EGO
n.a.v. Bram van de Beek, Ego. Een cultuuranalyse van het ik. Uitgeverij KokBoekencentrum, Utrecht 2022, 224 blz., € 20,00. ISBN 978 90 435 3726 1.
De auteur is naast bioloog en deskundige op het gebied van bramen emeritus hoogleraar theologie. Wat hij in dit boek terloops vertelt over bramen is eigenlijk wel typerend voor wat hij wil zeggen over de identiteit van de mens in relatie tot Gods openbaring: de bramen waren er al voordat je ze zag en je eraan voorbijging. Ze nodigen je stilzwijgend uit om je te verwonderen. De mens zal zijn identiteit alleen kunnen vinden in relatie tot God Die Zich reddend openbaart in de braamstruik, zie Exodus 3. Heel mooi vond ik zijn beschrijving van het ‘ik’ van de christen (h. 13) als het subject van een passieve zin: ik ben geschapen, ik word gered, ik ben gedoopt. Het ‘ik’ van de christen is opgenomen in het ‘IK’ van Christus. Niet meer ik, maar Christus leeft in mij, en ik leef in Hem.
Dit boek is een neerslag van zeventig jaar denken en waarnemen. Het is vooral geschreven in grove houtskoollijnen en daarom hier en daar behoorlijk ongenuanceerd. Dat heb je soms wel nodig om wakker geschud te worden. Dat doet de auteur door twee posities scherp tegenover elkaar te stellen: het ‘ík’ van de moderne mens, product van de verlichting, ‘ík denk dus ik ben’, en het ‘IK’ van Gods openbaring: Ik ben Die Ik ben.
In deel 1 van zijn boek laat hij zien dat het egoïstische of mensmiddelpuntige denken ons allen -dus ook kerkmensen en ambtsdragerste pakken heeft. Volgens Van de Beek zijn juist ook orthodoxe christenen heel erg modern, want ze zijn vooral met zichzelf bezig. Dat leest hij ook in het klassieke Avondmaalsformulier en hij hoort het in evangelische opwekkingsmuziek. Kortom, we krijgen er allemaal flink van langs. In allerlei varianten gaat het om hetzelfde idee: als wij God al nodig hebben, is het vooral voor onszelf. De felle profetische kritiek in de Bijbel tegen machtsmisbruik, economische groei ten koste van de armen e.d. is in veel godsdienstig bedrijf verdwenen.
Als God Zich openbaart als de ‘Ik Ben’ (deel 2 van zijn boek) betekent dat meteen dat Hij niet ter discussie staat. Zijn Naam is Zijn identiteit. Hij is de God Die redt. Niet zozeer van de zonde en de schuld (Van de Beek uit forse en ongenuanceerde kritiek op de Anselmiaanse verzoeningsleer) maar Hij redt vooral de mens als zodanig. De christen ontleent zijn nieuwe identiteit aan Christus. Die heeft hij ontvangen in zijn doop.
Al met al een boek dat vooral wil prikkelen en dwingt tot zelfreflectie (persoonlijk en kerkelijk). Wat mij betreft wordt het nut van dit te waarderen oogmerk echter te zeer overschaduwd door de grote stelligheid waarmee tal van ongenuanceerde uitingen van kritiek op o.a. de gereformeerde geloofsleer naar voren komen.
H. Korving
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 2022
Ambtelijk Contact | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 2022
Ambtelijk Contact | 20 Pagina's