kinderen. God Zelf bewaart hen. De God Jakobs is hun Hulp en hun Schild. Omdat er strijd is, is er bewaring nodig. De vijanden die bestreden moeten worden zijn: de duivel, de wereld en het eigen vlees. Het verraad van binnen spant samen met de vijanden van buiten. Het zou een verloren zaak zijn als de Heere niet te hulp kwam. “Want wat zou er gebeuren als hun zaligheid in eigen hand was? Duizendmaal zouden zij die verliezen, maar nu is hun zaligheid in des Heeren hand.” Gods kinderen hebben zelf geen kracht.
De drie- enige God bewaart al de Zijnen. Gods kinderen worden door de kracht Gods bewaard. Door die kracht kan God alles uitvoeren wat in Zijn raad is. De Heere kan elke tegenstand verbreken. De bewaring door God betekent niet dat het Gods kinderen altijd voor de wind gaat in dit leven. Denk aan Job. Hij was eerst heel rijk en werd heel arm. Het gold: ‘de HEERE heeft gegeven, de HEERE heeft genomen.’ Soms komt er verflauwing in het dienen van de Heere. De ijver en de vurigheid in het dienen van de Heere worden minder. Gods kinderen genieten ook niet altijd zoete en sterke vertroostingen. Er kan ook sprake zijn van wankelen en struikelen. Maar God bewaart altijd de rechtvaardigen. Welke vervolgingen en ketterijen er ook zijn. Noach en Lot werden bewaard. In de tijd van Elia waren er nog zevenduizend die de knie niet voor Baäl gebogen hadden. Niet één van Gods kinderen zal verloren gaan. De wortel van de zaak wordt altijd in Gods kinderen bewaard. Al vallen Gods kinderen nog zo diep, het geweten spreekt.
De Heere bewaart in de Zijnen ook altijd de herinnering aan wat hij heeft gedaan en gegeven. Gods kinderen zeggen dat zij de Heere nooit zullen verlaten. De Heilige Geest werkt het geloof en houdt het in stand. Door dat geloof overwinnen zij de wereld. In het geloof vertrouwen zij op God. De apostel wil de gelovigen versterken door hen te tonen dat zij nooit kunnen afvallen. Die met hen zijn, zijn meer dan die tegen hen zijn. Zij hoeven niet te vrezen, want God is met hen. De kracht Gods is met hen. In Christus zijn Gods kinderen meer dan overwinnaars, dat wil zeggen glansrijke overwinnaars.
Soms is er sprake van benauwdheid. Dan mag teruggezien worden op uitreddingen die de Heere in het verleden schonk. In de nieuwe benauwdheid zal de Heere bewaren en uitredden. De kracht Gods sterkt hen. De Heere is altijd en overal aanwezig. Zijn kracht is onveranderlijk. Voor de Heere is niets te wonderlijk. Wie worden door de Heere bewaard? Dat zijn zij die geschreven staan in het boek des levens. Zij zijn gekocht door het bloed van Christus. Zij zijn wedergeboren en leven teer. Zij hopen op God. Bent u bereid te lijden om de Naam van Christus? Blijkt uit de werken dat u het ware geloof hebt? Moet u zeggen dat u geen genade kent? Dat u een vijand bent van God? Wie geen genade kent wordt bewaard als een brandstapel voor het vuur. U wordt bewaard tot de rampzaligheid en tot het oordeel. Kinderen van God, bent u bang af te vallen? Wees niet moedeloos.
Geef uw zaken aan de Heere over. Vertrouw op de Heere, ook als er stormen komen. Bedenk wat u al hebt doorgemaakt.
Wees sterk, vrees niet. De Heere zal u bewaren. Het sterven zal een grote winst voor u zijn. Uw ziel zal zalig worden. “U zult krijgen het einde van het geloof, de zaligheid der ziel.
Hij zal u bewaren totdat hij eens de hemelen opendoet en u inlaat in die heerlijke woning waar God Zich zal meedelen, totdat u zich zult verliezen in die Oceaan van eeuwig geluk.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 januari 2018
Bewaar het pand | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 januari 2018
Bewaar het pand | 12 Pagina's