Van de scheepswerf naar de preekstoel
Razzia van Putten stempelde kerkelijke loopbaan van ds. A. van Cappellen
PUTTEN – Ds. A. van Cappellen herdacht afgelopen zondag zijn 25-jarig jubileum als predikant. „Vooral in het pastoraat kwam ik nog steeds veel verdriet en gemis tegen.
Ds. Van Cappellen werd geboren op 10 november in Krimpen aan den IJssel. Hij volgde na de catechetenleergang in Zeist een hulppredikerscursus en werd op 31 juli 1977 bevestigd als hulpprediker. Op 8 april 1987 werd hij via de overgangsbepaling voor hulppredikers door ds. L. Blok bevestigd als hervormd predikant te Putten. In die Veluwse gemeente stond hij tot zijn emeritaat in 1994.
Na zijn emeritaat verleende hij bijstand in het pastoraat in de hervormde gemeenten te Rouveen, ’t Harde en Harderwijk. Nog steeds verricht hij pastoraat onder ouderen. Ook begeleidt hij Bijbelstudiekringen.
„Aanvankelijk was mijn doel om bij de rijkspolitie te komen, na mijn diensttijd bij de marechaussee. Maar door een ziekte was de kans op die positie verkeken. Daarom ging ik terug in de scheepsbouw, waar ik vandaan kwam. Nadat ik jarenlang ouderling was, had ik de begeerte om meer te doen. Daarom heb ik de opleiding tot hulpprediker gevolgd. De positie van hulpprediker is ontstaan uit het godsdienstonderwijs. Een hulpprediker mag preken, maar is niet bevoegd tot het bedienen van de sacramenten. Vanaf 1977 heb ik in Putten als hulpprediker gediend.”
Aan de Oude Kerk van Putten hangt een stille getuige. Een steen met de woorden: „Vanhier werden zij weggevoerd, 1 en 2 october 1944.” De steen herinnert aan de razzia van Putten, waarbij vrijwel de gehele mannelijke beroepsbevolking van het dorp werd afgevoerd naar diverse concentratiekampen in Duitsland. Van hen kwamen slechts enkelen na de oorlog terug.
Die gebeurtenis heeft een duidelijke stempel gedrukt op de tijd dat ds. Van Cappellen de hervormde gemeente van Putten diende. „Je gaat begrijpen dat je er niets van begrijpt. Vooral ook in het pastoraat. Daar kwam ik 33 jaar na dato nog steeds veel verdriet en gemis tegen. Ik ben verwonderd over het feit dat ik dit werk heb mogen doen.
Een hoogtepunt daarin was dat ik een dienst mocht leiden ter herdenking van de razzia. Elk jaar is er zo’n herdenkingsdienst. Op die herdenkingsdiensten zijn ook Duitsers aanwezig. Tijdens de vijftigjarige herdenking in 1994 vroeg de koningin, die ook aanwezig was, aan de burgemeester hoe Duitsers en Nederlanders hier naast elkaar konden zitten. Burgemeester Berkhout antwoordde: „Door het geloof, majesteit.”
„Het dieptepunt in mijn loopbaan is voor mij het ontstaan van de Protestantse Kerk in Nederland in 2004 geweest en de scheuring in hervormde kring die daarop volgde. Al die verdeeldheid is bepaald geen goed getuigenis.”
Van Cappellen voelt zich nog steeds hervormd. „Dat is een habitus die je nooit kwijtraakt.”
„Binnen de kerk en christelijk Nederland zie ik dat er een bepaalde accentverschuiving is. Daarmee bedoel ik enerzijds de gedachte dat we als mens zo veel kunnen en anderzijds dat we niets kunnen doen aan onze zaligheid. Juist dit spanningsveld moeten we niet opheffen.
Dat heeft de Reformatie ook niet gewild. Zoals ook Paulus het in de Filippenzenbrief zegt: „werk uws zelfs zaligheid met vreze en beven.” En dan staat er geen punt, nee, „het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen.” Soms hebben die accentverschillen ertoe geleid dat mensen van kerk veranderen.
Dat mensen hun eigen kerk verlaten en zich aansluiten bij een andere gemeente doet me pijn. Ik ken een naam die een goed medicijn zou kunnen zijn tegen verdeeldheid.
Ja, natuurlijk, dat is de Naam boven alle namen. Maar ik bedoel in dit verband eigenlijk de naam van dr. H. F. Kohlbrugge (1803-1875). Hij moedigt aan om trouw te blijven aan je kerk en aan het Woord. Ja, ik houd van Kohlbrugge. Hij heeft me de ervaring gegeven dat ik het niet hoef te doen, maar dat Hij het heeft gedaan.
We hoeven niets meer te doen, na wat Christus volbracht heeft op Goede Vrijdag. Dat is ook altijd het uitgangspunt van mijn prediking geweest. Als je een ander uitgangspunt neemt, ben je mijns inziens geen dienaar van het Woord.”
De toekomst van de Protestantse Kerk? „De kerk waarin ik dienen mag is niets, was niets en zal nooit wat worden, maar in Christus is ze alles. Maar nu pleeg ik plagiaat. Het is vrij vertaald citaat van dr. K. H. E. Gravemeijer.
De kerk is een plaats waar Christus Zich met zondaren wil verzoenen. Naakte zondaren voor een barmhartig God. Is dat ruim? Gelukkig wel.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 april 2012
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 april 2012
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's