8. Verwerking

Gespreksvragen

Lees 1 Petrus 1: 1-12.

1. Wat is het verschil tussen de hoop van de natuurlijke mens en de hoop van een Christen? Vergelijk Romeinen 8: 24 en 25 en 1 Petrus 1: 13.

2. De apostel Petrus verzekert de gelovigen dat God hen zal staande houden temidden van de verzoekingen (1 Petrus 1:  5).

a. Wat betekent 'door de kracht Gods' (vers 5)?

b. Waarom kunnen de gelovigen in eigen kracht niet staande blijven? Vergelijk Dordtse Leerregels, hoofdstuk V, artikel 3.

c. Welke verzoekingen zijn er vandaag? Bespreek enkele voorbeelden.

3. Wat zegt Petrus over de Heere jezus in 1 Petrus 1: 8?

a. Wat is een 'onuitsprekelijke en heerlijke vreugde'?

b. Kun je zeggen dat 'de verheerlijking van God' en 'de zaligheid van de zondaar' bij elkaar horen? Betrek hierbij ook het negende vers.

Gespreksvragen

Lees 1 Petrus 4: 7-19.

1. Petrus wekt de gelovigen op niet meer te leven naar de begeerlijkheden van ons mensen, maar naar de wil van God (4: 2). Wat bedoelt hij hiermee te zeggen?

2. Een heel bekende tekst is: Het einde aller dingen is nabij; zijt dan nuchter, en waakt in de gebeden (4: 7).

a. Waarom zou Petrus dit gezegd hebben?

b. Wat heeft dit ons te zeggen?

3. Lees onderstaand krantenbericht.

Zwols ziekenhuis slikt bezwaren in

UTRECHT - Het Zwolse Sophiaziekenhuis is bereid een sollicitante die eerder werd afgewezen vanwege haar abortus- en euthanasiestandpunt alsnog aan te nemen. 

Dat bleek gisteren tijdens de behandeling van de klacht die de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU) bij de Commissie Gelijke Behandeling had ingediend. Maar een weg terug is er niet meer. De leerling-verpleegkundige volgt intussen een opleiding in Zutphen en is aangenomen in het ziekenhuis van Apeldoorn. Ze maakte duidelijk dat de klacht niet is bedoeld om alsnog in Zwolle aan de slag te kunnen. 'Het gaat erom dat er recht wordt gesproken.'

Voor het overige vond het ziekenhuis haar 'een kei', maar haar vergaande abortus- en euthanasiestandpunt zou onoverkomelijke problemen geven. Het ziekenhuis verweet haar 'een starre opstelling'.

Het is de eerste keer dat de Commissie Gelijke Behandeling zich over zo'n zaak moet buigen. De RMU zegt veel reacties van verpleegkundigen te hebben gekregen die iets soortgelijks is overkomen als de sollicitante in Zwolle. Het ziekenhuis erkende dat er een indirecte relatie is tussen de afwijzing en het geloof van de sollicitante.

Directeur P. Schalk van de RMU verklaarde dat de procedure niet door zijn organisatie was aangespannen om haar gelijk te halen, maar omdat er dingen zijn gebeurd die niet kunnen. Daarom is zijn organisatie er veel aan gelegen van de commissie te horen wat wel en wat niet mag. Daarbij speelde een rol dat de publiciteit rond deze zaak veel reacties had opgeroepen van verpleegkundigen die iets soortgelijks was overkomen, een aanwijzing dat er meer op het spel staat dan een individueel belang.

a. "Een aanwijzing dat er meer op het spel staat dan een individueel belang." Probeer eens aan te geven wat.

b. Wie wordt hier gesmaad?

4. Lees 1 Petrus 4: 12-14 nog eens.

a. Geef met meer voorbeelden aan hoe dichtbij de 'hitte der verdrukking' voor christenen in ons land al is.

b. Wat is het doel van 'verdrukking'?

c. Hoe is dat met vreugde te dragen?

5. Petrus schreef vele vermaningen.

a. Hoe virid je het om aangesproken te worden op jouw christen-zijn?

b. Waarom heeft Petrus dit gedaan? Zie 2 Petrus 1: 10-13.

6. Hieronder lees je het slot van de beide brieven van Petrus. Bespreek met elkaar wat je opvalt in het gebed dat Petrus voor de christenen heeft.

7. Probeer elkaar duidelijk te maken wat Christus bedoelde te zeggen met de woorden: Waar Ik heen ga, kunt gij Mij nu niet volgen, maar gij zult Mij namaals volgen (Johannes 13: 36).

Bijbelstudie

De brieven van Petrus lenen zich goed voor Bijbelstudie. Bijvoorbeeld 1 Petrus 2: 1-10 over de levende Steen.

- Lees de tekst aandachtig. Markeer ieder woord dat of iedere uitdrukking die je niet (goed) kent. Ga na wat het woord of de uitdrukking betekent. Ga na wat er wordt bedoeld met de plaatsen en (voor)beelden die worden gebruikt.

- Wat wordt met de tekst (letterlijk) bedoeld? Dus niet: wat is de toepassing, maar wat was het beeld, het verhaal dat de Bijbelschrijver hier aan zijn hoorders vertelde. Probeer voor ieder vers de inhoud te geven. Probeer voor het tekstgedeelte als geheel een overkoepelende boodschap te geven.

- Welke toepassing zou je aan deze tekst willen meegeven? Waarom?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen