SAMENVATTING BEVESTIGINGSPREEK Ds. G. Hamstra
In de tekst gaat het over Johannes de doper. Johannes betekent: Jehova is genadig. Dit is toepasselijk op de gemeente Alphen. Besef dat goed! U krijgt een dominee. Dat is, niet verdiend. Het is genade. Wij kennenhem enigszins. Zijn spraak maakte hem openbaar op de classis. Het is ons een vreugde hem voor u in te leiden. Straks zal hij u als uw dominee voorgaan. Hij moet dan Jezus prediken, de enige Naam onder de hemel gegeven tot zaligheid. Om dit te kunnen doen, moet men zelf eerst Jezus hebben gezien. Daa rvan spreekt de tekst: Johannes die Jezus zag; 1. waar, 2. wanneer, 3. hoe en 4 waartoe.
1, waar. Johannes was voorloper, geen voorde-voeten-loper. Die zijn er ook, veel zelfs. Zij preken zo, dat er voor Jezus nooit plaats komt in het leven van een zondaar. Zij spreken zachte woorden, jagen de zielen naar de bloemhoven, spreken van vrede, vrede! enz. Men zet de mensen op valse gronden. Dat is vreselijk. Zo moet het niet. Zo mag het niet. Zo deed Johannes het ook niet. Hij was géen man met zachte klederen. Hij trad op in de geest en de kracht van Elia! Waar? Niet in Jeruzalem. Niet in de tempel. Doch in de woestijn. Dat is typerend. Buiten het paradijs. Daar heerst de dood. Daar huizen slangen en wilde dieren. Dat is geen aantrekkelijke plaats.
De woestijn is beeld van Israël. Zo is het ook door Johannes gezien, zie Lc 3:7. Hij noemt de scharen adderengebroedsels. Het is familie van de slang, dat is de duivel. Johannes stond daar van nature niet. Hij was van huis uit van gelijke beweging als alle anderen. Hij had zelfkennis. Daarom sprak hij: mij is nodig van U gedoot te worden. Dáár heeft Johannes Jezus gezien. Dat is een wonder! Hierin komt openbaar peilloze liefde van een Drieënig God: de Vader, Die zond, de Zoon, Die kwam en de Heilige Geest, Die leidde.
De woestijn is ook in Alphen. Van de gemeente is geen verwachting. Daar huist van alles. Alleen hij die geestelijk naast de werkelijkheid leeft kan dit tegenspreken. Want een ieder die ontdekt wordt, met de dominee incluis, leert het eigen hart als een woestijn kennen. Met zaden van alle boosheid, een onzalige fontein, een kooi vol onrein gevogelte. Kent gij u zo? Dan zal het prediker en luisteraar een wonder zijn, dat Jezus zich dáár wil laten zien. Hij wandelt in het gewaad van rift. Ontdekt u daarin de lief- de Heilige Sch de van een Drieënig God? Dan stijgt uw verwondering ten top.
2. wanneer. Des anderen daags. Johannes de evangelist deelt het optreden van Johannes de doper kort mede. Tussen de verzen 28 en 29 ligt de verzoeking in de woestijn. Want Jezus was al gedoopt, vs. 32 en 33, vergel. met Mc 1:12-13. Johannes zelf had Jezus al eerder gezien. Hij kende Hem met een zuivere geloofskennis. Dit is nog nodig voor ieder prediker. Zonder Hem te kenen kan Hem niet recht verkondigen. Johannes zag Hem tot zich komen, toen hij bezig was met zijn ontdekkende prediking. De zonden werden aangewezen, generaal en particulier. De wonden - werden blootgelegd. Johannes kon de ontdekten niet helpen. Hij kon ook zichzelf niet genezen. Hij was de Christus niet. En Die zag hij nu tot zich komen. Voor hem en voor elk door schuldbesef getroffen en verslagen zondaar.
Wat een wonder voor een dienaar, als hij bezig is met zijn werk. preken, ontdekken, de schuld blootleggen (wat ook hem persoonlijk raakt) en hij ziet d an Jezus tot zich komen. Men komt dan in zijn onwaardigheid terecht. Men gaat dan buigen in het stof. Het hart van de prediker wordt verbroken, vernederd en vertederd als hij Jezus tot zich ziet komen. Men leert dan verstaan: Heere, ik ben niet waardig, dat gij onder mijn dak zoudt inkomen. Hoe komt dat?
3. hoe. Johannes zag Jezus anders d an als de zoon van Jozef. Velen, zagen Hem zo. meer niet. Johannes zag Hem als de Zoon van God, in hoogheid, in vernedering, in Borgtocht. Hij had Zich in de doop ten dode gepresenteerd. Hij had des Vaders stem gehoord. Johannes heeft veel gezien in Jezus en daarvan getuigd, meer dan ons is opgetekend, vgl. Joh.10:41.
Zie ook Matth.11:11: de minste in het koninkrijk der hemelen is meerder d an hij. De Nieuw-Testamentische dienaar mag nog meer zien. Hij leeft onder nadere openbaring, het lijden en ste rven, het volbrachte Borgwerk van Christus. Als men als dienaar verwaardigd mag worden om Jezus tot zich te zien komen, komt men niet op Hem uitgekeken. Alles wat aan Hem is, is gans begeerlijk. Hij is de Schoonste van alle mensenkinderen.
4. waartoe. Opdat hij van Hem getuigen zou, persoonlijk en ambtelijk. Niet van zichzelf. Hoe dichter Jezus Johannes naderde, hoe meer Johannes in de schaduw kwam. Hij moet wassen, ik minder worden. Het werd Jezus alleen.
Elke prediker die Jezus ziet, spreekt niet over zichzelf, stelt zichzelf niet in het middelpunt, doch wijst van zichzelf af. Hij wijst naar Jezus heen, Jezus Christus en Die gekruist. Dan valt de prediker weg. Zalig als men zo weg mag vallen, om de Heere Jezus alleen de eer te geven.
Dank zij de medewerking van Ds. Van der Ent kunnen we bovenstaande samenvatting geven van de preek, die hij hield ter bevestiging van Ds. Hamstra te Alphen aan den Rijn.
INTREDE VAN DS. G. HAMETRA TE ALPHEN AAN DEN RIJN
Bij de intrede van Ds. Hamstra op 25 oktober j.l. was het ruime kerkgebouw van de Gereformeerde Kerken geheel bezet. Zelfs de galerij moest in gebruik genomen worden. Het eigen kerkgebouw zou veel te klein zijn geweest.
We willen geen opsomming geven van predikanten en anderen die we zagen. We willen een uitzondering maken voor de predikanten N. de Jong en C. Smits. Ds. Hamstra is afkomstig uit Veenwouden. Zijn vader is daar jarenlang ouderling geweest. In die dagen kwamen daar in de week verschillende predikanten het Woord bedienen. Het was een klein kerkje, waarin zij moesten voorgaan, maar er was altijd zoveel belangstelling, dat niet alle mensen in het gebouw zelf een plaats konden vinden. Dan bleef men buiten sta an luisteren. Dat was voor die gemeente een gezegende tijd. Toen was Ds. Hamstra nog een jongen, maar hij weet zich dat nog goed te he rinneren. Genoemde predikanten zijn de enige die van die tijd weten te spreken. De andere zijn al de rust ingegaan .
De dienst begon des avonds om half acht. Ds. Hamstra sprak votum en gebed uit, liet zingen Ps. 123:1 en las Psalm 84. Hierna zongen we Ps 87:1,3 en 4. Ds. Hamstra ging voor in gebed. We zongen Ps. 122:2 en 3. Tijdens het zingen werd er gecollecteerd.
De tekst was Johannes 1:29b: en zeide: Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt. Dat sloot geheel aan bij de tekst van de bevestiger.
We verwijzen naar de samenvatting van de intree-preek, die als een afzonderlijk artikel hierna is opgenomen.
Na het amen aan het einde van de preek zingen we Ps 116:1,2 en 3.
Ds. Hamstra spreekt eerst de gemeente toe. Hij wekt op veel te mediteren en te bidden, dat het duidelijk mag worden voor eigen leven de noodzaak te kennen van dat Lam, ook de gepastheid en Zijn beminnelijkheid. Hij hoopt ook, dat er veel gebed voor hem mag zijn. De een plant, de ander maakt nat, maar God is het die de wasdom geeft. Hij spreekt verder hartelijke woorden tot de kerkeraad, de bevestiger en anderen.
Daarna spreekt Ds. Van der Ent Ds. Hamstra toe. Hij doet dit als consulent, als bevestiger, vertegenwoordiger van de classis en ook als „hulppredikant” van Alphen. Het zijn hartelijke woorden van welkom, die hij tot Ds. Hamstra richt, als het ware rechtstreeks uit het hart. Hij wenst hem toe, te mogen prediken, dat we alleen zalig worden op Jezus kosten. Het stemt hem tot blijdschap dit iedere keer weer te mogen zeggen.
Zelf spraken we namens de vrienden, ook die er in andere kerken zijn. Ruim 12 jaar geleden heeft hij kennis gemaakt met de vader van Ds. Hamstra en diens gemeente Dundas. In de volgende jaren heeft hij hem steeds weer ontmoet en in Dundas gepreekt en dat telkens weer met veel blijdschap. Later heeft hij kennis gemaakt met de opvolger van zijn vader in Dundas, de tegenwoordige predikant van Alphen. Hij had nooit kunnen denken hem nog eens hier te zullen ontmoeten en verwelkomen. Maar Gods gedachten zijn niet onze gedachten en Zijn wegen niet onze wegen. We kunnen ons voorstellen het gemis voor Dundas, maar anderzijds zijn we met Alphen verblijd. Later is het beter te versta an waartoe. De Heere geve te prediken: Hij moet wassen, ik minder worden.
Wethouder Van Leeuwen roept Ds. Hamstra een hartelijk welkom toe en wenst Alphen geluk met het feit, dat de gemeente nu weer een eigen herder en leraar heeft. Hij richt zich nog tot ouderling Van der Lee apart en feliciteert hem met de komst van Ds. Hamstra „in uw gemeente”.
Daarna is het woord aan ouderling Van der Lee. Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Hij wijst op de kennismaking in april j.l. Het is uw begeerte om de Christus der Schriften te mogen prediken. Dat we met elkaar in liefde mogen samenwerken om het welzijn van de gemeente te zoeken. Hij heet ook mevr. Hamstra van harte welkom. We moeten niets van elkaar verwachten. Het gaat om de Gever van de gaven. Toen Ds. Hamstra op 12 augustus j.l. telefonisch mededeelde, dat hij het beroep had aangenomen, was hij sprakeloos. Het is een wonder in onze ogen. We hebben het als gemeente niet verdiend. Hij wijst op Jesaja 30:20b: uw ogen zullen uw leraars zien. Dat was een belofte in een bange tijd. Hij laat staande toezingen Ps 119:9, naar de gelegenheid even gewijzigd. Daarna spreekt ouderling Van der Lee Ds. Van der Ent nog op een hartelijke wijze toe. Deze heeft in vacante tijden heel veel voor Alphen gedaan.
Dan is het woord aan Ds. Hamstra om kort de sprekers te bed anken. Hij gaat voor in dankgebed, laat zingen Ps 119:10 en legt voor de eerste maal als eigen herder en leraar de zegen op de gemeente.
De honderden, die deze dienst bijwoonden, verlieten het kerkgebouw. Velen waren onder de indruk van de weldadigheden des Heeren.
Vele bezoekers van buiten maakten nog van de gelegenheid gebruik om een kop koffie te drinken in een van de benedenzalen. Er werd nog wat nagepraat. Vele handen werden geschud. We spraken nog een echtpaar, dat pas in Canada was geweest en bij het afscheid van Ds. Hamstra in Dundas was geweest. Daar waren ook kinderen en kleinkinderen van ons geweest. Hij had een hunner, een schoonzoon uit Norwich, nog gesproken. Door wat onze kinderen schreven hebben we wel begrepen, dat het een goede avond is geweest. We hebben niet voldoende gegevens om een verslag in ons blad op te nemen, hoewel we dat graag hadden willen doen, omdat we ook in Dundas getrouwe lezers van ons blad hebben. Wel schreef een der kinderen: Ds. Hamstra heeft zich wel vrijgemaakt van Dundas.
Precies twaalf uur in de nacht kwamen we thuis. Het was een goede dag geweest, waarin de Heere betoond had, dat Hij aan Zijn erfdeel gedenkt. We hopen van harte dat ook Dundas dat nog mag ervaren en zien.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 november 1977
Bewaar het pand | 6 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 november 1977
Bewaar het pand | 6 Pagina's